zaterdag 19 september 2020

Ave et Auffe in de Famenne-Ardennes

 

In m'n vorig posts maakte ik al melding van een uitstapje naar de Ardennen. Samen met de Ronny werd er een chaletje gehuurd zodat we in alle luxe een wandelweekendje konden organiseren. Ook de Ronny z'n dochter Lore en het nichtje Sofie zouden er bij zijn. Van mijn kant zou Els afkomen. Helaas, erg jammer want haar bezoekje moest afgelast worden. Noord en Zuid Holland kleurden sinds vrijdag 18 sept om 16u coronarood. Voor Nederlanders uit deze provincies waren bijgevolg niet noodzakelijke reizen naar België verboden. Negatief reisadvies dus en bovendien nog een heel gedoe zoals een verplichte quarantaine bij aankomst en het invullen van het passenger locator form. Neenee, dan bekruipt de lust tot reizen je niet meer. Corona was voor een 2de keer de spelbreker. Eerst de gedwongen terugkeer van haar fietstoer vanuit Namibië en dan nu, op de valreep, het verbod om België binnen te komen. Oh ironie, want je moet weten dat bij haar, beroepshalve zijnde een biomedisch-analyste, de coronavirussen bij wijze van spreken als het ware in het rond spetteren. Volgende keer dan maar weer. Voor deze uitstap had ik nog enkele trackjes liggen dus veel werk had ik niet aan de voorbereiding. Even vlug checken en klaar. Er was keus genoeg !


Ik had geboekt van vrijdag tot zondag maar een uitnodiging voor een onvoorziene trouwpartij doorkruiste een beetje de plannen. Ik zou maar eerst op vrijdagavond kunnen vertrekken waarbij Lore en Sofie zouden meeliften. Het zou donker zijn wanneer we zouden toekomen aan de chalet. Daarop besloot de Ronny om al een dagje eerder te vertrekken met zijne Catsjoe. Camping Le Roptai in Ave et Auffe was gekend terrein. Begin oktober in 2017 ben ik daar al eens geweest. Daarvan herinner ik me vooral de ontmoeting met een volkse oude Rotterdammer. De oorzaak van iemands domdoenerij verduidelijkte hij met de volgende uitspraak : "Gozer, hep jij bij het kinderbed van je moer wat te eng gezeten daaronder ? Ik moet er nog steeds hartelijk om lachen, ik vergeet het nooit. Ave et Auffe okt '17

Het is daar in het stroomgebied van de Lesse en de Lhomme een erg mooie omgeving. Niet te vergelijken met deze van de Semois waar de wandelpaden soms erg steil zijn. Hier in de Famenne-Ardennes tref je eerder glooiende landschappen aan. De streek heeft een gemiddelde breedte (gemeten van noord naar zuid), van ca. 20 km en versmalt in noordoostelijke richting. In het zuiden vormt een smalle kalksteenrichel, de Calestienne (uit het Midden-Devoon), waarin de rivieren Lesse en Lhomme indrukwekkende grotten hebben uitgesleten (onder meer te Han-sur-Lesse en Rochefort), de overgang naar de Ardennen.  Eerder was de Ronny midden in het bos bij zijn solowandelingetje zo een gigantische put tegengekomen. Die zou 80 meter diep zijn. Moest je er in sukkelen, je zou er nooit meer uitgeraken. Toch niet levend alleszins. Gelukkig was die afgesloten met een traliewerk. Op onze latere wandeling zijn we er nog eens langsgestapt. Indrukwekkend. 

Ook Sofie en Lore hadden hun viervoeter bij, respectievelijk den Django en den Dixie. Django, een naam die vermoedens opwekken dat je met een woest en allesverslindend beest te doen hebt maar dat zou dan weer een tikkeltje overroepen zijn. Django is een klein terriërke met een ruige vacht, Het is een vrolijke ragebol. Dixie een eigenwijze chocolade labrador die wel wil luisteren maar dan enkel wanneer er aangedrongen worden . Brave beesten waren het, net zoals de Catsjoe, en dat levert dan weinig problemen op in de omgang met andere mensen.  

Toch mag er gesteld worden dat de toewijding die jij voor je dier opbrengt niet volgens de regels van de evenredigheid op het begrip kan rekenen van de omgeving. Om nare opmerkingen uit deze hoek zoveel als mogelijk te vermijden is het zaak om je beest goed op te voeden en dan is er verder nog constant begeleiding nodig om het aangeleerde in herinnering te brengen. Hiervoor moet je dan ook onvoorwaardelijk van je dier houden om het op te brengen om daar een godganse dag mee bezig te zijn.   Ik kan me goed inbeelden dat het gezelschap van een dier een heilzame invloed kan hebben op iemand maar ik zou er eerlijk gezegd de energie niet meer voor willen of kunnen opbrengen. Bovendien, lach niet, ik zou het sowieso helemaal verkeerd aanpakken en verknallen met een voddenhond tot gevolg. Bij aankomst in Ave et Auffe had de Ronny een supersize hamburger ineengestoken. Lekker, dat is wat hij in mijn schrijfsels zou willen lezen😋 dus ik vermeld het wel even. Glazeke wijn en een chipke achteraf en de avond was zo voorbij. Ik maakte van de gelegenheid gebruik om Sofie, die in Berchem mijn geboortegrond woont, wat 'Barrechoemse' woorden aan te leren. Onder andere van een moezelèr en een boemellèr had ze nog nooit gehoord. Het is een beetje jammer dat deze volkse taalrijkdom in het ondertussen ontstane universum van de sociale media verloren is gegaan.  Echt betreurenswaardig vind ik het dat deze kleurrijke woordenschat stilletjesaan uitdooft en bij vergane cultuur zal worden geklasseerd. Tempora mutantur nos et mutamur in illis. Vergillius heeft nog altijd gelijk. 
Op zaterdag lag er een wandeling van een 20-tal kilometertjes in het vet. Prachtig weer, een zegening was het om rond deze tijd van het jaar er nog van te mogen genieten. We wandelden in een grote westwaartse boog naar Lessive. Lessive ligt in een dal en er heerst daar een microklimaat. Dit was destijds een belangrijke voorwaarde voor het maken van optimale satelietverbindingen. De grote schotelantennes die hiervoor opgesteld werden zijn nu de stille getuigen zijn van een vergaan RTT tijdperk. Tempus fugit, zijn de woorden van een andere Romeinse knakker. Mooie wandelwegen tref je daar aan in een weidse omgeving en het gezelschap van 2 toffe mesdames maakte het tochtje nog een schep aangenamer. Lessive zelf is een heel rustig dorpje. Vanop het terrasje van café 'Le vieux Lessive' overspoelde de rust jou als het ware. Een Ice-Tea bracht de nodige verfrissing.  Bij een brug over de Lhomme stonden er enkele picknicktafeltjes. Ideaal om er een broodje naar binnen te spelen en dat gebeurde dan ook. De honden hielden er een zwempartijtje waar ze zichtbaar deugd van hadden. Aan die picknickplaats was er samen met ons een groep jonge gasten toegekomen. Een bak bier en wat stokbroden, meer hadden die gasten precies niet nodig om het wat gezellig te maken. De Ronny overwoog nog om in 't geniep een paar flesjes uit hun bak te jatten maar bij een diepergaand studieplan zou dit onmogelijk het gewenste resultaat opleveren. Dit kostbare bezit werd veel te goed in het oog gehouden door die gasten. 
Wat is dat mondkapjesverhaal toch een gedoe ! In Han sur Lesse waar we op 2/3 van het uitgestippelde parcours belandden, liep iedereen met zo een masker rond zijn kop. Ik betwijfel het nut ervan niet maar in open lucht en dan nog in een park dit verplichten vind ik waanzin. Maar goed, ik pas me aan zonder te rebelleren. Ik stop zelfs voor een rood licht in de woestijn. Het dorp Han sur Lesse is een sprekend voorbeeld van toeristenlokaas. Het aanbod is er breed : Grotten, een safaripark, winkeltjes met lokale specialiteiten, hotelletjes en typische kroegjes etcetra. We liepen daar uiteraard nog een terrasje aan. De aanblik van al die gemaskerde toeristen die passeerden contrasteerde fel met het dorpsaanzicht van Lessive. Nee, die corona is verre van een aangenaam verschijnsel.  Die ellende mag al eens stillekesaan gaan ophouden. Nog een beetje geduld zeker ?

Rond de vijven zat het toerke er op. Terug aangekomen aan de chalet konden we even op adem komen met een aperitiefje. Lore maakte hiervoor een kruidig hapje klaar en wat later ben ik aan de slaatjes begonnen waarop onze op de BBQ gestoomde forellen gedrapeerd konden worden. Ik heb een gezellige avond kunnen optekenen. Ik ga er een fotoke bijzetten. Naar het schijnt zijn het enkel de Belgen die fotokes van hun eten trekken. Ik weet niet waarom en bijgevolg ben ik erg benieuwd naar een rationele psychologische verklaring. Alhoewel ik er me nu zelf aan bezondig vind ik het al bij al maar een lullige bezigheid 😋. 
Ook deze avond vloog voorbij, een uur heb ik niet in 't oog gehouden want de wijn vloeide daarvoor iets te rijkelijk. Mag het ? 's Anderendaags zou het er immers weeral opzitten. Rond 11 uur vertrokken we daar. Afrekenen en hup weg. We zouden nog even naar Rochefort trekken. Rochefort ligt een 10-tal km verderop en ook daar liep iedereen gemaskerd rond. Je weet het op de duur niet meer want het wordt moeilijk om al de lokale geldende maatregelen te kennen. Een kort bepijld wandelingetje naar de kapel van Lorette zat er nog in. Dit kapelletje staat er al bijna 400 jaar. Het is jammer dat ik nu pas te weten kom dat er in Rochefort een beroemde grot 'de grot van Lorette' te bezichtigen valt. Het is een grot met een nogal lugubere reputatie, lees maar eens :  Grot van Lorette. Een volgende keer bij een bezoekje aan Le Roptai, en dat komt er nog van, zou ik deze eens graag willen bezoeken. Zo heb ik weer een geldige reden om er nog eens tussen uit te muizen. 

Voilà zie, het zat er bijna op. Om het mini-avontuurtje met stijl af te kunnen ronden doken we nog een pizza-tent binnen. Met honger in de maag naar huis rijden zou teveel een domper zetten op de fijne ervaring. Aan die pizza heb ik dan een met gesmolten lookboter bekeuzeld hemd overgehouden. Een zorg voor de wasmachine. Mijn pizza Escargot Bouguignonne smaakte er niet minder om en het had bovendien niet de minste impact op het tevredenheidsgevoel dat ik na dit fijne verblijf overhield. We kunnen er weeral even tegen.
 

vrijdag 11 september 2020

Puurs - Westkant Branst en Bornem


Voilà, er wordt opnieuw regelmaat genoteerd in de wandelingetjes. Een gegeven waar ik met genoegen nota van neem. De Marc nam vandaag de honneurs waar voor onzen Hugo en Angelo. Beide heren hadden verplichtingen, den Hugo met verbouwingen, den Angelo gewaagde op WhatsApp van een 'wip'. Niet zo duidelijk wat hij hiermee bedoelde maar het heeft eigenlijk weinig belang. Het is immers helemaal geen verplichting onder de stapmaten om telkens present te geven. 


Afspraak lag opnieuw in Puurs. Rond 10u stapte de Marc daar af en ik kwam er juist aangereden. De Ronny en de Catsjoe stonden, niet geheel verwonderlijk,  aan een verkeerde statie. Deze van Bornem met name. Even wachten op hen dus. Vooraleer te vertrekken konden we nog even het fotoboek inkijken dat hij had samengesteld van zijn 3 camino's. Prachtig resultaat, het mag gezegd. Mooie composities, schitterende kleuren. Een creatie die de herinneringen tastbaar maakt, niet zelden met een zware emotionele lading. Ne mens zou na het doorbladeren van dit album onmiddelijk zijn rugzak willen maken, de bottienen aantrekken en binnenmonds 'salut en de kost' prevelen. Maar volgens onze literaire krak Willem Elsschot zaliger, staan er 'Tussen droom en daad wetten in de weg en praktische bezwaren, en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren, en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat'.  Dichtkunst van de bovenste plank als je het mij vraagt maar laat het nu dat coronavirus zijn dat onderwerp uitmaakt van deze poëtische ontboezeming in plaats van, vergeef me de omschrijving,  een afgeleefd takkewijf aan de haard.
Het obligate 'kopje koffie' op het marktplein van Puurs luidde naar traditie de wandeldag in waarna we zouden starten met het aanlopen van een stukje reeds gekend terrein. Het gaanpad naast de Vliet in het Tekbroek leidde ons net zoals verleden week naar Oppuurs. We namen wel de andere oeverkant en die bleek ook zojuist gemaaid te zijn. Bergen maaisel lagen opgehoopt te midden van het gaanpad. Een belemmering was dit helemaal niet. We stapten even goedgemutst verder.   Deze keer kwam er wat verduidelijking kijken aangaande het maaisel. Het bleek de Japanse duizendknoop te betreffen. Met een botanicus zoals de Marc als stapcompagnon krijgen de wandelingen telkens een subtiele educatieve toets. Dit exotisch woekergewas is wel mooi maar het verdringt op zeer aggressieve wijze onze inheemse plantsoorten.  Weg ermee dus ! 

Wat later werd z'n aandacht getrokken door een wietplantage. We zouden er zo voorbijgelopen zijn. Eerst was er de twijfel of dit wel mogelijk was maar een foto-upload naar de app die het mogelijk maakt om planten en bloemen te identificeren liet geen twijfel meer. Het was je reinste cannabis. Wiet dus ! 100 meter verderop stond er een bordje met wat onbegrijpbare uitleg. Het THC gehalte, een graadmeter voor de hoeveelheid cannabinoïden, van de aanplanting bedroeg 50,2% volgens dit bordje. Bijgevolg waren het geen drugs. Wat ik eigenaardig vind is dat ik op mijn wandeling van het Pieterpad in Nederland gelijkaardige aanplantingen heb aangetroffen. Daar werd er keurig vermeld dat dit een proefproject was dat alternatieven zocht in veevoeders om zo tegemoet te kunnen komen aan de toenemende vraag naar gelijkwaardige maar economisch meer rendabele veevoeders. Zou een woordeke meer uitleg op zo een bordje dan niet tegemoetkomen aan de curiositeit van de voorbijlopende mensen ? Ik trek deze gedachtengang graag door naar de talrijke borden die een verbod opleggen. Geef wat uitleg mee, dan kan er begrip opgebracht worden en wordt het stukken aanvaardbaarder voor vele mensen.  

De Marc zijn rol van adviserend botanicus was bijlange nog niet uitgespeeld. Ook de uiterst giftige Italiaanse aronskelk kwam aan de beurt. Voor een kind zijn zelfs enkele bessen, ze zien er trouwens erg appetijtelijk uit, zonder meer dodelijk. Jawadde, je moet het maar allemaal weten. Probeer maar eens vergif aan te kopen bij een apotheker, je zal het niet meekrijgen. Maar in een tuincentra geraak je wel gesteld. Niet in een potteke weliswaar maar vingerhoedskruid, taxus, hulst, gouden regen, doornappel en er zullen er nog wel meer zijn die je daar op de kop kan tikken. Zet zoiets maar eens in uwen hof.  Je mag er niet aan denken wanneer je kinderen of kleinkinderen dit in hun mond zouden steken.

Minder gevaarlijk stuf zijn dan mispels. De Marc wees ons op een mispelboom.  Mispels, ze waren al uit m'n geheugen gewist. Ik zag in mijn jeugdjaren deze vruchten al eens liggen bij kruidenier 'Den Appel' in Berchem. Ik zou niet weten waar je ze nu nog zou kunnen krijgen.  In oktober of november na een nachtvorst kunnen ze geplukt worden.  Met de bovenkant naar onderen moeten ze 2 tot 3 weken bewaard worden op een koele plaats. De vrucht wordt dan kneus waarbij de kleur door een fermentatieproces verandert van groen-wit naar donkerbruin en de smaak zoet weeïg wordt.  Het vruchtvlees is dan zo zacht, dat het uit de schil gezogen kan worden.  "Zo rot als een mispel" slaat dus in feite op een lekkernij. (Bron Wikipedia)


Kom, laat ons nog wat wandelen. Na het Tekbroek hielden we halt aan een OLV kapelletje om te aperitieven, annex het houden van het schaft. Dit kapelletje opgericht in 1958 draagt de onwaarschijnlijke naam "Onze Lieve Vrouw van Fatima, Licht in het Atoomtijdperk". Waar zullen we het in Godsnaam schrijven ? De beelden van de Fatima-bedevaartgangers op m'n Portugese Camino kwamen me terug voor ogen. Voorzien van in een souvenirshop aangekocht caoutchou'wen been, arm, oor of God weet wat voor onderdeel van het menselijk lichaam schuifelden ze op hun knieën over een honderden meters lang pad naar het schrijn van de Maagd.  Ten einde vergissingen te vermijden moesten de meegesjouwde caoutchou'wen parafernalia helpen om de hemelse aandacht te vestigen op het juiste te genezen lichaamsdeel.  Bewondering heb ik wel voor het rotsvaste geloof van deze mensen. Ik hoopte toen echt dat ze aanhoord zouden worden.
't Glazeke wijn, vast onderdeel van de aperitief ... ik had m'n bekers nog maar eens vergeten wat tot gevolg had dat de Ronny uit de Catsjoe zijn drinkbakske moest tappen. Een doorgesneden petfleske zorgde voor de 2 andere ontbrekende wijnromers. We zijn erg vindingrijk om voor zulke mankementjes een oplossing te vinden.  
De Marc had eerder al voor een toetje gezorgd. Onderweg sprong hij een bakkerijtje binnen voor wat frangipannekes. De Ronny wees dit aanbod beleefd af want hij is niet erg belust op zoetigheid.  Je zou hem veel meer plezier doen met een pasteitje van een ter plaatse met pijl en boog afgeschoten haas of fazant. Gerookt of gegrild, om het even, het valt eveneens binnen de desiderata van onze maat. Voilà, nog een 20 frank woord, 't is lang geleden 😉😉😉. 
We stapten voort vanuit Oppuurs naar Branst toe. Mooie paadjes, geweldig temperatuurtje, zoete geuren van kamperfoelie, bosgrond, gemaaid gras en ga zo maar verder. Een streling voor alle zintuigen. Alle ingrediënten hiervoor stonden weeral volop in promotie in onze natuurwinkel. Zalig stappen. Op de scheldedijk in Branst werd ik aangesproken door een koppel fietsers. Ik herkende hen niet wat ik nogal gênant vond. Toch gënanter dan de vergeten wijnbekers en de mispels die uit m'n geheugen waren verdwenen. Al vlug stak ik het op de zonnebril die ze droegen om het falende geheugen een beetje te vergoelijken. Ik vroeg hen waarvan ik hen moest kennen, ik zag geen enkel verband. Ik kon hen niet thuisbrengen, noch van naam en noch minder van waar. De dame verduidelijkte. Ludo en Lucia ... familie of kennis van m'n schoonzoon. Telkenmale er een feestje is bij dochterlief of haar aangetrouwde familie en waarbij we uitgenodigd werden waren deze mensen erbij. Erg gênant temeer omdat ik met Ludo bij die gelegenheden al uitgebreide gesprekken heb gevoerd. Vergeetachtigheid ? Zouden de ouderdomsverschijnselen beginnen met hun mottige kop op te steken ? Laat het nog maar even uit of ik kan me ook al zo een caoutchou'wen kop aanschaffen en in Fatima op m'n knieën de bedeweg gaan opboenen. Ik zie me daar al bezig 😋.


Iets verderop was er aan het restaurant 'Het Scheldezicht' een gezellig tententerras gebouwd. Ik heb er m'n angst en de ondertussen opgekomen dorst weggespoeld met een frisse pint 'Desperado con Lima'. Een tequilabiertje met limoen, een aanrader als dorstlesser. Dit tententerras is/was een uitgelezen plek om even uit te rusten met een fris pintje en waarbij je kan/kon genieten van het zicht op de voorbijvarende bootjes. Het leven werd weeral eens langs de aangenaamste kant belicht ! 
Vanuit Branst ging het richting Bornem uit waar we toch een groot deel door de bebouwde dorpskom hebben gebaggerd. Dat is ook al eens meegenomen maar het wordt interessant wanneer je je route langs de kleine steegjes met de knusse achtertuintjes uitstippeld. Het stukje tussen Bornem en Puurs leverde nog enkele verrassingen. Eerst en vooral de doortocht van een prachtig park bij het verlaten van Bornem en vervolgens bij de laatste kilometers de traktatie op een verdwenen pad waardoor we onze route à la minute moesten aanpassen. Aan een vliegveldje waar er met  afstandsbestuurde vliegtuigjes werd gespeeld meenden we de  juiste veldweg die ons naar Puurs moest leiden te hebben gevonden. Deze lag naast een maïsveld. We zaten er grandioos naast. We liepen aan de verkeerde kant van de sloot. We moesten terugkeren. Aan de juiste kant van de sloot was er echter geen pad meer. De boer had het aangeslagen voor zijn maïs aanplantingen. Dat gebeurt wel meer. Deze keer moesten we een heel stuk op onze stappen terugkeren wat ons toerke al tegen de 25 paaltjes deed aanleunen. Beetje jammer, niet voor de omweg,  maar hierdoor waren we gedwongen de laatste kilometertjes af te malen op het fietspad naast de spoorweg. Zie daar, de statie van Puurs kwam al in zicht. We kenden al de weg naar een gezellig plekje om er de dag af te sluiten. In 'De Jade', een restaurant - café op het hoekje rechtover de statie wordt je uitermate vriendelijk bediend. Dat ondervonden we verleden week al. Dan kom je graag terug. Afsluiten dus met een toast op de geslaagde stapdag en hiermee zat onze uitstap er weeral op. Het was er één om een week lang op te kunnen teren. Volgende week trek ik naar Ave et Auffe voor een weekendje. Ik hoop dat ik de weergoden nog enkele dagen gunstig kan stemmen. We zien wel en ondertussen tellen we de dagen af. 


zondag 6 september 2020

Inloop en Puurs - Zuidkant Oppuurs Lippelo


Na enkele weken inactiviteit werden deze week de draadjes terug opgenomen. Hoog tijd werd dit volgens mij. Maandag was het mijn bedoeling om een klein lusje te lopen. De bleinen ten gevolge van het inlopen van mijn nieuwe bottienen indachtig bij het tripje naar Daknam dacht ik aan een 5-tal kilometertjes  lang lusje. Het werden er 12, hier in Haasdonk met de vingers in de neus rond de kerktoren.  Geen bleinen meer gespot dus kunnen we weeral voort hobbelen voor een luttele 1500 paaltjes.  In de Luiseekstraat kwam ik toen Eric tegen. Eric is de kozijn van onzen Hugo. Hij rustte even uit op een bankje aan het kapelletje van de Heilige Amalberga. Een stop op de Weg Om. Deze Weg Om, of is het nu Wegom, is een bedevaartsweg die vanuit Temse al de kapelletjes van de voornoemde aureooltjesdraagster aandoet. Een tochtje van om en bij de 24 km. Eric is een wandelaar van het eerste uur. Niet alleen is hij de ontwerper van de prachtige, in de kolom hiernaast vermelde, blog 'Stroomopwaarts wandelen langs Waterlopen'' maar bovendien laat hij zich door de muze Clio tot mooie poëzie inspireren. Het werd een aangename ontmoeting met deze minzame man. 
Vervolgens ben ik op dinsdag nog een stukje van het Kortbroek in Kruibeke gaan verkennen. Het hogergelegen stukje langs de Schelde tot aan Burcht stond nog niet op mijn palmares.  Niet spectaculair maar goed, ik heb het gezien. 
Ik ben blij dat er terug wat vaart kan komen in de wandelingetjes. Dat Coronagebeuren komt me stilaan de strot uit. Ik ben zeker niet de enige en ik moet oppassen dat de lethargie niet toeslaat want het ligt voor mij op de loer. Jezelf elke dag opnieuw oppeppen om 'betekenisvol' met iets bezig te zijn vraagt veel van je creativiteit. Zo niet blijf je in je bed liggen tot een uur of 10 en laat je verder de coronakilo's aanzwellen vanwege het troost zoeken in een hap of snoepje. De verveling wordt stilaan regel als je niet tijdig ingrijpt. Gelukkig staat er voor binnen 14 dagen nog een mini-Ardennenoffensief op het menu. Met de Ronny, zijn dochter, nog een nichtje, 3 honden en onze Els hebben we een chaletje verzilverd in Ave et Auffe. We gaan er samen een toerke lopen in de bossen. De prille herfstlucht snuiven en genieten van elkaars gezelschap en de prachtige omgeving. Het kost geen centiem ! Nu ik het bezie had ik graag nog een weekje langer in Poupehan blijven hangen. Het had gekund !
Maar goed, het is er niet van gekomen. Gods wegen zijn ondoorgrondelijk, dat werd ons vroeger wijsgemaakt en bijgevolg schikken we ons maar in het lot. Klagen zou bij deze misplaatst zijn want vele mensen hebben daar veel meer recht toe. 


We gaan nog wat stappen !  Om 10u zouden we van start gaan in Puurs aan de statie. Ik pikte den Hugo op in Temse, de Ronny zou met z'n kar naar de statie komen. Den Angelo moest z'n plan maar trekken om er te geraken. Er waren immers treinen om hem tot daar te brengen maar z'n wederhelft wenste te  shoppen in de regio en deponeerde bijgevolg haar teerbeminde echtgenoot keurig aan de statie van Puurs. Liefde beweegt mensen tot grootse dingen 😔😔😔
De eerste kilometer leidde ons door het dorp van Puurs. Algemene indruk was dat dit een proper en net dorp is. Al vlug bleek dat het onmogelijk was om te breken met de ondertussen geijkte traditie : De koffie ! We waren amper 10 minuutjes onderweg en we zaten al op onze kont een bakkie pleur (koffie voor de Hollanders) te slurpen. Een koffietje bij de start is ondertussen zo een beetje het synoniem geworden voor het inluiden van een stapdag. Zonder zouden de verwachtingen nooit ingelost worden. Mooi weer, camaraderie, sjieke omgeving, af en toe de keel smeren  en stappen maar. 

Het gaanpad naast de Vliet in het Tekbroek dat je naar Oppuurs brengt was betoverend mooi. Ik meen geluk gehad te hebben want het was pas gemaaid. Moesten we hier een week eerder gestaan hebben dan was er hier geen doorkomen aan. We hadden dus chanse want zoiets kan je niet zien op een plan. Erg mooie omgeving daar en de zoete specifieke geuren van gemaaid gewas op het pad gaven een extra dimensie aan de beleving. Eens het Tekbroek uit kwam nog de picknick aan bod. Het gekende menu : Aperitiefke, glazeke wijn, boke ... gezellig. Daarna werden de stappen pal zuidwaarts richting Lippelo gezet. Lippelo is een deelgemeente van Buggenhout en deze heeft de eer om het geografisch middelpunt van Vlaanderen te herbergen. 1 professor en 4 burgerlijke ingenieurs hebben daarvoor de berekeningen gedaan. Ik vraag me af hoe ? En dat dat middelpunt nu juist naast een baan ligt zodat er een monument kon voor opgericht worden doet bij mij vragen naar hun rekenwerk rijzen.  Maar het heeft eigenlijk niet het minste belang.  Niemand lijdt er honger door. 
Iets voorbij dit punt moesten we afscheid nemen van den Hugo. Een stroompanne ten zijnen huize noopte hem terugkeer naar huis te moeten maken. Een maat van hem zou hem in Lippelo komen oppikken. Hij nam een andere weg, wij gingen binnendoor langs beemd ende bosch en kwamen tegelijkertijd met hem aan op het dorpsplein van Lippelo. Tot een volgende Hugo, wij gaan hier een tripeltje versieren. De Soezafoon, uitgebaat door een Hollander, beschikte over een nagelnieuw tuinterras. Het tripeltje smaakte. De uitbater kwam uit Utrecht. Hij nam het me niet kwalijk dat ik bij het opnemen van de bestelling even het begrip 'kruikenzeiker', de scheldnaam voor een Utrechtenaar, ten berde bracht. Utrecht was vroeger jaren bedrijvig in de leerlooierij. Om het leder te bewerken, te looien maakte men gebruik van urine. De arbeiders trokken 's morgens naar hun werk met een gevulde kruik ochtendplas van het ganse gezin. Vandaar !

We stapten nog wat verder terug naar boven richting Liezele. Zalig wandelen is het daar. Als afsluiter kwam het fort nog in beeld. Enkele vissers waren er bezig hun sport, de hengelsport met name, te beoefenen. De Ronny zijn aandacht werd getrokken door een soort minibootje dat tot de uitrusting bleek te behoren van een aldaar bedrijvige sportvisser. Op zijn vraag waarvoor dit diende bleek het dat dit een bootje diende om dobber en voer naar de gewenste plek in de waterplas te brengen. Een werphengel is demodé zo bleek uit de deskundige uitleg van de visser in kwestie. Hij viste op meerval en de gestelde vraag van de Ronny of je deze vis kon opeten weekte niet al te vleiende opmerkingen bij hem los. Vissers die hun vangst opeten worden 'panvissers' genoemd  zo stelde hij. Ik had er nog van gehoord. Ze bederven de sport en vernielen de habitat van de vissen. Het duurt tientallen jaren vooraleer deze zich kan herstellen. Een visser die zijn vangst niet terug uitzet moesten ze volgens onze woordvoerder levenslang zijn vergunning afnemen.  Ik geef hem gelijk.
Voilà, we zaten terug aan de rand van Puurs. Einde traject. Nog een laatste pintje aan de statie en de dag zat er op. Een erg fijne wandeling werd het. Mooi weer, sfeervolle paadjes en een knappe omgeving. Ook de diepgaande gesprekken over vriendschap en relaties bij een schuimend kraagje gerstenat leverden een  waardevolle bijdrage aan het slaaggehalte van de dag. Niet altijd is het ernst troef want ook veel gezever en lol ... soms ook lockerroom language, waarom dit ontkennen ? ... behoren tot de ingrediënten van een gezellig samenzijn. Ik kan er weer even tegen.