Even terug bij de les blijven ! De SGR Kempen blijkt een moeilijke bevalling te zijn. Gestart in februari blijven er nog 5 trajecten af te malen. Vandaag werd er dus terug een stukje gelopen tussen Hoogstraten en Meersel - Dreef. Vroeg vertrokken, solo - niemand bood zich aan om mee te stappen - zo lukt het ook wel. Op die SGR's zijn er dikwijls verplaatsingen met de bus en dan is vroeg vertrekken wel aangeraden. Het is dan iets moeilijker om af te stemmen met de stapmaten maar ik heb nog geschikte toertjes in overvloed als er vraag moest komen. Het aanbod bussen is in het vroege uur ook iets groter. In het NMBS station Noorderkempen stapte ik uit de trein en nam bus 600 van de Lijn naar Hoogstraten. Vlotte verbinding en rond 9 uur stond ik in het centrum van Hoogstraten. Grijs wolkendek, er werd vanaf 2 uur immers regen voorspeld. Daar mocht ik me aan verwachten. Geen erg want de bossen en weiden en aansluitend de ganse natuur hadden dringend een opfrissing nodig. Af en toe viel er al een druppeltje maar vanaf het middaguur werd het menens en volgde er een traktatie met malse regenbuitjes. Het is zo mooi die dampende aarde te zien en te ruiken na een buitje. Je zou voor het plezier je helemaal zeiknat laten beregenen. Welgekomen die regen deze keer en als je een parapluke bij hebt hoef je zelfs nog niet te gaan schuilen.
Een eerste feit was de kennismaking met het begijnhof. Ik telde 36 huisjes, een schuur en een barokke driebeukige begijnhofkerk, toegewijd aan Sint-Jan-de-Evangelist. In een akte uit 1380 schonk Jan V van Cuijk de grond waar het begijnhof op stond aan de begijnen. Hij vermeldde in de akte dat ze de grond al een tijdje in pacht hadden van zijn voorvaders.
In de 16e eeuw hadden de begijnen te maken met meerdere branden, onder meer op Witte Donderdag van 1506 toen, behalve de kerk, het hele complex werd vernield. In 1534 werd het hof omringd door een stenen muur.
In het begin van de 17e eeuw telde men twee begijntjes. Dit aantal liep op tot 160 bij het einde van de 17e eeuw. Hoe ze die in 36 huizekes herbergden is me een raadsel. Soit, in 1972 verliet Johanna van den Wijngaard als laatste begijn het begijnhof.
Een klein kilometerke lang maakte ik kennis met de hoofdweg door Hoogstraten, van dan af hopla de natuur in met een bezoekje aan de Salm Salm molen. Deze bovenkruier werd opgericht in 1571. In Hoogstraten bevonden zich toen al meerdere watermolens en nog een windmolen. De nieuwe molen werd uitgebaat als banmolen van de heer van Hoogstraten. In 1973, werden de molen en het omliggende landschap monument, en in 1975-'76 werd de molen grondig gerenoveerd en de molenberg en de romp kregen een woonbestemming. Iets verder botste ik op de Laermolen. Deze watermolen van het onderslagtype vind je op de Mark aan de Molenstraat tussen Hoogstraten en Minderhout.
De eerste vermelding van de molen is uit 1405, maar ze is waarschijnlijk ouder. Vroeger was het een dubbele molen: een korenmolen later schorsmolen op de linkeroever, en een oliemolen op de rechteroever. De oliemolen werd in 1860 stilgezet en de rest van de molen in 1913, omdat de eigenaren het stuwrecht verkocht hadden. Na 1918 werd de schorsmolen gesloopt en bleef slechts het restant van de oliemolen en de sluisvloer over. In 1995 werd de restauratie aangevat en in 2004 kon de oliemolen weer in bedrijf worden gesteld. Op de 2de en de 4de zondag van de maand wordt ze opengesteld voor het publiek. Jaarlijks worden er smoutebollen geserveerd die gebakken zijn in door de molen geslagen olie. Lekker !
De grens met Nederland is hier erg grillig. Vanwege de verschillende en- en ex-claves in het Noord Brabantse Baarle Nassau en Baarle Hartog is het niet altijd duidelijk. Ik zat in Nederland begot. Onderaan Meerle volgde ik de rand van de Blauwbossen, kwam er een schilderachtig mooi kapelletje tegen en enkele vennen. Brede zandwegen stonden garant voor zalig stappen. Op Nederlands grondgebied aan zo een ven stond er een Camper een beetje verstopt. Het was een Frans koppel uit de Alpen dat op terugweg was van Trondheim in Noorwegen. Een aangename babbeltje met deze toeristen volgde. Ze vroegen zich af wat er zoal te zien was in België. Enkel het Manneke Pis behoorde, wat België betreft, tot de cultuurkennis van ons vaderland. Ik vroeg hem of hij even tijd had en niet vroeg moest gaan slapen vandaag. Na het tonen van wat fotootjes zou hij Brugge, Leuven, Brussel en Gent bezoeken. Hij dacht dat enkel Brussel iets interessants te bieden hadden. Hij was blij dat hij wat informatie rijker was geworden en er volgde nog un grand merci ! Adieu et bonne retour chez vous !
Hoogstraten staat bekend voor haar aardbeien. Ik wandelde daar tussendoor de gigantische serres. Ik kon er een drukke bedrijvigheid vaststellen achter de doorschijnende plastiekmuren. Veel arbeiders van Indische en Centraal Aziatische origine verdienen er met de pluk hun snee papadum of lavashbrood. Af en aan reden ze hun karretjes volgestouwd met bakjes aardbeien naar de buiten wachtende vrachtwagens. Het hield niet op.
De laatste kilometers van het uitje verliepen door het wandelgebied 'De Asputten' en volgden deels de oevers van de Mark. Ook weeral geweldig mooi en ik had spijt dat ik al om 2 uur de wandeling moest afkloppen. Vroeg, ik zou vroeg thuis zijn, ik schatte 15u30. Nougabolle ... iets later dan 8 uur werd het ! Iets na 2u kon ik de bus vanuit Meersel Dreef naar NMBS station Noorderkempen nemen. Een goed uurtje bollen en geen probleem. Het reisschema naar huis zou vervolgens kloppen als een zwerende vinger kwa aansluitingen. Aansluitend in het Noorderkempen station zou ik maar enkele minuten moeten wachten op de trein naar Antwerpen. Zie ! Daar kwam de trein al aan. Ik stapte op, en wat bleek ? Ik zat op de trein naar Amsterdam en eerst in Breda zou ik er maar af kunnen en terugkeren. Een sympathieke treinbegeleider regelde een ticket 'Verdwaalde reiziger' voor mij. 'Lompe reiziger' zou treffender geweest zijn maar ik vrees dat dit niet strookt met de ethische regels die de NMBS oplegt aan haar personeel. Prima en een goed uur later stond ik terug in het staion van de Noorderkempen. Een uurtje extra reizen was meegenomen en bovendien nog gratis. Echter aangekomen In de Noorderkempen wilde de trein niet meer verder rijden. Een Thalystrein in panne versperde wat verderop het spoor. Ongekende wachttijd, na een halfuurtje was m'n geduld op en stapte ik uit op zoek naar een bus. Ik dacht geluk te hebben, er stond geen kat aan het perron en de bus zou er zo dadelijk aankomen. Jawadde, 5 minuten later stond het hele gestrande treinreizigergezelschap aan de halte. Als sardinnekes in een blikje hobbelde ik op de bus tot in Antwerpen. Ik telde op de ganse bus hooguit 6 bleekgezichten, de rest Afghanen, Noord-Afrikanen, Pakistani en kies maar verder uit. Aan de Noorderlaan kon ook deze bus niet meer vooruit. Een botsing met een tram legde alle verkeer lam. Een getoeterconcert volgde. Ik beklaag de mensen die hier dagelijks met hun auto door het stadcentrum moeten laveren. Ook hier hield ik het na een halfuurtje voor bekeken, vroeg de chauffeur om de deur te openen, en in de gietende regen deze keer liep ik tot aan het Centraal Station van de Koekestad. Binnen in het station liep het vol politie en militaire attachées. Ik vermoedde dat het Nederlandse Koningspaar hier de trein naar huis zou nemen. Zo zagen er toch hun reisplannen uit vernam ik 's anderendaags. Ineens kwam die defecte Thalys me voor als één grote smoes. Ik kan verkeerd zijn maar werd het spoorverkeer tussen Amsterdam en Antwerpen niet met opzet lamgelegd ter wille van de Nederlandse Kroon ? Het kan en mag al eens tegenzitten. Niet soms ?
Tussen de uitstap naar Normandië en het wandelingetje hier aan de Noordzeekust hadden ik en de Ronny ingeschreven voor een wandeling in Boechout. Deze wandeling werd opgezet door het Santiagogezelschap van de provincie Antwerpen. Een 10-tal kilometertjes, zelfs nog niet, zouden ons langs de wijngaarden van Boechout leiden en een stukje van een pelgrimsweg volgen. Een Santiagolid tevens lid van de lokale wijnbouwersgilde zou ons gidsen. Aansluitend zou er in de Stenen Molen een wijnproeverij volgen en een paella geserveerd worden. Start was om 10 uur aan die molen. Alhoewel de kantine geopend werd en we er erg vroeg bij waren stond de gids niet toe dat er naar koffie werd gevraagd. Dat pikte al zowel bij mij als bij de Ronny en bijgevolg kon er verder niet meer op veel sympathie gerekend worden. Alhoewel deze gids goed op de hoogte was van het verbouwen van wijn en eigengereid zijn best deed om zijn kennis ten gelde te maken bij zijn toehoorders stak het ons tegen. Ik had het kunnen weten, slaafs de kudde moeten volgen, het beklemmend serieux van het luisterend publiek en de gids ... de glorierende zelfingenomenheid .... het interesseerde me ineens voor geen fluit meer en er restte me nog enkel mijn hoop te stellen op de paella en de wijnproeverij die na afloop van de rondleiding zou volgen. De wijn was goed maar eerder karig, hooguit kon je met de 3 proevertjes een romertje vullen, de paella echt lekker, het mag gezegd, maar de 40€ inschrijving vond ik ronduit overdreven om het woord schandalig niet in de mond te nemen. Misschien werkelijke kost 10€ hooguit 15€ en de rest kwam volgens mij ten goede aan de clubkas van de wijngilde of de wijnboer himself. Het druist een beetje in tegen mijn principes dat een pelgrimsgezelschap een privévereniging overmatige winst laat boeken op kosten van haar leden. Daar ga ik in het vervolg voor passen. Een, aansluitend op de wijnproeverij, terraske in Boechout bracht me meer plezier. We leerden er een pelgrim in spé kennen, alsook een lieve dame behorend tot het bestuur. Daar op dat terraske hebben we nog goed gelachen. Het werd verdorie nog laat !
Tijdens de laatste wandelingen die we samen, ik, de Ronny en den Hugo, hielden ontstond het initiatief om er enkele dagen op uit te trekken. Ik had voorgesteld om naar Etretat te trekken. Een prachtig kustdorpje omringd door meerdere van de indrukwekkendse kliffen in Europa. De Ronny zou zijn Camper aanspreken, ik en den Hugo kozen voor de tent. Van maandag tot vrijdag zouden we hiervoor uittrekken. Op het gemakske reden we maandagmorgen vroeg door. De Ronny had zijn camper daags te voren in mijn voorhofke gestationneerd zodat hij de Kennedytunnel op maandagmorgen kon vermijden. Een English Breakfast die morgen moest ons genoeg calorietjes bezorgen om zonder honger tot op de bestemming te geraken. We pikten nog den Hugo op bij hem thuis en waren pleite. Zalig weer en het zou zo nog enkele dagen aanhouden. Tussen Le Froyelle en Le Boisle stopten we aan een routier voor het traditionele taske koffie. Sfeervolle afspanning met aan de buitenkant het voor Frankrijk zo gekende uithangbord 'Bar Tabac'. Onderweg stopten we nog even om wat inkopen te doen in een Auchan en rond 4u waren we op de camping. Het moet zijn dat we geluk hadden want reserveren kon niet op een camping municipal. De dagen die volgden stond er rond 5 uur steevast het bordje COMPLET aan de ingang. Reuzegezellig zo kamperen en wat kokkerellen. Dag 1 - Patatas Bravas en Albondigas. 2- Een Rissoto met groene asperges kip en pulpo 3- Tortelini met groentjes en kip. 4- Mosselen in kaassaus, krieltjes, eendenconfit en ratatouille op de grilplaat. 5- Een menuke in de McDonald van Fresnes Montauban. Uiteraard werden bij 1 tot 4 dit alles overgoten met een lekker glaasje wijn of bier. En zo eindigden ook de dagen in een amicale sfeer bij een stevig glaasje. Plezant, goed gelachen en gezeverd.
De wandelingen had ik vooraf uitgestippeld en die waren om van te snoepen. Jammer genoeg kon de Ronny niet de volledige toeren meelopen. Catsjoe, de Ronny zijn hond is inmiddels 14 jaar oud en kon de langere tochtjes niet meer aan. Telkens liep hij mee tot in het dorp Etretat, kon 1 klim tot bovenaan de Falaise aan en moest dan op het gemakje terugkeren naar de camping. De Ronny moest halverwege de terugweg stoppen om het beestje wat rust te gunnen bij een taske koffie op een terras. Voor de Catsjoe werd er een crème glaceke besteld. Het beestje was doodop ocharme. Ik en den Hugo pakten dan maar de stevigere wandelingetjes aan. Prachtig uitzichten op de kliffen, sfeeërieke huizen, adembenemende uitzichten op graanvelden en oceaan bovenop de falaises ... werkelijk een natuur om van te snoepen. Uiteraard vergde dat wel het nodige klimwerk maar het loonde de moeite. Ik zou het landschap en zeezicht zo kunnen situeren op de prachtige Camino del Norte. Daar op die route was m'n kijklust ook onverzadigbaar. Zulke schoonheid tref je niet aan op onze Belgische kust.
Het werd een mooie midweek samen met de maten. Ik zou in superlatieven kunnen blijven schrijven maar ik denk dat een fotoserieke meer tot de verbeelding spreekt. Pure schoonheid die hikes op de kliffen van Normandië. Ik hoop dit nog eens over te kunnen doen.