Op stap met den Hugo vandaag. Voor de verandering kozen we eens voor een stadstoerke. Na het afstruinen van bospaden, duinlandschappen, stranden, veldwegels en noem maar op zorgt zo een stadsbezoekje voor een welgekomen afwisseling. Kortrijk in de provincie West-Vlaanderen zou het worden, de stad die onlosmakelijk verbonden blijft met de Guldensporenslag. De Guldensporenslag of de Slag bij Kortrijk was een veldslag die daar plaatsvond op 11 juli 1302. De slag was het gevolg van de Vlaamse opstand, een conflict tussen het graafschap Vlaanderen en het Franse koninkrijk.
De slag was in militair opzicht opmerkelijk, omdat een leger bestaande uit ambachtslieden een ridderleger versloeg. Vandaag wordt de Guldensporenslag herdacht bij de Vlaamse feestdag. Het uitstapje kreeg bijgevolg een cultureel tintje.
Iets na 10 uur stapten we af in Kortrijk station. Het stationsgebouw aasde op een erkenning als cultureel erfgoed maar helaas, het mocht niet zijn. Het station zelf heeft nochthans een hoge culturele waarde. Het is vandaag één van de laatste nog bestaande wederopbouwstations in Vlaanderen en in elk geval het belangrijkste dat ons nog rest uit de periode 1940-45. Vanuit dit station vertrok op 6 november 1842 voor de allereerste keer ter wereld een trein die een landsgrens overschreed. Een voorlopig station werd reeds in 1840 gebouwd, een eerste volwaardig station in neoklassieke stijl opende de deuren in 1876. Dit 19de-eeuwse station werd tijdens de zware geallieerde bombardementen op Kortrijk in 1944 zwaar getroffen en grotendeels vernield. Het werd helemaal wederopgebouwd. Een tweede belangrijk wederopbouwstation, dat van Mechelen, werd recent gesloopt. Zo, meer over de indrukwekkende geschiedenis van dit station vind je hier : Het station van Kortrijk.
Bij het verlaten van het station zagen we hoe 2 agenten van Securail en 2 politieagenten een zwarte reiziger staande hielden. Ik vermoed dat hij eerder van een trein werd geplukt omdat hij er gewapend met een enorm breekijzer op rondliep. Ze hadden het hem al afgepakt. Hij mocht zijn reis verderzetten maar dan wel zonder zijn speelgoed. Het viel ons al vlug op dat Kortrijk op het vlak van haar bevolking de multiculturele kaart trekt. De etnische diversiteit spreekt er boekdelen. Inwoners gezegend met een huidskleur, gaande van melkwit tot pikzwart en met alle schakeringen daar tussenin, loop je er tegen het lijf. Ik heb het even opgezocht : Net geen 10% van de Kortrijkzaanse bevolking is van allochtone origine. Dat is erg veel volgens de geldende demografische normen.
Al vlug zaten we in de binnenstad. Ik moet bekennen dat ik deze Leiestad al direct een toffe bestemming vond. Mooie winkelstraten, statige gebouwen en een wirwar van historische straatjes tref je er aan, het oogt gezellig. Na een jarenlange indommeling vond er een metaformose plaats en nu verrast de stad jou met haar creatiefste kant en maakt ze deel uit van de Unesco Creative Cities. Veel natuur zouden we deze dag niet bewandelen maar dat was niet getreurd. Veel beziens viel er te melden en dit al op amper enkele honderden meters van de statie af. De Broeltorens en de verlaagde Leieboorden nodigen je uit om er je even op je kont te zetten en samen te chillen met vrienden rond een picknickmandje en een paar fleskes wijn. Verder bekoort de Grote Markt alleszins. Het Belfort en stadhuis zijn daar debet aan. Een bezoekje aan het begijnhof vonden we eveneens de moeite waard. Vooral het belevingscentrum maakte je ietsje wijzer over de begijntjes hun doen en laten. Ze werden daar toen zonder meer de 'Glorieuze Wijven' genoemd. De Texture, een museum over de Leie en de vlasoogst bleef onaangeroerd maar aan de Sint Maartenskerk konden we niet voorbij gaan.
Het is een indrukwekkende mooie en grote kerk. En wat meer is, al de kerken zijn toegankelijk wat mij en den Hugo enigszins verwonderde. Dit alles maakt Kortrijk uiterst geschikt als bestemming voor een stedentrip van één of twee dagen. Buiten voldoende historische monumenten en gebouwen, heeft de stad een bruisend winkelhart en zoals het in een Vlaamse stad behoort kun je er prima gaan tafelen en van een drankje genieten.
Na het passeren van de Broeltorens hielden we ons schaft aan een picknicktafeltje in de binnentuin van het stadhuis. Fleske wijn, een onder schimmels gerijpte Orvietto erbij en een snackje. Zalig, ... stadsbedienden en voorbijgangers zagen dat het goed was en gaven sympathiek een 'smakelijk !' groetje. Volgende stop was de Sint Michielskerk. Op het pleintje voor de kerk was er een kraan opgesteld voor renovatiewerken aan een gebouw. Het pleintje was eigenlijk afgesloten, parkeren was niet toegelaten. De kraanman moest de stad Kortrijk voor die afsluiting vergoeden. Een eigenaar van een dikke Audi dacht daar anders over en had zich toch op die afgesloten parkeerplaatsen gestald. De kraanman kon daardoor zijn werk niet naar behoren doen. Een opgetrommelde zwaan van dienst ontbood onmiddelijk een takelwagen. 10 minuutjes later werd die Audi getakeld en verdween. Die gaat lachen zei ik tegen dat zwaantje. Ik denk het niet zei deze. Dat komt de Audi eigenaar op zo een kleine 500 euro te staan.
Vervolgens moest er aan onze trip een stukje Leieboord gebreid worden. Hooguit 3 km en tegelijkertijd zou dit het enige te lopen onverharde pad opleveren. Maar er stelde zich een klein probleem. Het pad naast de Leie was afgesloten vanwege een werf. We noteerden er echter geen enkele activiteit en besloten dan maar om een 'Ronnieke' te organiseren. Ttz, hopla de afsluiting voorbij en wandelen maar. Het is de modus operandi bij voorkeur van de Ronny wanneer dergelijke obstakels opduiken. Een stukje burgerlijke ongehoorzaamheid zorgt al eens voor enig avontuur. Enkele rijnaken, serieuze binnenschepen wel, stoomden richting Frankrijk uit waar de Leie van naam verandert en 'Le Lys' wordt. Een rustgevende aanblik is het wel zo een binnenschip.
We staken in het zuidwesten van Kortrijk de R8 over en bevonden ons terug in de stad. Nog enkele parkjes met onder meer het Blauwe Poort Park en het Elisabethpark werden gepasseerd alvorens we terug richting statie uitgingen. Een pintje mocht niet ontbreken en dat zou geconsumeerd worden in een gezellig kroegje niet ver van de statie. Verdorie, chance dat er geen kamerbreed tapijt lag. Het slijk aan onze bottienen zorgt soms voor genante situaties. Eens je binnen in de warmte komt vallen de klodden aarde eraf. Het is geen fraai naamkaartje dat je daar op de vloer achterlaat. Den Hugo vroeg naar een vuilblik en een borsteltje en veegde de aarde op het blik ... we kennen ons manieren met andere woorden. De trein van 17u bracht ons terug naar huis. Veel volk was er op de been vanwege het verlengde weekend. Kortrijk is een universiteitstad en veel studenten keerden dan ook huiswaarts. Ik onthou van deze treinrit dat er in de treinwagon een jonge Nederlandse student meespoorde. Die zat een zetelrijtje verder. In Kortrijk kan je aan de Howest Hogeschool een opleiding Bachelor Digital Arts and Entertainment volgen. Het werd al vlug duidelijk dat hij voor die studierichting had gekozen. Die knul hield geen seconde zijn klep dicht. Met veel lawaai oreerde hij non-stop zijn kennis over gaming en videogames aan 2 medestudentes. De ganse wagon kon hem volgen. Een verschrikkelijk Hollands accent deed je maag bovendien keren. Eéntje van deze jonge freules uit zijn gezelschap hield zijn aanstellerij al vlug voor bekeken en besloot haar soelaas te zoeken in een leesboek. Ik denk dat ze geld zou gegeven hebben voor oordopjes. Van haar gezichtje kon ik aflezen dat die gozer haar danig op de zenuwen werkte. Het andere schaapje moest ocharme zijn arrogant Hollands gedoe lijdzaam ondergaan. Mijn vredelievendheid werd danig op de proef gesteld. Hem de mond snoeren werd bijgevolg het overwegen waard. Wurgen, vierendelen of kielhalen zouden daarbij een optie kunnen geweest zijn. Een geluk dat de treinrit maar een uurtje duurde. Langer zou dit ongelukken opgeleverd hebben want ook andere treinreizigers ergerden zich zichtbaar blauw aan zijn performance. Maar ach, ik overdrijf. Zelfs een vlieg gun ik het zonlicht in de ogen. Onverdraagzaamheid is geen mooie eigenschap. Een hele lelijke zelfs. Een geluk dat er dit besef is. En zo zat het er weeral op voor vandaag. Kortrijk bleek een goede keuze geweest te zijn.
De Ronny en den Hugo tekenden present voor deze druilerige regendag. Het siert hen wel enigerlei 😀. Een beetje rekening houdend met uiteenlopende factoren zoals het weer, afstand en profijt aan verplaatsing zou een lijnwandeling tussen Kessel en Bouwel een geschikte keuze blijken. Een lijnwandeling ? Welja, niet dat het vooropgezet spel is maar het verhindert een beetje het noodgedwogen inkorten van een lus wanneer de klok te laat doordraait bij een wandeling.
Iets voor 10 stapten we af in Kessel, die dikaryotische gemeente waar we al menig stappeke hebben nagelaten. Even ter opfrissing en moest er interesse zijn : Kessel aan de Kleine Nete . Deze keer zou het echter een heel andere kant uitgaan. Een eerste stop diende zich al aan na een 300-tal metertjes. Een viskraam zeg ! Een portie kibbelingen zou een goeie fond leggen voor het op til zijnde stapwerk. Lekker. De tocht werd dus al goed ingezet. Uiteraard zou het Fort van Kessel als eerste geagendeerd worden met vervolgens een ommetje naar het noorden langs de Kesselse Heide waar deze zich in alle peis en vree verzoende met het landschap van het zuidelijker gelegen Goor en de noordelijke kronkelingen van de Kleine Nete. Een eerste stop diende er zich aan, een picknicktafeltje met uitzicht op een heideduin leende zich ertoe om een eerste toast uit te berengen. Glazeke wijn, dat had de Ronny bij en een borrelsnackje van mijnentwege dienden als randversiering. Het moet gezegd, ondanks de druilregen was de mood opperbest. Dit heidegebied heeft een bijzondere charme. Je zou een landschap als dit in deze contreien helemaal niet verwachten. Dit Provinciaal Groendomein Kesselse Heide oogt nog steeds zoals het er al eeuwen moet uitgezien hebben : Een mix van struikheide, naald- en loofbos, zandige vlakten en vennen. Je vindt er de typische heidevegetatie. Schaapjes zorgen voor het behoud van dit authentieke landschap. Een heidepad voert je langs de fraaiste plekjes. Voor kinderen vormen de uitgestrekte zandvlakten de ultieme zandbak. Het is een mooi stukje vaderlandse bodem. Al van bij het vertrek werd de regenkledij aangetrokken. Den Hugo zweerde bij zijn paraplu om de druppels te trotseren hetgeen de Ronny deed verhopen dat felle wind zijn mening zou doen herzien. De ganse dag vielen er wel constant wat druppels maar we hebben al straffere dingen meegemaakt. Om nog maar te zwijgen van de stortbuien die je in nog geen minuutje veranderen in een verzopen rat. Meermaals meegemaakt en het doet je besluiten dat je bij een serieus buitje, de beste regenkledij ten spijt, het niet droog zult houden. Maar het is geen reden tot gejeremieer. Het hoort er nu éénmaal bij.
De Kleine Nete werd een dikke kilometer gevolgd en in Nijlen zouden we een kroegje opzoeken om te schoven. Sebiet meer. In de aanloop naar die kroeg passeerden we een caviafarm. Ja zeg ! In een ren zaten er zo een 30-tal cavias rond te huppelen. Een bordje KNT, kindeten niet toegelaten, (ik refereer naar de filmaankondigingen anno 40 jaar geleden) zou hier niet ongepast zijn. Ik bekloeg de vrouwelijke beestjes die daar vertoefden. De scenes die zich daar afspeelden kon je best kaderen in het licht van een collectieve gangbang. Viriele beestjes zijn dat en zeggen dat het vlees van die beestjes in het hooggebergte van Zuid - Ameria een echte delicatesse is. Het schijnt veel proteïne te bevatten en weinig vet. Cuy, zoals cavia daar wordt genoemd, staat niet alleen in Ecuador op het menu. Ook in andere Andes-landen, zoals Peru en Bolivia, is het beestje populair.
In Nijlen poogden we een kroegje te vinden waar we de bokes konden binnenspelen. Het weer liet niet toe om hiervoor een bankje uit te kiezen. Tja, veel keuze was er niet op dit uur. Iets voor de Nijlenbeek brandde er licht in Restaurant Briljant. Een sjiek etablissement. Het zou me verwonderd hebben moest de uitbater gezegd hebben van 'Ga zitten mannen en speel op jullie gemakje de bokes naar binnen'. Nee dus maar een goed pintje zou eventueel ook wel smaken. Eventjes lijf en leden opwarmen was dan meegenomen. Om de honger wat te stillen bestelde de Ronny een amuse gueultje. 14€ voor een schoteltje met ocharme 6 lilliputter-bitterballetjes en 6 microloempiatjes, Alles bijeen misschien 150gr dat is dan vlug uitgerekend : 115€ de kilo. De mensen willen bedrogen worden is mijn conclusie
De doortocht van Nijlen verliep verder zonder kleerscheuren. Terug naar de Kleine Nete zouden de volgende stappen gericht worden. Van daaruit zouden we via het Philipsbos naar Bouwel kunnen stappen. Daar in dat bos liep het even mis. De uitgetekende sporen in dit bos klopten niet met de werkelijkheid. Even terugkeren op de stappen, twee keer zelfs en we zaten terug op het juiste spoor. Geen erg, we waren immers bijna op bestemming. Om de dag af te sluiten werd er nog een drankje versierd in het Palmenhof, vlakbij de statie van Bouwel. Een goede keus want den Hugo kon er even de biljarters in 't oog houden. Zes uur was het waneer we de trein huiswaarts namen. Ondanks de grijze met regen beladen dag werd het een fijne uitstap. Niet spectaculair maar het feit dat de benen konden gestrekt worden was al voldoende om de batterijen even bij te laden.
En ondertussen heb ik de tijd gevonden om deze pagina te posten. Ik had het een beetje te druk met de voorbereidingen voor het koken op het zeilkamp van de seascouts 1ste Fos Lange Wapper. Ik was dit8 na al die jaren uit de running te zijn ook niet meer gewoon. Niet alleen de afwezige jaren maar ook de verandering in mentaliteit en de modernere mindsetting van de nieuwe kookouders waren nieuw voor me en bezorgden me wel de nodige twijfels om m'n engagement tot een goed einde te kunnen brengen. Ook een beetje bevreesd om als een indringer beschouwd te worden maar mezelf opdringen zou ik nooit gedaan hebben. M'n engagement was eerder gevolg van een gebrekkige communicatie ...... ik wijs hiervoor naar de generatiekloof en m'n onterecht wantrouwen in de nieuwe manier van met elkaar te communiceren. Maar ondanks m'n twijfels kan ik toch terugblikken op een fijne ervaring kwa samenwerking met deze 'Nieuwe' kookouders. Ik heb deze dan ook een welgemeend bedankje gegeven. De nostalgische waarde van de talloze kookkampen van weleer en hierbij aansluitend het gegeven om me nog eens betrokken te voelen was genietbaar.