vrijdag 3 juli 2020

De Brusselse Zuidrand


Om kwart na 10 gold er afspraak in het stationneke van Groenendaal met de Marc, zijnde de initiatiefnemer van deze trip, en zijn zwager Michel.  Onze stapmaat had hier of daar een track van een stationsstapper op de kop  getikt en die moest onder handen genomen worden. De Michel had eveneens een goeie reden om mee van start te gaan.  Zijn nieuwe stapschoenen, nog steeds in 'rodage' zijnde, moesten verder ingelopen worden. Zijn vorige kloefen, ook nieuwe trouwens, zorgden voor allerlei ongemak gaande van voze benen en tenen naar vapeurekes, het pootje en slapeloosheid.  De oorzaak hiervan was een raadsel voor zowel het winkelpersoneel van AS als voor hemzelf. Na een grondige expertise van het schoeisel door de fabrikant werden deze dan probleemloos omgewisseld. Mag ook wel volgens mij, de prijs ervan is niet mis en valt bijgevolg ver buiten deze van een paar kemelharen sloefen. 

De Marc en de Michel liep ik al tegen het lijf in de "Nord"en samen konden we verder sporen naar Groenendaal. Tijdens de ganse reis was de magere bezetting van de treinstellen heel opmerkelijk. Een overvloed aan lege zitbanken trof je in de stellen aan. Kaartjes werden niet geknipt maar enkel getoond. En de reizigers, allen van een mondkapje voorzien, het éne al wat modieuzer dan het andere ... ze zaten er uitdrukkingsloos en gelaten bij ... het deed Orwelliaans en bizar aan.    Na een voorspoedige treinreis, dat mag ook gezegd, stapten we af in Groenendaal. Het stationnetje had zichtbaar betere tijden gekend  maar hoera, eindelijk was ik verlost van dat kapje. Wat een verademing zeg !  Beklagen doe ik de madammen die bij een boerka zweren en aanklagen doe ik hen die menen de dracht hiervan aan anderen te verplichten. 
Van hieruit zou er tot in  Halle gestapt worden. Goed voor een kleine 23 paaltjes. Een puzzeltje van verschillende stukjes GR  zoals de GR12,  de 512 en 612 alsook wat losse sprokkelingen van de streek GR  die 'de Groene Gordel' wordt genoemd zouden deze stationstapper gestalte geven. In het eerste deel van deze wandeling in de Brusselse zuidrand doorkruis je het bekendste woud van België: het Zoniënwoud. Ik heb me altijd afgevraagd wat die 'Zoniën" betekenen.  Als we 'Le Forêt des Soignes' zoals dat in de taal van Molière klinkt, letterlijk vertalen dan zou dit het Woud der Zorgen betekenen. Ik zie geen enkel verband  maar goed ! De huizen, lees paleizen, die in deze rand gebouwd werden doen je niet direct aan miserie denken. Maar, 'de Beukenkathedraal' als toenaam voor dit prachtige bos lijkt me toepasselijker. De statige torenhoge beuken die het ganse woud bevolken hebben hier debet aan . 


Het was bij het monument van de in WO1 gesneuvelde houtvesters dat mijn spreekwoordelijke Belgische Frank viel. Of Euro, om het even.  Hier ben ik ooit al eens geweest ! Een minireplica van Stonehenge, een hunnebed met daarrond een dozijn menhirs staan hier in het bos. De namen van de gesneuvelde Forestiers  staan in de menhirs gebeiteld. De Michel begon spontaan een rondje zakdoekleggen te lopen. Jawel, het begon stilletjesaan te dagen in mijn memorie. Deze wandeling heb ik al eens eerder gemaakt. Meer bepaald in oktober 2014, dan ben ik hier al eens gepasseerd met de Ronny en de Catsjoe. Amai, dat is al 6 jaar geleden zeg ! Wat gaat het toch snel. Tempus Fugit schreef onze andere stapmaat den Hugo. Achteraf nu blijkt dat het toen gevolgde parcours toch iets afweek van de officiële treinstapper.  Kijk maar : De Vlaamsche Rand . Aan de fotokes van toen te oordelen  kwamen we zo te zien precies iets meer kroegjes tegen.  

Ik hoef de mooie natuur van het Zoniënwoud en haar charme hier niet meer te bejubelen. Het ernaar verwijzende linkje  dat ik hierboven heb vermeld kan deze klus wel klaren.  Er liep daar, de vakantieperiode in acht genomen, maar weinig volk rond in dat woud. Met de crisis wordt er veel minder naar het buitenland uitgeweken voor de vakantie en dan zou je denken dat er meer interesse zou zijn in het aanbod dat er hier in  België wordt voorgeschoteld. Maar het was nog vroeg in de voormiddag dus ik kan me vergissen. Aan de rand van dit immense bos hebben we het schaft gehouden. Ook was het raar om vast te stellen dat ten gevolge van die coronacrisis er collectief een aanzet werd gegeven om het wat soberder te houden. Althans volgens mijn toch niet zo bescheiden mening. Ongewild wordt deze stoïcijnse lifestyle je opgedrongen tijdens zo een lockdownperiode en impacteert ze onbewust de leukere kantjes van je sociale leven. En dat zet zich nog wel eventjes door. Geen aperitiefke, noch hapje of knabbeltje. Een fleske wijn, evenmin. Deze geneugten des levens zijn uiteraard geen must maar het fleurt en kleurt het samenzijn met vrienden nog wat meer op. Een levensbedreigend gemis was dit op het moment niet want daar zouden we dan wel binnen de kortste keren een mouw aan passen. 


Eens dat bos uit belandden we in Linkebeek en van daaruit ging het richting Alsemberg uit. Prachtig heuvelend stukje aan wandelpaden langs glooiende weilanden afgewisseld met  gouden graan- en tarwe-akkers.  De velden met lijnzaadgewas - de Marc wees ons het verband met vlas aan - met de geheimzinnige gifgroene kleur zorgden voor een schitterende mélange in het panorama. Ondanks de nabijheid van de grootstad Brussel is het hier verrassend groen. Kleinschalige natuurgebieden in beekvalleien, bossen met holle wegen en weidse vergezichten volgden elkaar op. De Marc zorgde met zijn botanische kennis voor het groene accentje. Hij maakte ons opmerkzaam voor de prachtige vlinderstruiken. Deze stonden nu in volle bloei en daar had je het zilverblad waarvan hij het ontstaan van de benaming verklaarde. Kijk, dit is de stinkende gouw met de gele bloemekes zo ging hij eventjes verder. Het sap in de stengel verteerd wratten en inderdaad bij het breken van de stengel kwam er een geel-oranjekleurig sap tevoorschijn.  
Maar de rode draad die zich aftekende tijdens onze conversaties gedurende de ganse tocht situeerde zich toch in hoofdzaak bij ieders wedervaringen tijdens de lockdownperiode. Grollen en grappen sausden het wandelplezier.  Ze ontbraken er evenmin. 

Zo, aangekomen in Alsemberg informeerden we naar een cafeetje. Dat bleek volgens een lokale schone een moeilijk te beantwoorden vraag te zijn. Althans na interpretatie van haar niets verhullende mimiek. Het cultureel centrum waar we voor stonden bleek gesloten maar ze verwees ons door naar een terrasje aan een broodjeszaak. Deze hint zou misschien wat soelaas kunnen brengen. Afgewogen aan de afwezigheid van dorpskroegjes in het dorpsbeeld vond ik de gelijkenis met een gereformeerd Hollands dorpsaanzicht uiterst treffend. Geen lol, het loven van de Heer centraal en verder is alle genot of de daaruit spruitende geneugten zondig. Daar luidt het adagio 'Memento Mori',  gedenk dat je zult sterven. ! En rekenschap voor je daden zult moeten afleggen ! Dit laatste wordt er niet bijverteld.  Jazeker maar dan toch liever na een plezant aards verblijf ! Een zwijgzame getuige van deze terechtwijzende boodschap was de prachtige Onze Lieve Vrouwe kerk in het dorpscentrum. Dit betoog van me trekt er eigenlijk niet op hé ? Kant noch wal raakt het , waar haal ik het toch weeral uit 😊? Maar we gaven het niet op daar in Alsemberg. We zetten de zoektocht verder. In een straatje trok een mooie Santiago de Compostela wandtegel met pelgrim en schelp onze aandacht. Jaja, Santiago Matamoros, de Morendoder eerder bekend als St. Jacobus de Meerdere en tevens onze beschermheilige gaf met deze tegel een teken van leven. Zodoende kwam deze heilige man ter hulp aan 3 dorstige ex-pelgrims. Deze mooie tegel sierde de gevel van de 'Pastorij', een koket brasserie-restaurant niet zo ver van de kerk. Ook de herbergen in Spanje hebben vaak zo een tegel. We dachten dan ook dat we hier met een herberg te maken hadden. Bij navraag gebaarde het personeel van krommenaas. De kelner had nog nooit van een pelgrim gehoord volgens mij. Maar hier konden we gezeten in een gezellige tuin terecht voor een Beerselse Tripel. 9.5° alstublieft. Dat smaakte en bijgevolg volgde er een tweede want op 1 been kan je moeilijk blijven staan.
Na het smaken van dit genoegen stapten we verder richting Dworp en de R0 snelweg. Het einde van het toerke kwam daardoor in zicht en tegelijkertijd zwelde ook de  geluidsspollutie van het verkeer aan.  In alle gemoedelijkheid werden de laatste loodjes gelegd. Rond 7u konden we de terugweg aanvatten. Nog een snoepje in de vorm van een Westmalle op een terrasje vlakbij de statie in afwachting van de trein als afsluiter mocht niet ontbreken. Het was ondertussen aangenaam warm geworden wat het tevreden gevoel nog wat aanscherpte wanneer er teruggeblikt werd op een fijne dag. 's Morgens leek het er nog op dat het niet droog zou blijven maar dat was een misrekening.  Kan gebeuren. Dit was weeral een topdag !  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.