Afgaande op de weerberichten zou je gezworen hebben dat er momenteel een Indian Summer in 't verschiet zou gelegen hebben. Verleden week nog stelde onze toffe weermuze Jacotte met een brede smile een hoop stralende dagen in 't vooruitzicht met als hoogtepunt een zomerse dag op donderdag. Zonde zou het dan wel geweest zijn om die zomaar te verprutsen gezeten in de één of andere zetel of op een barkruk hangende aan de één of andere toog. Ideaal weer dus om er op uit te trekken. Zwakke wind, hooguit 3 beaufort uit het zuidoosten en haaks op ons parcours, een azuurblauw hemelzwerk en Laura die het kwik naar de 20 °C zou toveren. Magnifiek weer dus om te wandelen.
Deze keer werd het geen solotrip want den Hugo, Leen, Liliane en Greet zouden mee in de wandelpret delen.
In een eerdere blogpost meldde ik het bestaan van het pittoreske cafeetje het ' Kroegske' en haar legendarische uitbater Iwein in Oostende. Dit intrigeerde Liliane dermate dat ze toch erg graag eens een bezoekje aan zijn etablissement had gebracht. Dat zou ik wel ff regelen en zo kon ik 2 vliegen in 1 klap slaan : Primo, een gezellig weerzien met de dames, een bromvlieg kwam aan haar eind in dit geval en secundo kon ik voortbreien aan mijn streek GR Kust, dat was in alle bescheidenheid maar een ééndagsvliegske.
Rond 9 uur zouden we elkaar treffen in Oostende. Alhoewel er telkens een poging wordt ondernomen om ergens op tijd te geraken heeft het geen zin meer om op voorhand sluitende afspraken te maken kwa uur wanneer er beroep op de NMBS moet gedaan worden. In Gent St. Pieters zouden we volgens de aankondigingen ruimschoots de tijd gehad hebben om op de trein te stappen van m'n stapvriendinnen. Zij spoorden vanuit Leuven naar Oostende, weliswaar een hele onderneming ! Helaas, een goederentrein eiste in Sint Niklaas zijn voorrang op en daar moest onze trein tot in Gent achteraanmodderen zodat ik en den Hugo een kwartier later dan voorzien daar in Gent aankwamen. Saluut trein naar Oostende. Met een half uur vertraging kwamen we aan in Oostende. De dames (hoe formeel zeg en dat schrijft zo raar), hadden in afwachting van onze aankomst voor een kroegje gekozen en ze zouden ons daar opwachten. Ze kwamen ons echter tegemoet want café Sammy's waartoe ze toevlucht hadden gezocht nodigde niet uit tot een 2de consumptie. Een kraan in het toilet waar geen water uitkwam, lippenstift op de koffiekommekes en er waren nog redenen maar die ontgaan me nu even.
Het werd een leuk weerzien met de dames. Ik stelde den Hugo voor. Het werd een onderlinge kennismaking en ik vermoed dat een wederzijdse match kwa sympathiekerigheid wel klopte. Vooruit nu maar naar Blankenberge want dat was de bestemming.
We teenden naar de visstrap waar het overzetbootje de 'Raveel' ons naar de oosteroever van het visserijdok zou brengen. Een vleugje lollige scepsis kon ik bemerken wanneer het mislukte avontuurtje met de waterbus van enkele weken geleden in herinnering werd gebracht. Eens aangemeerd liepen we verder langs de strekdam en de Spinoladijk. Het was laag water en her en der vielen er strandjutters te spotten. Een uitgestrekt strand met strandgapers en zeemeeuwen op de golfbrekers, de blauwe zee ... je kreeg er gratis een vakantiegevoel voorgeschoteld. Het werd maar een kort stukje wandeldijk want iets voor surfclub Twins kozen we voor het duinpad. Nu werden het afwisselend stukjes duinpad en strand. Het zou nog een uur ebben volgens onzen Hugo zodat we gemakkelijk de vloedlijn konden volgen. Dat maakt het stappen op een zandstrand stukken gemakkelijker. Gekomen aan de Vosseslag en daar te kiezen voor het bospad was een prachtige zet. Je zou je niet aan zee wanen want ook hier heeft de herfst haar verfdoos tevoorschijn getoverd. Met zachte warme herfsttinten worden hier in het duinbos de prachtigste doeken geschilderd waarmee ik durf beweren dat ze de hedendaagse kunst ruim in de schaduw zet. Geef je ogen de kost in de natuur en verwonder jezelf eraan want het brengt je tot rust ... een boodschap die jammer genoeg niet meer gehoord wordt in een wereld waar tijds- en prestatiedruk de bovenhand halen. Die overweging maakte ik al meermaals en daar op een bankje in dat bos borrelde ze weer op en kwam te voorschijn. Liliane was ook onder de indruk van al het uitgestalde natuurschoon en maakte mooie foto's van de omgeving. Het picknickuurtje was ondertussen aangebroken, de bokes werden aangesproken en vervolgens stapten we verder naar Bredene. Ik koos voor een bezoekje aan het visserskapelletje boven dit van het Bredense naaktstrand. Veel adepten van de Freie Körper Kultur zou je er nu in het najaar niet meer aangetroffen hebben. Het bezoekje aan dit kapelletje viel wel in de smaak van onze wandelvriendinnen. Enige twijfel rees wel bij de beeweg wat betreft het aantal staties. Zijn het er 14, 16 of 18 ? Ook den Hugo, ooit respectabel misdienaar, bleef het antwoord schuldig. En zelfs mijn Gewijde Geschiedenis liet me in de steek. Voor den Hugo werd het bezoek aan dit kapelletje nog maar eens de gelegenheid om zijn arsenaal aan noveenkaarsen te spekken.
Op 19 jan 2019 schreef ik : Schafttijd diende zich aan en hiervoor kozen we het visserkapelletje OLV ter Duinen van Bredene uit. Waar nu de Kapelstraat is, bevond zich 250 jaar geleden slechts een eenzame zandweg die de enige verkeersmogelijkheid bood achter de onveilige en weinig toegankelijke duinen. Tussen 1710 en 1715 werd een O.L.Vrouwebeeld in een kapelletje op een staak geplaatst. Met het geld van de offerblok werd een kleine schuilplaats gebouwd om het beeld te beschutten. In 1717 werd een houten kapel gebouwd die echter door weer en wind en een aantal inbraken aftakelde en uiteindelijk in 1736 vervangen werd door de huidige stenen kapel. De kapel was een geliefde bedevaartsplaats van de Vlaamse vissers. Er hangen naast vele ex-voto's, foto's van sloepen, dikwijls gedocumenteerd met de namen en foto's van de bemanning en de datum van de scheepsramp. Nu overheersen er bloemen en kaarsjes. In de gemetselde grot naast de kapel worden jaarlijks talloze kaarsen gebrand. Er is ook een altaar voor het houden van openluchtmissen en op de laatste zondag van mei vindt er daar in Bredene een bedevaart plaats met eucharistieviering aan de kapel.
Geïnspireerd door het boek 'De ogen van de muskusos' van Paul de Marez waarin hij zijn Heilige Olav's pelgrimstocht beschrijft vanuit Vlaanderen naar Trondheim werd er door ons een kaars aangestoken voor onze nakende pelgrimstochten. In 't bijzonder voor den Hugo en de Ronny die de Heilige Olav's route binnenkort zullen stappen tussen Oslo en Trondheim in Noorwegen. In de bougiekesautomaat daar ter plaatse vonden we er verdorie eentje van Sint Isidoor. In het grotje hebben we zijn bougieke naast die van het Heilig Trezeke geplaatst. Dan heeft hij wat gezelschap. Wel, in dat boek spiegelt de schrijver de hagiografie van Sint Isidoor aan deze van de Heilige Olav. Olaf II Haraldsson (ca. 995 - Stiklestad, 29 juli 1030) was koning van Noorwegen. Aanvankelijk nam hij deel aan de beruchte vikingentochten en sloeg hij menig vermeende opposant de hersenpan en zo het walhalla in. De contrasten die bij die afspiegeling tevoorschijn komen bevestigen dan weer de feiten dat de uitwassen van het katholieke geloof in de donkere eeuwen niet moesten onderdoen voor deze die we nu in extremistische moslimmiddens terugvinden. Helaas.
Op 20 dec 2022 schreef ik dan weer : Het spreekt je wel even aan wanneer je de daar opgehangen foto's bekijkt van de vissers en zeelui die het leven lieten op zee. Veel jonge mannen waren slachtoffer-drenkelingen en dat maakt de aanblik nog vele malen triestiger. Vermist of vergaan met man en muis. De zee geeft, de zee neemt is een opschrift dat het kapelletje siert. Het is maar een magere troost voor de nabestaanden. Maar goed, ze worden niet vergeten en men blijft ze eer brengen.
Het boterhammeke smaakte. In lijn met de lokatie waren deze belegd met zwarte heilbot. Om het diner daar af te sluiten kocht den Hugo gewoontegetrouw er nog enkele noveenkaarsen.
Tot daar m'n indrukken uit eerdere bezoeken aan dit mooie kapelletje. Tot besluit wil ik even onderstrepen dat dit kapelletje een blik biedt binnenin de ziel van onze zeelui.
En verder ging de tocht. Nu naar De Haan. Een prachtig kustdorp, misschien wel het mooiste van onze kust. Die Belle - Epoque huizen, het park La Potinière, oh oui on parlait le Français à Le Coq, herinneren ons aan vergane glorie en grand-chic. Gelukkig hield men het patrimonium in ere en kun je nu nog steeds de stijlvolle gebouwen bewonderen. Geheel in lijn met de habitudes van le beau monde installeerden we ons op het terras van de sjieke Brasserie Beaufort voor een break annex tripeltje. Het vakantiegevoel kreeg hier nog maar eens een boost. Het relaxe gedoe op dat terras moet de oorzaak geweest zijn van deze gewaarwording. Den Hugo trakteerde maar spijtig genoeg bemerkte ik dat hij nog niet terug in den haak moest geweest zijn vanwege z'n recentelijk corona-avontuur. Hij bestelde een 'Theeke' terwijl er nochthans Orval in grote letters op de bierkaart prijkte. Dat zou hij nooit aan zich laten voorbijgaan. Tenzij ...
We stapten verder door naar het Park La Potinière. Hier liep er veel volk rond. Via de villawijk De Concessie struinden we naar de Duinbossen en vervolgens na het oversteken van de Zwarte Kiezel, een paadje dat naar de zee leidde, belandden we in de Zandpanne. Opnieuw een prachtig gebied, we zaten al in Wenduine en na een kleine klim naar het duinenpaviljoentje de Spioenkop besloten we om terug naar Oostende te keren. Blankenberge was niet meer haalbaar. Het bezoekje aan 't Kroegsken en nog een hap in het één of ander restaurant mochten immers niet ontbreken.
Na 16km zochten we bijgevolg een halte van de kusttram op . Blankenberge zal dan wellicht het doel van een volgend uitstapje worden. Die tramhalte werd vlug gevonden maar weer botsten we op de kuren van ons openbaar vervoer. Elk kwartier zou er een tram bollen maar je zou evengoed alle duivels uit de hel kunnen gevloekt hebben want ze reden niet vanwege een staking. Ja Jan, leg daar maar eens pap op en steek dan maar eens iets ineen ! Nu ja, de mensen zullen wel reden hebben tot staken maar de vraag blijft naar wie te wijzen om het ongenoegen te kennen te geven ?
Na een halfuurtje kwam die tram er dan toch aangebold. Je ziet, een oplossing biedt er zich altijd aan. Een alternatief zou geweest zijn om naar Blankenberge verder te pikkelen en daar een trein te nemen. Niet nodig geweest, geen paniek.
Tijdens de rit naar Oostende waren we nog getuige van de performance van een raskomediant eerste klas. Een kindje verloor het evenwicht bij het vertrekken van de tram en viel tegen het been van haar opa, tenminste dat dacht ik toch dat het haar opa was. Niks erg, geen bloed of rondslingerende darmen, zichtbaar alleszins niet ! Die man bracht hangende aan de nokbeugel van de tram een performance ten berde van onoverkoombaar lijden. Z'n been leek er wel met een kanonschot onderuit gehaald te zijn en hij pikkelde meelijwekkend verder op zijn andere poot. De vrouw die hem vergezelde was zichtbaar gegeneerd door zijn gedoe maar ocharme toch dat schaapke, oorzaak zijnde van zijn smart, stond er maar beteuterd bij. Moest ik dichterbij gestaan hebben ik had misschien wel voorgesteld om de MUG voor hem te laten aanrukken. Greet, Leen en Liliane zaten dichter bij dat onfortuinlijk slachtoffer, zij konden alles beter zien en waren dezelfde mening toegedaan.
In Oostende aangekomen nam den Hugo afscheid. Fijn dat onzen Hugo er bij was, ik meen te mogen stellen dat dit ook de mening was van de rest van het gezelschap. Zoals voorzien werd er in Oostende nog een hap gescoord. Bistro Chopin op de Visserskaai bleek democratische prijzen te hanteren dus daar wipten we binnen. Bovendien serveerden ze steppegras met de echte steppegrassaus, waarvan de uitbaatster de enige licentiehouder is voor Oostende. Leen vond het erg lekker maar nogal royaal opgeschept. Beter zo dan te weinig. Oostendse garnaalkroketten werd het deel voor Liliane. Gelijk had ze met onze nationale 'cuisine' eer aan te doen. Ik en Greet hielden het bij een vispanneke. Greet meende oud-collega's te herkennen daar in de patio van de Chopin en ging even polsen of haar indruk waarheid inhield. Ik twijfelde maar verdorie toch ... ik liep er gewoon voorbij. Het bleek Karin en Ghislain te zijn. Fijn hen toch nog op de valreep herkend te hebben, dankzij Greet weliswaar. Ik moest van hen de groeten overbrengen aan stapmaat Marc, alias Smetje ! De wereld is klein. Ghislain, 72 ondertussen beriep er zich op, en met reden, nog een mooie vrouw te kunnen behagen. En hij had gelijk. Ook hij had een wandeling met Karin gemaakt vanuit Middelkerke naar Oostende. Beide ex-collegae droegen destijds hun steentje bij in de studie van het telefonienetwerk van de RTT, later Belgacom. Het deed me plezier hen nog op tijd te mogen herkennen !
't Kroegske was de voorlaatste stap alvorens de trein naar huis te nemen. Liliane haar wens ging daar in 't Kroegske in vervulling en alhoewel het haar zwaar op de maag lag ... ik heb den Hugo niet terug kunnen trakteren was haar beklag. Verder waren alle dames diep onder de indruk van het extravagante van deze keet.
Maar nu ga ik uitbollen. De trein nog op en schluss ! Wat een fijne dag werd dit zeg ! Liliane stuurde nog een videoke ... met een prachtige exposé : 'En we walsten ons weer door de dag'. Mooi en beklijvend ! Dankjewel medestappers voor deze mooie dag weeral.