donderdag 24 mei 2018

* Caminho Portugués, een kennismaking.

Het is weeral een tijdje geleden dat ik nog eens lawaai heb gemaakt in deze blog. Het wandelen lag even stil. Dit in de aanloop naar een citytripje in Portugal en het feit dat den Hugo ook ergens ten velde Gods Wegen bewandelt, zij het dat die van hem iets doorgrondelijker zijn. Maar los daarvan ontbrak het me ook even aan inspiratie om iets neer te pennen. Terpsichore, de muze van de lyrische poëzie, was een toerke gaan vliegen. Hahaha, niet denken dat ik me de allures van een poëet aanmeet hoor ! 😉

Onzen Hugo zijne Camino Piémontais zit er op en deze heeft hij ingeruild voor de Camino Frances. Daar heeft hij ook al stevig op ingehakt en vandaag zal hij Burgos bereiken. Hij zit dus nu in de beruchte Mesetas, een bij wijlen desolate hoogvlakte boven de 800m. Hij stelt het zeer goed. Althans zo te oordelen naar zijn blogverslagen.  Hugo kreeg van de Ronny een opdracht mee : Bij de smid (in Ategue) op het fotootje hierboven moest hij een bestellingeske plaatsen. Ik vermoed dat het een smeedwerken schelpenschapuliertje moet zijn om het als geschenk het één of ander verbond te symboliseren. Op de duur kan je mekaars gedachten lezen. De smid kon zelfs zich de Ronny nog herinneren zo schrijft Hugo. Lees maar ! : Blog Hugo

Ons Els is ook terug thuisgekomen. Samen met Frank, de man die ons logies aanbood in Zelhem op het Pieterpad heeft ze 2200 km gefietst op de Via de la Plata. (cfr : Pieterpad Zelhem Frank ). Heen en terug vanuit Sevilla naar SdC, een huzarenstukje. Ook voor haar een heel diepgaande ervaring. Vooral Galicië zal hen heugen. Ik schat een 50 kilometer aan hoogtemeters. Begint daar maar eens aan. Ik pas daarvoor. Merkwaardig was wel dat de fietsroute erg afwijkt van de staproute. Eerst was ik de mening toegedaan dat de La Plata niet zo in trek was bij fietsers vanwege het ongewoon zware traject. Ik ben er niet zo veel tegengekomen onderweg. Dat het fietstraject op de kaarten zo veel verschilt van het staptraject verklaart dus mijn foute inschatting. 

Een citytripje, dat was lang geleden dat zoiets nog eens aan bod is gekomen. Lissabon leek me een interessante bestemming, temeer omdat ik er in augustus terug naar toe trek om m'n pelgrimstochtje te beginnen. Veel geluk gehad met de heenvlucht. Beetje gokken op de goede afloop. De vakbonden van de piloten van Brussels Airlines hadden immers op maandag en woensdag beslist om te staken. Geen vluchten bijgevolg. Tussen die 2 stakingsdagen door stond onze vlucht geboekt. Als bij wonder geen enkele probleem ondervonden. Hopla de lucht in voor een vluchtje van 2 uur een half. In Bordeaux laveerde de vlieger naar de Golf van Biskaje om in Spanje ter hoogte van Oviedo terug boven land te komen. Om 12 uur stonden we op Portugese bodem. Een temperatuurtje rond de 22 graden en aangezien we nog niet vertrouwd waren met het openbaar vervoer werd het een taxi tot aan de albergue, excuus het hotel. Een net bed, een goed gevulde ontbijttafel, vriendelijk personeel en meer heb je niet nodig. Zeker niet als je er enkel overnacht en 's morgens een boterhammeke eet om vervolgens op stadsverkenning te gaan.  Als je slaapt zie je toch niks van enige overbodige luxe. KISS is de boodschap. Keep It Simple and Stupid 😋. Meegenomen was ook het metrostation dat vlak aan het hotel lag. Vrij gemakkelijk in het gebruik maar je moet wel eerst doorhebben hoe je aan een geldig vervoersbewijs geraakt. Dat was geen sinecure aan die biljettenautomaten. 

Lissabon heeft me verrast en gecharmeerd. Afgaand op de diversiteit kwa etnische afkomst had ik even de indruk dat ik terug in Rio de Janeiro zat. Een geslaagde mélange van huidtinten gaande van maagdelijk wit tot pikzwart tref je dus ook in Portugal aan. Een gevolg van de vermenging met de inheemsen uit hun koloniaal verleden. Maçao, Mozambique, Angola, Ceylon, Oost-Timor ... er zijn er een stuk of 40.  In een nu reeds gedateerd boekje las ik dat het er in Lissabon maar een armoedige bedoening was. Dat was het vroeger. Een gevolg van het wanbeleid met de rijkdom die de vele koloniëen hen opbracht. Het geld werd verbrast aan uiterlijk vertoon. Paleizen, kerken, mausoleums, pracht en praal in overvloed voor de elite maar de geldstromen droogden op en er werd nooit geïnvesteerd. Portugal en met name Lissabon en Porto  verpauperden met vuile straten, bedelaars, onderkomen parken en plantsoenen tot gevolg. Het hinterland was op een haartje na ontwikkelingsgebied geworden.  De steun van Europa heeft haar doel niet gemist. Het is een mooie en gigantische stad waar er veel te bezien valt. Nu was het er kraaknet. Zeker hun toeristische trekpleisters. Ik denk dat je wel een jaar nodig hebt om alles te verkennen. Zoveel tijd had ik niet en heb me dan maar beperkt tot de meest interessantste stadgedeelten. 

De Alfama trok mijn speciale aandacht. Enerzijds omdat daar het beginpunt ligt van mijn Caminho, zijnde het This is Lisbon Hostel en anderzijds omdat dit het stadsgedeelte is dat niet getroffen werd door de aardbeving van 1755 waarbij gans Lissabon werd verwoest door ontstane brandhaarden. Een prachtig boek over deze aardbeving vind je in de roman van Titus Müller : De Wrake Gods. 

*** Wanneer een grote aardbeving in 1755 Lissabon verwoest, ziet de Orde der Jezuïeten hierin de toorn van God. Wetenschapper Antero Moreira de Mendonça verzet zich tegen deze theorie en wil aantonen dat het een natuurwetenschappelijk verschijnsel is. Antero onderschat echter hoe ver de macht van de Jezuïeten reikt en hij belandt in de gevangenis. Met behulp van de mysterieuze Leonor weet Antero uiteindelijk te ontsnappen. Maar wat hij niet weet, is dat de mooie Leonor sympathiseert met de Jezuïeten. Aan wie behoort haar hart toe: aan de wrede orde of aan Antero? ***


De Alfama is een authentiek stadsgedeelte met steile trapjes, nauwe steegjes, vervallen krotten en een arm ogende bevolking. Het ademt een zekere tristesse uit. Jawel zeg, ik heb mijn startpunt wel goed gekozen ... een stuk of 300 trappen te doen om er te geraken. Toerist zijnde is het een must om daar door te trekken gebruik makend van het beroemde trammetje 28. Ik vond het nogal vrij voos om daar op te kruipen en verkoos de benentram. Bovendien stond er een wachtrij van minstens een uurtje. Ook werd er gewaarschuwd voor zakkenrollers. Zeker wanneer je op die tram geen zitje kon bemachtigen en je je recht staande moest houden aan de hanglussen. Dat dit ritje niet kon doorgaan leidde tot grote ergernis van mijn eega. Zij had die  hellende steegjes kenbaar onderschat. Het was dan nog bloedheet op de koop toe. Een bezoekje aan het Castello Sao Jorge, Sint Joris de patroonheilige van de kruisvaarders, was ook de moeite waard om er eens binnen te wippen. Doordat dit kasteel op het hoogste punt van Lissabon ligt had je er een geweldig panorama op de stad. 

Een ander stadgedeelte, het parque Naçoes stond dan weer in schril contrast met de Alfama. Hier werd er als het ware een futuristische stad gebouwd met brede boulevards, sjieke kantoorgebouwen en gigantische winkelcomplexen. Op de koop toe nog een kabelbaan om met een gondeltje al die architecturale verwezenlijkingen te kunnen bewonderen. Ik heb gelezen dat de huisvuilophaling via buizen en de daartoe benodigde hydraulica gebeurd.  De architecten hebben hier de harmonie betracht van groen en beton. Het is hen min of meer gelukt. Vele kunstwerken moeten de ganse buurt een artistiek accentje geven. Niet verwonderlijk dat het megalomane eurosongfestival hier plaats heeft gevonden. 


In het oog springend is wel de Vasco da Gama toren. Met zijn 135m hoogte de hoogste van Portugal. De Vasco da Gamabrug (Ponte Vasco da Gama), iets meer gelegen naar het Noorden is een ruim 17 kilometer lange (gedeeltelijke) tuibrug over de Taag ten oosten van Lissabon. Zij verbindt de plaatsen Sacavém en Montijo en is genoemd naar de Portugese ontdekkingsreiziger Vasco da Gama (1469-1524).


Het is tussen toren en brug dat ik de eerste tekenen van de Caminho Portugués heb opgevangen. Na de eerste stempel in de St. Jacobskathedraal van Lisboa zal ik 12 paaltjes lang de linkeroever van de Taag volgen. Daar aan de Tejo,  zullen mijn eerste pelgrimsstappen geregistreerd worden.  Ook de zeer gekende bedevaartweg naar Onze-Lieve-Vrouw van Fátima loopt langs dit traject. Het is alleszins al een mooie prelude voor een onwaarschijnlijk avontuur.  




Een citytrip is natuurlijk niet te vergelijken met een camino en wordt redelijk gekruid met terrasjes en museumbezoekjes. Zo kwamen de wijken Cais de Sordé, Rossio en Baixa Chiado ook even aan bod. Indrukwekkende gebouwen en standbeelden, winkelstraatjes, marktjes met hopen. Straatmuzikanten, studenten in hun klassieke zwarte kledij en capoeiradansers kleuren het straatbeeld. Maar ook sukkelaars zijn er in overvloed ! Bedelaars, blinde muzikanten, misvormde mensen die hun handicap etaleren en jonge mensen die er zo stoned als een gestroopte paling bijlopen. 't Is van overal. 

De wijk Belèm, waarmee eigenlijk naar Betlehem wordt verwezen, was voor mij de max.  Het geweldig mooie, in manuellaanse stijl gebouwde San Jeronimo klooster werd opengesteld voor het publiek. Daar moet je van profiteren. Het monument van Hendrik de Zeevaarder was eveneens de moeite. Mooi uitzicht op de brede Taag. Een beetje raar was het zicht op de amfibiebussen die op de Taag voeren. Beneden in de kelderruimten van het monument werd er een tentoonstelling geëxposeerd over het wedervaren van de grote zeevaarders. Zeemonsters zoals de grote kraak, menselijke gedrochten, een platte aarde waar ze af konden vallen, hun angsten voor het onbekende ... allemaal erg verrijkend. De Toren, de Torre de Belèm, iets verderop sprak ook tot de verbeelding. Van op die plaats is Vasco da Gama vertrokken om Indië te gaan ontdekken. Ik had er echt willen bijzijn. Alhoewel, die Vasco moet ne moeilijke mens geweest zijn. Hij liet bij een Brahmaanse spion de lippen en oren afsnijden en liet er die van een hond aannaaien. Zo stuurde hij deze arme man naar zijn opdrachtgever. 
Het is alleszins een mooie uitstap geworden. Ik had het eerlijk gezegd niet verwacht.  Adeus Lisboa, in augustus sta ik er terug als het me gegund wordt. 
De terugvlucht verliep eveneens rimpelloos. Het werd een avondvlucht en bij het overvliegen van de Spaanse kustgrens was de zon reeds onder. In het westen de mooie roze purperen kleuren die een ondergaande zon boven de wolken schildert, in het oosten de nacht met de verlichte steden - Bordeaux, Poitiers, Tours, Parijs. Allemaal al te voet 🏃🏃🏃doorgelopen dacht ik bij mezelf daarboven 11000m hoog in de lucht. Vervolgens kwam ik tot de conclusie dat het met een vlieger toch nog iets vlugger gaat ✈✈✈ ! 

Ik sluit af nu met een indruk : Een citybezoek Lissabon is een echte aanrader, neem het van me aan. Het stelt je zeker niet teleur. Ik heb er wat fotokes van getrokken. Het zijn er wel wat veel maar goed ... 💤💤💤





Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.