donderdag 24 maart 2016

Haspengouw op de taalgrens in de provincies Vlaams en Waals Brabant.

Het zag er naar uit dat de wandelbezetting deze week beperkt zou blijven. Buiten onze Ronny en de Catsjoe die present gaven, hadden de overige stapmaten deze week andere katten te geselen en gaven bijgevolg verstek. 


De Ronny was wreed content dat hij even zijn bouwperikelen opzij kon schuiven en een dagje kon verpozen met een toerke te stappen. Met z'n drietjes trokken we richting Haspengouw, de streek gekend om haar mooie bloesems en de fruitgaarden. Om geen problemen te moeten ondervinden met de trein ten gevolge van de recente aanslagen in Brussel en de weerslag daarvan op het vervoer kozen we voor de automobiel. Ik was verrast dat het verdorie een tripje werd van om en bij de 100 km. Rond halfnegen pikte ik de Ronny en de Catsjoe op aan hun thuishaven en na een anderhalf uurke probleemloos bollen en zonder enige file konden we rond 10 uur afstappen aan de statie van Landen. Stappensklaar voor een evenwichtsoefening van een goeie 25 km op de taalgrenskoord tussen Vlaams en Waals Brabant. Niet minder dan 8 dorpen en een stad moesten er aan geloven. Landen, Overwinden, Raatshoven/Racours, Linsmeel/Linsmeau, Pellen/Pellaines, Lijsem/Lincent, Walshoutem, Wezeren en Walsbets. Een heel communautair boterhammeke.


Omdat het al even was geleden dat we nog eens met ons tweetjes hadden gewandeld, viel het mij en de Ronny meteen op dat de mindset waarmee je een wandeling loopt sterk bepaald wordt door het aantal deelnemers waaruit de groep wandelaars bestaat. Als je alleen wandelt geef je je over aan je eigen gefilosofeer en gaat de aandacht naar jouw verbondenheid met de weg en haar omgeving. Met 2 kan je de elementen uit dat gefilosofeer nog met elkaar overwegen en de resultaten ervan met elkaar uitdiepen. De omgeving krijgt nog veel aandacht maar de verbondenheid met de weg valt al deels weg. Ben je met meerdere stappers dan vervlakken ook deze kenmerken en komen er elementen en gedragingen in zicht die ervoor moeten zorgen dat er een hecht groepsgevoel ontstaat. Hoe dan ook; alleen, met z'n twee of in groep: Wandelen is een activiteit die velerlei dimensies omvat. 

Goed, we zaten nog maar aan de start in Landen. Landen is een stad behorend tot het westelijke deel van Haspengouw in Vlaams Brabant. Met een oppervlakte van 55 km² en 43 km grenslijn leunt deze stad aan tegen de provincies Luik en Limburg. 
Bij de eerste stappen richting Overwinden sierden er al enkele Belgische tricolors, in het midden dichtgesnoerd met een rouwlintje, de huisgevels. Onder een neerslachtig grauw-grijs wolkendek, alsof de gemoedstoestand van vele Belgen weergegeven moest worden, stapten we tussen holle wegen en immense korenvelden het heuvelende landschap door naar het Waalse grondgebied. 

Bij het uitstippelen van de route was me al opgevallen dat het een droge wandeling zou worden. Geen cafeetjes op het traject onderweg gespot. De typische vierkantshoeven daarentegen waren er in overvloed aanwezig. In Linsmeau stelde ik een desbetreffende  vraag aan een dorpsbewoner. Die klaagde met geuren en kleuren het gebrek aan dorstlavende etablissementen in de regio aan. De brave man in kwestie legde nog uit dat er een cafeetje was dat naar de naam 'De Golden Gate' luisterde maar dat de cafébaas op krukken liep ten gevolge van een ongeval. Hij zou zijn kroeg maar eerst rond 4 uur opendoen omdat zijn vrouw hem moest helpen bij zijn ongemak. Verder bleek mijn gesprekspartner ook een verwoed wandelaar geweest te zijn maar nu ging zijn aandacht uit naar het formule 1 racen. Van een contrast gesproken. Hij had in totaal op 27 jaar tijd 147000 km gewandeld. Een eenvoudig rekensommeke leerde me dat mijn Waalse landgenoot serieus met spek aan het schieten was. Ik zou bijna zeggen met hele varkens. Het degusteren van een goeie pint moest derhalve nog wat uitgesteld worden.

In Pellaines werd het tijd om de boterhammekes met spek en eieren aan te spreken. Een grot zonder de Maagd Maria naast de dorpskerk leek ons, bij gebrek aan picknickvoorzieningen, een prima alternatief. Een gebrek aan respect voor dit tot devotie aanmanende stulpje kon ons niet verweten worden want de grot was, op een verfomfaaid kruisbeeld met doodskoppen en een stenen altaar na, zo goed als leeg. Het altaar kon dienst doen als tafel. De Catsjoe kreeg haar bullepees als schaft. Een af en toe toegestopt boke met spek en ei vervolledigde tot haar groot genoegen het diner. Het gaat trouwens goed met dat beestje. De Ronny is gestopt met medicijnen te geven voor haar manken en het lijkt dat dit nu gestopt is. Zoveel te beter.

Zowat halverwege de trip passeerden we de E40. Geruime tijd ervoor konden we al het geraas horen van het drukke verkeer. Deze verkeersader is met haar verkeerslawaai een waar 'pain in the ass' voor degenen die daar van de prachtige natuur willen genieten. Niet alleen dat verkeer maakte er storend lawaai maar het vliegveldje van de Aero Club de Hesbaye, iets verderop, deed er nog een flinke schep decibels bovenop. Onafgebroken stegen er sportvliegerkes op die er hun vaste toerkes afdraaiden om het opstijgen en landen te oefenen. Ik krijg de indruk dat ik aan het zagen ben ...
En dat is geenszins de bedoeling. Met ons gedrietjes hadden we het best naar onze zin. Goed gelachen en gezeverd onderweg. Toch werd het gemis aan een gezellig kroegje stilletjesaan onhoudbaar.

Van den Heilige Landelinus had ik nog nooit vanzeleven gehoord. Deze uit de 7de eeuw stammende vroege middeleeuwer was in zijn jeugd een onverbeterlijke schabouw die zich onledig hield met het struikroven en de beurzensnijderij. Tot berouw en inkeer gekomen werd hij monnik en stichtte hij verschillende abdijen in Frankrijk en in België. Eén abdij, de abdij van Aulne, gelegen aan een bocht in de Samber nabij Charleroi werd de vrucht van zijn berouw. De invloed van deze abdij breidde al vlug uit en daarmee ook hun grondbezit. Al even vlug werd deze abdij de meest invloedrijke der Zuidelijke Nederlanden. Ook in Haspengouw kwamen er serieuze lappen grond in hun bezit waaronder de vruchtbare grond in Walshoutem eind 17de eeuw. Er werd op die grond een abdijhoeve gebouwd. Deze immense Haspengouwse vierkantshoeve uit het bouwjaar 1739 heerste over 110 hectare landbouwgrond. 

Na een goeie 2/3 van de weg afgelopen te hebben werd de goesting naar een frisse pint levensbedreigend. In Walshoutem botsten we op een prachtige afspanning : Het Aulnenhof. Een beetje aarzelend schuifelden we het binnenplein op van die immense vierkantshoeve. In de hoek van het plein situeerde er zich een bistro en daar brandden er lichtjes. Even kregen we de indruk dat deze hoeve met haar luxueuse accomodaties duidelijk op een ander publiek mikte dan op dit van enkele verfomfaaide dagstappers met een rugzak en in het gezelschap van een viervoeter. Dat bleek een grove vergissing. Op onze vraag aan de uitbaatster of we enkel iets konden drinken kregen we een heel vriendelijk antwoord. 'Geen probleem, ga maar gerust zitten aan een tafeltje' zo nodigde zij ons uit om plaats te nemen. Een voortreffelijke kaart met faire prijzen werd in onze pollen geduwd. Eindelijk een goeie pint ! De smaak en herkomst van de lokale brouwsels werden door de mevrouw met vakkennis uitgelegd. Voor mij een Bink en voor mijne maat een Tumulus alstublieft. Godendrank ! Voortreffelijke bieren, hoe kan het anders met zulke immense graanvelden in de omtrek ? De Ronny bestelde bij een tweede rondje nog een vishapje. Ook dit hapje werd, alhoewel helemaal niet nodig, volgens de etiquette geserveerd met servietje, vork en mes. Jongens toch, mag je jezelf niet rijk wanen wanneer je je gelukkig kunt voelen met zulke eenvoudige dingetjes. Ik moet zeggen dat het er aangenaam toeven was in dat bistrootje. Gezellig interieur, een vlotte babbel en kennismaking met de uitbaatster en een vriendelijk onthaal. Bij het raadplegen van wat naslagwerk betreffende het Aulnenhof verbaast het me helemaal niet dat er zoveel positieve resencies te vinden zijn op het internet. Restauratie, faire prijzen en hotelbediening krijgen er een vermelding met pluimen. Ik zou er wel eens meer durven komen moest het wat dichter bij huis liggen. Helaas, een frietkot behoort enkel tot de mogelijkheden hier in 't dorp. 

Nog een 8 tal paaltjes moesten er gesloopt worden. Ondertussen kon ik het aantal kerkjes en kappeletjes die we op weg waren tegengekomen al niet meer tellen. Heilige hier, Saint la-bàs .. ik waande me even terug in Frankrijk op de via Touronensis waar de heiligen en de sinten ook met massas uit de riolen bleken te kruipen. 

De lucht was ondertussen wat opengetrokken maar aan het einde van ons tochtje trok er aan de einder boven Landen een pikzwart wolkendek samen. We zouden juist op tijd ons wandelingeske kunnen afronden. Nog vlug een kommeke koffie in het stationsbuffet in Landen en hop, richting moeder de vrouw !

Het werd een zeer mooie wandeling. Veel verharde paden dat wel en de plannen om aansluitend aan deze trip tegelijkertijd de zevenbronnenwandelingen even te verkennen moesten opgeborgen worden. Mooie landschappen, vergezichten, archeologische sites, het is er prachtig want je vindt het er allemaal. Een wandeling die jammer genoeg ook enigszins overschaduwd werd door de vreselijke gebeurtenissen in Zaventem. De mensen die daar slachtoffer zijn geworden ... hen zullen deze en andere geneugten voor altijd ontzegd blijven. 

Amen. 




Naar foto-album : Album Landen Haspengouw

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.