woensdag 10 augustus 2016

3/4 Escapardenne / Houffalize - Engreux

Ook in Houffalize troffen we vriendelijke campinguitbaters. De uitbaatster, een Poolse, sprak vlot Frans en Nederlands en de vakantiegangers waren voor merendeels Nederlandssprekend. Het was er wel vrij prijzig voor een lapje grond dat bovendien niet vlak lag. 32 € alstublieft. Ik ben meerdere keren wakker geworden doordat ik van voor naar achter schoof op mijn matraske. Iets langer getreuzeld in de morgen want het zou een klein tripke worden. Rond de 10 km maar naar Engreux. Beetje recupereren van de zware tocht van de dag ervoor. In Engreux staat er ook een bivakzone. Niks mis mee zo pure basic maar een douchke moet je er ontberen. Dan maar gekozen voor camping 'Au Bout du Monde' in Engreux.
Na enkele koffietjes werd het tijd om op te krassen. Al vlug liepen we onder het viaduct van Houffalize door. Dit viaduct werd gebouwd eind jaren '70 bij de aanleg van de E 25-autosnelweg en overbrugt het oostelijke dal van de Ourthe met een lengte van 370 meter lengte en is samengesteld uit twee identieke kunstwerken (één per verkeersrichting) door een overlangse voeg gescheiden. Er is in totaal 20.000 kubieke meter beton en 1.672.200 kg staal gebruikt
Onder het betonnen welfsel van de brug hebben we nog een hele conversatie gehad met een Hollandse madam. Haar teerbeminde echtgenoot was een verwoed stapper en ze had zojuist een stukje meegelopen met haar hond om hem op weg te zetten. Het beest ging vroeger altijd mee op stap maar de ouderdom liet dit nu niet meer toe.



We zaten hier op 400 meter hoogte en met een regelrechte duik van 80 meter door een donker sparrenbos kwamen we uit aan de oevers van de Ourthe. Je kon er zelfs pootjebaden. Reuzegrote rustbanken kwam je tegen onderweg en die moesten beslist eens uitgeprobeerd worden. Wel, echt comfortabel was het besluit. Van deze makelij mogen er gerust enkele duizenden in Vlaanderen neergepoot worden.
What goes up, must come down ! Een evidentie. Vergeleken met de dag ervoor waren het deze keer langere trajecten waarbij stijgen en dalen aan te pas kwamen. Deze keer liep het pad onverminderd voort langs prachtige plekjes en mythische bossen en wonder boven wonder, al 3 dagen zonder regen en subliem weer. Rond een uur of 3 kwam de camping al in zicht. Er was nog plaats. Veel plaats nog want op een paar residentiële vakantiegangers na was het ganse kampeerterrein nagenoeg leeg. Marianne, zo heette de uitbaatster was haar drive een beetje kwijtgespeeld. Al 40 jaar draaide ze haar nestel af in 'Au Bout du Monde'. Heel de zaak was dringend aan een opfrissing toe en volgens mij zag ze dat niet meer zitten. Het stond te koop. Ook was ze vrij selectief geworden in de keuze van haar klandizie. Geen jeugdgroepen meer en geen bende jonge gasten die ze nog toeliet op haar camping. Op advies van Marianne zouden we kunnen gaan eten in het dorp. Ze verwittigde ons wel dat de uitbater van het restaurant ne rare kwibus was. Honden waren niet toegelaten, de Catsjoe moest in de tent blijven of Marianne zou hem wel even bijhouden en doggysitten. Verder deed hij zijn etablissement maar open wanneer hij goesting had. Op goed geluk zijn we maar eens gaan zien. Het was open maar de Ronny had met opzet een verkeerde deur vast om binnen te komen. Nogal forsig deed hij alsof hij wou binnenbreken. Verdorie, die kerel had het in de smiezen. Eens binnen trok hij een smoelwerk waarmee je een grafzerk zou kunnen versieren. Door zijn dikke brilglazen loerde hij ons angstvallig aan, nog een beetje en het druipte van zijn billen af ocharme. Het duurde toch nog even vooraleer hij overtuigd was dat de Ronny helemaal geen slechte bedoelingen had en nadat hij een glazeke rode wijn aangeboden kreeg was hij volledig bijgedraaid. We mochten zelfs zijn expositie gaan bezoeken. Heel zijn restaurant hing vol schilderijen en kabouters. Het eerste verdiep had hij zelfs omgebouwd tot een oudheidkundig heem. Ook hier hing het vol schilderijen en parafernalia uit de streek. Wat ons opviel was dat in zijn collectie van kabouters en prullaria duidelijk de erotische snaar werd bespeeld. Toch was het geheel een vrolijke noot in het dorpsbeeld van het vredige Engreux. Het eten dat Meneer Zonderling voor ons bereidde was ronduit lekker. Frietjes, een lekkere salade en een lap biefstuk die bijna over de randen van je bord kwam. Doorgespoeld met ne St. Feuillin was dat dik in orde. We konden gerust in ons beddeke kruipen. Nog even slaapwel gaan zeggen bij Marianne en de dag zat er op. Aan de tent nog even de sterren bewonderd ... en daaronder mogen slapen, geen enkel hotel heeft zoveel sterren. 's Anderendaags stond La Roche en Ardenne op de rol. Weer een klepper voor U tegen te zeggen. Ook hier zouden we sterren zien !!! De hele melkweg !   


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.