Al verleden week stonden bij onze stapmaat Michel de zinnen op een wandelingetje in de fruitstreek. Als al die fruitbomen daar in bloei komen is dat een prachtige lokatie om er een toerke te organiseren. Maar wat een weer was me dat die laatste dagen? Aprilse grillen in 't meervoud. Het wispelturige karakter van de weersvoorspellingen zorgde voor een go/no go situatie. Ook was er gezien het koudere weer geen zekerheid dat er al volop bloesem kon aangetroffen worden. Bijgevolg leidde dit telkens tot uitstel maar donderdag jongsleden kwam het er dan toch van. Den Hugo en de Michel tekenden present en iets na 11 uur stapten we van de trein in St. Truiden. Het kommeke koffie werd al in Leuven gedegusteerd. Brasserie 'Den Ouden Tijd' een bruine stationskroeg recht tegenover de statie is ondertussen een vaste waarde geworden bij een stop in Leuven. Eigenaardig detailke in die kroeg is dat de klok daar een kwartier achter loopt. Leep gezien van de stamineebazin want als je je op die klok verlaat speel je telkens je trein kwijt en zo blijf je nog eventjes 'hangen'. Ik vermoed, afgaande op de verlebberde tattoo op haar arm, dat de bazin Sonja heet. Niettegenstaande haar zware doorrookte stem je doet vermoeden dat ze geen poezeke is om zonder handschoenen aan te pakken is ze de vriendelijkheid zelve.
Maar goed, we zaten in St. Truiden. Het was droog maar zwaarbewolkt en dat had ik liever anders gezien. Een staalblauwe hemel is immers het ideale decor voor een dergelijk schouwspel van natuurpracht. April is de bloesemmaand bij uitstek. Bij een vroege lente, kunnen de bloemetjes er al snel zijn. Wanneer de nachttemperatuur langer laag blijft, wachten de bloesems liever met bloeien. Daarnaast verschijnen niet alle bloesems tegelijk. Grofweg gezegd staan de vroege kersenbomen als eerste in bloei, gevolgd door de peren- en uiteindelijk de appelbomen. De latere kersenbomen kunnen daar nog na volgen. Zo kan je normaal toch tien tot twaalf dagen van de bloesems genieten. Volgens de Bloesemmeter stonden de kersen volop in de bloei, de peren waren juist uit de startblokken geschoten en voor de appelen moest er nog wat geduld geoefend worden.
Al vlug zaten we midden in de fruitgaarden. Een kleine 20km zou beslist volstaan om een indruk te krijgen van al dat bloesemgeweld. Aangezien het vrij laat was bij aankomst moesten we al vlug uitkijken naar een picknickplaatsje. Eens we dit gevonden hadden strooide een opkomend regenbuitje roet in 't eten. Maar kijk, 10 meter verder konden we onder het afdak van een school paljas (paillasse - strozak) par terre schoven. Een fotoke van mij en den Hugo al schovende, getrokken door de Michel en door mij op FB geplaatst, leverde verbazing op aan het andere eind van de wereld. 't Is te zeggen in Colorado ! Lynn schreef : I love that picture ! En ik moet toegeven dat dit simpel fotoke en gelet op het detail, veelzeggend in haar eenvoud is. Fleske wijn, chokolade, manchego met kersensiroop - dus afgestemd op de lokale flora, chorizo, pepersalami, feta met een muntmarinade .... I love that way of having diner. Moest de Marc er nog bijgeweest zijn zouden er nog wat rijstvlaaikes bij liggen. Een sterrenrestaurant zou hier de duimen moeten leggen. Maar om even terug naar het fotoke te kijken : Het zou evengoed de sjieke Baskenklak van den Hugo kunnen geweest zijn die voor Lynn de eyecatcher was. Nog wat stappen nu. Op het gemakske, geen haast. Een kleine 20 paaltjes loop je zo uit. Wat kan de natuur toch mooi zijn ! Het golvende terrein deed je soms vermoeden dat je in de Vlaamse Ardennen zat. Prachtig zicht op die duizenden bomen die in bloei staan. Mooie brede wandel- en fietswegen tussen die fruitgaarden. Breed, geen slijk toestanden, het werd prachtig wandelen. Goed gezelschap, leuke babbel en een schitterende omgeving. Jammer van de grijze wolken, dat wel. Het verwonderde me enigszins dat er vroeger hier in deze regionen ook bokkerijders rondwaarden. Ik verwachtte eerder dat deze bokkerijders opereerden in de contreien van de grenstreek met Duitsland , Nederlands en Belgisch Limburg. Een informatiepaneel op de wandelroute maakte me daar opmerkzaam op.
Francis Martens (alias Suske de Poup) en zijn kompaan, de Bretoense deserteur Jan Baptist Petit (het Voorvelleke) leefden in de bewogen laatste decennia van de achttiende eeuw. Ze woonden in de achtergestelde buurt 'De Hel' achter de Sint-Gangulfuskerk. De twee vrijbuiters en handlangers van de Bokkenrijders werden beticht van brandstichting en gearresteerd. Ze bekenden na foltering de feiten, werden veroordeeld en stierven in juli 1784 een gruwelijke dood op de brandstapel op de Grote Markt.
Het verhaal van Suske De Poup (
uitspraak: poep
) en het Voorvelleke zit verankerd in de Truiense volkse overlevering. De twee helden kregen in de stad een monument. Aan de gebrande winning op de Zepperenweg herinnert een steen met jaartal 1784 aan de brandstichting en in volkse verhalen en vertellingen worden hun leven en dood bezongen en verheerlijkt. Romancier Hendrik Prijs beschreef hen in een van zijn verhalen als vrijheidsstrijders.
'Suske de Poup was een geliefde volksjongen uit de armste buurt van de stad en een rebel, die zich tegen de macht van de rijken verzette. Francis Martens lag goed bij de vrouwen en omringde zich met mooi vrouwvolk. Aan zijn innemende verschijning dankte hij zijn bijnaam: de poepchique jongen met het mooie poepke. Zijn rechterhand Petit droeg een voorvelleke, een lederen schortje. Suske de Poup wordt in de volksverhalen gedoodverfd als een vrijheidsstrijder, maar dat beeld klopt niet helemaal. De realiteit is genuanceerder. De twee Hel-bewoners behoorden tot de grootste schurkenfamilie van de stad. Suske De Poup was geen Robin Hood. Suske, zijn broer Machiel en diens zoon Lamme hadden in 1774 al in de cel gezeten. In 1785 belandde Anastasia Kaky, de vrouw van Martens, aan de wurgpaal. Petit junior had zelfs zijn eigen vader verklikt. De straffen voor rebellerende volksmensen was onmenselijk, maar voor die tijd gewoon. In Sint-Truiden vonden in de jaren 1780 de zwaarste gerechtelijke vervolgingen ooit plaats. Er werd afgerekend met het Ancien Regime en de Luikse revolutie van 1789 kwam eraan', vertelt Frank Decat, die pas zijn boek 'Sint-Truiden 1784. Criminele histories in een Luikse stad' publiceerde. (Bron Het Nieuwsblad).
Voilà, dat was even een geschiedkundig tussendoortje betreffende het criminele reilen en zeilen in Sint Truiden in de 18de eeuw. De wandeldag afsluiten deden we met stijl in een mooi etablissement 'De Bron' genaamd, gelegen op de Naamse Vest. Een tripeltje zou smaken na dit uitstapje. Met nog een 800m te gaan stonden we in St. Truiden aan de statie. Deze dag kunnen we weeral inkaderen zie ! Top !
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Plaats een reactie als je wil.