zaterdag 14 januari 2017

* Enkele stadswandelingetjes met m'n Bretoens pelgrimsmaatje

In 2012 toen ik op de Camino Frances stapte heb ik Fabienne ontmoet in Roncevalles in Spanje. Roncesvalles, de eerste stop in Spanje nadat je vanuit Frankrijk de Pyreneën bent overgestoken. 
Fabienne een freelance journaliste voor 'Les Voyageurs du Monde' levert voor de Franse pelgrimswereld boeiende bijdragen aan dit blad en haar blog 'Les Pèlèrins de Compostelle', ook zichtbaar op Facebook, is een ware bron aan kennis voor kandidaat pelgrims. We zijn met mekaar contact blijven houden en in 2015 heb ik haar opnieuw ontmoet in Santiago vooraleer ik van daaruit naar Finisterre en Muxia stapte. Zij moest nog enkele etappes vanuit Ourense stappen nadat ze eerder in het jaar vanwege een valpartij haar Via de la Plata moest stopzetten. Hartelijk weerzien natuurlijk en iets voor Nieuwjaar nu kreeg ik een mailtje van haar dat ze 'Le Grand Nord' kwam verkennen. Erg spiritueel geëngageerd wilde ze enkele kathedralen bezoeken gelegen in het Noorden waarvan de projectie van elke ster uit het sterrenbeeld Maagd op de kaart van Europa naar een kathedraal verwijst. Vanuit Bretagne reisde ze kort na Nieuwjaar naar Chartres waar ze de kathedraal bezocht. Een mooi bouwwerk maar ik herinner me van deze kathedraal nog dat toen ik er onderweg naar Santiago mijn stempel ging halen en dat ik die niet kreeg van een chagrijnige non. Dit omdat ik enkele minuten te laat was en maar wat vroeger had moeten komen. Ik zou 's anderendaags maar eens terug moeten komen om 10 uur. Ja salut, mijne stempel ben ik dan maar in een kroeg gaan halen. Verdomme, die kwezel maakte me toen zo kwaad dat ze, wanneer het mij betrof, haar stempel daar mocht zetten waar de zon niet scheen.






Fabienne reisde vervolgens door naar Hengelo waar ze met een vriendin Haarlem en Amsterdam bezocht. Vrijdagavond kwam ze dan vanuit Amsterdam naar Antwerpen gespoord. Hartelijk weerzien na meer dan een jaar. Het leek net alsof het van gisteren geleden was dat we elkaar weerzagen. 's Avonds nog wat bijgeklapt en voor zaterdag stond sporen met de trein naar Dinant op het reisschema. 


Daar zouden we Christophe en Marie-Claire uit Luxemburg aantreffen. Eveneens een pelgrimskoppel dat ik samen met Fabienne heb ontmoet in Roncesvalles. Tot in Pamplona zijn we samengebleven op de Camino. Ook hier weer een hartelijk weerzien. En ook hier weer net of we elkaar nog maar onlangs ontmoet hadden. Ook zij zijn verwoede stappers. Christophe heeft nog niet zo lang geleden de Californian West Coast Trail gelopen. Een slordige 2000 km langs de westkust van de VS. Na een lekker dineetje in het 'Maison de Leffe' aangeboden door Christophe zijn we de OLV kerk van Dinant gaan bezoeken gevolgd door een stadswandelingetje. De wegen en straten waren spekglad door de ijsregen. Het verwonderde me dat ze er met de wagen vanuit Luxemburg doorgekomen waren. In een toeristenwinkeltje werd Dinantse koek aangeschaft om bij een pintje te degusteren. Niet te vreten zulke koeken. Je kan evengoed je tanden in een baksteen zetten. Ook nu weer oeverloos bijpraten, verwondering en blijdschap om de verre vriendschap opnieuw wat in te kleuren. Een onverbreekbare band tussen ex-pelgrims werd nog eens hersmeed. Onze vriendin Fabienne is dan 's avonds met hen meegereisd naar Luxemburg waar ze zondag Luxemburgstad zou gaan bezoeken. Maandag zou ze terug naar Antwerpen komen. De logies bij Christophe en Marie-Claire waren haar geweldig goed bevallen. Maandag, bij haar terugkeer, werd het dus een bezoekje aan mijn koekestad. Alhoewel onze vriendin redelijk bereisd is en was, had ze zich onze steden heel anders voorgesteld. Fransmannen hebben, en dat is alom gekend, toch wel kleine chauvinistische trekjes. Ze was enigszins verrast dat er zich ten noorden van hun Douce France er nog grootsteden bevinden. Dinsdag Brussel en weer enigszins die verbijstering. Het Koninklijk Paleis, de Grote Markt, de Warande, de St.Michiel en St. Goedelekathedraal waar onze koningen huwden, de Munt, het Stadhuis, de Kunstberg, het justitiepaleis van 'de skieve architect Poelaert', de vlooienmarkt .... Brussel in een notedoppeke. Ik zou Manneke en Jeanneke Pis nog bijna vergeten hebben. Aan de Hallepoort staat er een menhir opgesteld. Deze en een bijhorende marmeren gedenkplaaat trok haar aandacht want deze was geschonken door de Galicische Xunta als eerbetoon aan de anonieme pelgrim. Een beetje toeval (als het al bestaat) kaderend in ons pelgrimstreffen is nooit ver weg : Aan het monument kregen we het bezoek van een voorbijganger. Een katholieke Syriër zichzelf voorstellend als Buthros (Petrus) had zelf ook een pelgrimsverleden en had ooit van Oms naar Damascus gepelgrimeerd. Hij had geen flauw benul wat die menhir voorstelde en toch werd hij erdoor aangetrokken. Bijna dagelijks liep hij er een ommetje langs maar hij wist in de verste verte niet waarom. Na onze uitleg was hij erg verbaasd en geëmotioneerd bedankte hij ons voor de uitleg. Onze 'explicatie' had hem, het droevige verhaal in zijn thuisland indachtig, blijkbaar een beetje opgemonterd.
Woensdag stond Maastricht op het programma. De OLV Ten Hemelopneming was een kathedraal die ook in het rijtje paste van het sterrenbeeld. Daar is ze alleen naar toegereisd. Ons Stafke eiste mijn aanwezigheid als babysitter op. 's Avonds rond 8 uur ben ik haar dan gaan oppikken in St. Niklaas en donderdag gingen we Gent bezoeken. St. Baafs, het oudste snoepwinkeltje, de vismijn, het Gravensteen, de dulle Griet waaruit er ooit maar 2 kanonballen zijn afgevuurd, het patershol, het belfort, de St. Jacob van Gent enzovoort. Een volgende keer wanneer ze nog eens naar hier afzakt zal het in de zomerperiode zijn vertrouwde ze me toe. De koude was ze helemaal niet gewoon en alhoewel ze 2 jassen en 4 truien over elkaar had aangetrokken bibberde ze nog bijna uit haar vel.
Tot slot nog een bezoekje aan de parochiekerk hier in Haasdonk, ook een St. Jacob de Meerderekerk, mocht niet in haar reisschema ontbreken. Groot was haar verbazing dat er aan haar teerbeminde apostel nog andere wonderbaarlijke gaven werden toegedicht. Een opschriftje onderaan zijn standbeeld vooraan in de kerk vroeg om vertaling. Dat St. Jacob ook de patroonheilige is van de apothekers en de krijgers was haar onbekend. Ook het feit dat er bij hem soelaas kan gevraagd worden als je geplaagd wordt door reuma en artritis behoorde niet tot haar parate kennis. Dat je bij hem bovendien nog mocht aankloppen om een goede oogst van gewassen af te smeken, wel dat zou ze hem evenmin aangegeven hebben. Het gezegde 'We reizen om te leren' blijkt nog maar eens te kloppen.  
En zo werd het weeral vrijdag. Tijd om afscheid te nemen en voor haar om haar 'Tour du Grand Nord' nog eventjes, maar dan zonder de Jan, voort te zetten. Opnieuw koos ze richting Amsterdam waar ze nog een dag wou doorbrengen met haar vriendin uit Hengelo en om het Van Gogh museum te bezoeken . Aan het stationneke van Beveren scheidden onze wegen zich opnieuw. Helaas, niets is eeuwigdurend. Vanuit Amsterdam zou ze vervolgens nog even naar Lille afzakken om daar nog een andere kennis op te zoeken om samen de kathedraal of basiliek van St. Omer te gaan bezoeken. Het werd dus voor haar een serieuze onderneming met veel gereis heen en weer. Ik veronderstel dat ze nu wel weer in Bretagne zit. Een dankwoordje voor gastheer en -vrouw voor de goede zorgen liep ondertussen al binnen wat voor ons het genoegen vervolledigde. Afscheid nemen is altijd een beetje sterven zegt men of om het met de woorden van Edmond Haraucourt zo mooi te omschrijven ...

Partir, c'est mourir un peu,
C'est mourir à ce qu'on aime
On laisse un peu de soi-même
En toute heure et dans tout lieu.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.