woensdag 24 juni 2015

Oosterhout in NL, wat aspiraties en een treuzelrondeke in 't Mechels Broek

Als je graag wandelt en je scoutsvrienden zijn daarvan op de hoogte, mag je je verwachten aan de vraag om een wandelactiviteitje te organiseren voor het jaarlijkse kampeerweekend. Nu, kamperen is er jammer genoeg niet meer bij omdat velen onder hen toch stilletjesaan naar een beetje meer komfort verlangen en daarvoor de voortschrijdende jaren als valabel excuus aanbrengen. Dit terecht trouwens. Dit weekend was het dan zover en hebben we samen met de vrienden tussen de potjes en pintjes eventjes de beentjes gestrekt in Oosterhout. Oosterhout ligt ietsje ten noorden van Breda. Geen marathon maar 2 bescheiden toerkes op maat van 6km inclusief de pitstop voor een drankje in het aldaar gelegen domein. De 'Hoe ver is het nog en zijn we er nog niet bekan ? - vragen' konden daardoor vrij beperkt blijven. De Katjeskelder, een familiepark genre Centerparks, ligt temidden van het natuurdomein 'De Vrachelse Heide'. Een charmante bungalow in het reservaat voldeed dus zowel aan de gestelde criteria van gewenst komfort en als het toetje bij de gezelligheid onder de vrienden. 


Een wirwar aan bospaadjes lagen kriskras over het domein verspreid. Mijn gpske sloeg er op tilt. Enkele vrienden moeten onderweg het belang van goede stapschoenen onderschat hebben. Als je zo geregeld op keitjes stapt met je turnsloefkes en dat er af en toe een schep heidezand tussen je kousen en je schoenen belandt, dan weet je wel wat je schoeiselkeuze wordt bij een volgende gelegenheid.
Het domein wordt nog, alhoewel zelden, gebruikt door het Nederlandse Leger voor schietoefeningen. Gelukkig beperken deze activiteiten zich zodat je je geen zorgen hoeft te maken dat je onverwachts oog in oog komt te staan met een tot de tanden gewapende marinier die jou per ongeluk als vijand zou kunnen aanzien. Een zeer mooie natuur tref je daar in dat heidebos aan. De put van Caron, een gigantische plas water van enkele hectaren groot ten noorden van het domein ligt er vredig en stil bij. Deze mag echter niet gebruikt worden voor recreatiedoeleinden en werd met een gigantische omheining ontoegankelijk gemaakt voor Joop met de Pet. Een geslaagd weekendje onder vrienden werd het zeker en vast.


Deze week is het weeral vrij druk maar toch wil ik aan het uitstapje met mijne wandelmaat niet verzaken. 't Zag ernaar uit dat hij deze week er nog eens alleen op uittrok maar 't ging niet door. Hij zoekt de GR57 vanaf Gouvy, het laatste NMBS station in B, tot in Diekirch te stappen. Mooi stuk, ik heb het stuk GR57 Luik - Gouvy al op mijn palmares staan. Prachtig traject in de vallei van de Ourthe met ondermeer Durbuy, Barveaux, Vielsalm enz langs het parcours. Ik zou het zo terug willen overdoen. 




De 13de juli trekken we er samen een weekje op uit. Twee jonge vrolijke dametjes uit de Ronny zijn familiekring gaan mee op avontuur. Die arme dutskes heeft hij ondertussen al besmet met het trekkingvirus. Maar, ze zullen het alleszins tof vinden zo een staptochtje en ook .... we zullen er alleszins heel goed voor zorgen.
Buiten dat vrouwelijk gezelschap krijgt de Catsjou de compagnie van den Dixie, die chocolabrador van op de Lommelse Sahara er nog bij en als ik me niet vergis sprak de Ronny van nog een hond. We kunnen misschien een hondenspan op wieltjes fabriceren om de rugzakken op te leggen.  't Zal een mooi zicht worden !



We trekken vanuit Mariembourg station door naar de streek rond Chimay waar we een weekje van paalcamping naar paalcamping zullen trekken. Er staan daar zo een stuk of 9 van die campings waar je dus legaal mag wildkamperen. De onderlinge afstanden tussen die bivakken zijn niet overdreven groot, zo rond de 20km, maar met de 1500 hoogtemeters dient er toch best een beetje rekening gehouden te worden. 't Zal wel lukken ! Ik zal in alle geval maar de trekking poles en de compeed pleisters mee in de rugzak steken. Op zulke campings vind je maar enkel een kraantje, een vlondervloer voor je tentje en een vuurplaats om wat te kokerellen.  The basics for survival ... ik weet het, het klinkt nogal hoogdravend als je in een landje zit waar er geen wilde beesten meer zitten die jou kunnen komen opeten. Meer info kan je nog vinden met de link Bivakzone - Paalkamperen die hiernaast rechts in het kolommetje staat

Maar ik ging stappen in het Mechelse en bij gebrek aan een volle dag stapgenot was een kort uitstapje dicht bij huis een oplossing. Het Mechels broek gecombineerd met een stukje Leuvense Vaart naast het domein Planckendaal, goed voor een krappe15 kilometer is ideaal. Zo laat je dan een beetje ruimte om te improviseren met wat ommetjes indien nodig. 
Rond een uur of 11 pikte ik thuis de Ronny en de Catsjoe op en een uurke later stonden we al op een parking ergens in de buurt van Planckendaal. Onmiddelijk een boterhammeke gegeten en we konden er aan beginnen. 
Mijn indruk van het Mechels Broek was dat het er nogal onverzorgd bijlag. Woekergroei van algen en lis op vele beekjes, opgehoopt wrakhout aan de tussenschotten op de waterloopjes laten je een slecht natuurbeheer vermoeden. Een onderweg tegengekomen vissput met bovendrijvende vissenlijken sterkte dat vermoeden nog wat aan. De smalle paadjes door het natuurreservaat lagen bezaaid met hoogopgeschoten brandnetels en deze werden dan nog op verschillende plaatsen doorwoekerd met serieuze takken van doornstruiken. En dat op gezichtshoogte. Met een mountainbike moet je er beslist niet gaan toeren. 't Zou natuurlijk kunnen dat mijn conclusie fout is en dat deze wildgroei past in  het opzet van het lokale natuurbeheer : namelijk het herstel van de oorspronkelijke fauna. Wie zal het weten ?
Ondanks deze bemerkingen is het beslist ook een mooi stukje natuur dat op de achtergrond gedomineerd wordt door de majestueuze St. Romboutstoren. Mooie bospartijen en vele beekjes en waterloopjes die een weg zoeken naar de Dijle doorkruisen het gebied. Deze beekjes zorgen ervoor dat je geregeld de ooievaars uit het nabijgelegen Planckendael ziet cirkelen boven je hoofd, op zoek naar kikkers om hun kroost te voeden.
Onderweg kwamen we nog een koppel tegen op stap met een Ierse terrier. Een plezierige ontmoeting voor de Catsjoe. In een stortvloed van superlatieven prezen zijn baasjes de kwaliteiten van hun beestje aan. Na afloop van hun betoog waarin meneer de hoogste viool bespeelde zou je je er zo één stante pede aangeschaft hebben. Toch merkwaardig dat bij een ontmoeting onderweg met zo een hondenbaasje de viervoeter in kwestie uitsluitend het onderwerp van gesprek bepaalt. 
Het werd een echt slentertochtje, veel gestopt onderweg voor de fotokes, even rusten op een bankske, een duik van de Catsjoe in de Leuvense Vaart (in Mechelen noemen ze dat 'de vaat') zorgde ook al voor een intermezzo en dat maakte dat we aan diezelfde 'Vaat' in het Brughuis maar eerst tegen een uur of 7 onze dagschotel konden bestellen. Overvriendelijke uitbaatster want de Catsjoe kreeg al direct een bakske water. Voor ons iets anders liefst madam ! Een Gouden Carolus Tripel is een superieur drankje dat je beslist moet proeven als je ooit eens in de Dijlestad belandt. Een aanrader en liefst éne van 't vat. Jawel een tripel van 't vat. De Ronny was hierdoor in verwarring gebracht want tripel van een vat, dat kon volgens hem onmogelijk. Een terrasbezoeker die toevallig in de brouwersbranche zat kwam de cafébazin ter hulp toen de Ronny haar zeer beleefd om uitleg vroeg. Het kan dus ! 't Had iets te maken met het verlagen van het zuurstofgehalte in de fusten en nog wat truuken ... ik ben daar helemaal geen expert in. Tijdens de degustatie van die Carolus werd de curiositeit naar een Maneblusser, het streekbier genoemd naar de spotnaam van de Mechelaars, gewekt. Wel, deze Maneblusser maakte eveneens deel uit van het aanbod in het Brughuis. Samen met een smakelijk telloorke kaas hebben we er dan zo éne geproefd. Ook top ! Naar huis nu. Weeral een uitstapje rijker zie, 't was een kort toerke maar niettemin toch de moeite.

En stilletjesaan komt de Camino de la Plata dichterbij. Nog geen 100 dagen slapen nog. Het vliegt vooruit. Maar één ding staat al vast. Als ik op 15 september in Sevilla vertrek komt de Freddy, een ex-collega, me daar uitwuiven. Samen met zijn partner Aliceke plant hij een sjiek bezoek aan Andalusië. Aangezien ik er op de middag reeds aankom en dus wat tijd vrij zal hebben om Sevilla te verkennen kunnen we al eens klinken op het avontuur. Geweldig sympathiek van mijnen ex-collega, ik verheug me al op het weerzien. 

donderdag 18 juni 2015

Langs Brabantse Kouters. Grimbergen en omliggende dorpjes.


Voila, terug een team zie met de Ronny en de Catsjou. Voor vandaag stond er een rondje Brabant op het trekkingmenu. Startpunt Grimbergen. Dit mooie Brabants dorp deelt de verdienstelijke eer om samen met de Nederlands Brabantse dorpen Oisterwijk en Heeze zich een 'Parel van Brabant' te mogen noemen. Maar het met de feniks getooide abdijbier, eveneens uit Grimbergen afkomstig, zal misschien wat meer associaties met het dorp oproepen bij de mensen. 
's Morgens vroeg de ransel al in orde gebracht en weg ermee. Voor het contrast, een magnum fles Leffe mee in de rugzak gestopt. Om 10 uur stond ik al aan de Ronny zijn, en de Catsjou haar deur. Een stukske de rijksweg op richting Brussel en een half uurke later kon ik mijn karretje droppen aan de abdijkerk in Grimbergen.




"Ardet nec consimutur". De paterkes, geïnspireerd door de feniks die telkens uit zijn as herrijst, drukten met deze gevleugelde woorden samen met het pluimen beestje als symbool de geschiedenis uit van de abdij. "Brandt maar vergaat niet" in 't Vlaams vertaald. De feniks symboliseert de telkens wederkerende hergeboorte van hun abdij die in 1128 werd gebouwd. In 1142, 1566 en 1798 werd ze helemaal vernietigd maar die paters Norbertijnen waren en zijn straffe gasten die zich niet lieten of laten kennen en de abdij werd telkens weer helemaal opgebouwd. Ik denk wel dat ze hun smetteloze witte pij daarbij tijdelijk omgeruild hebben voor een werkmansoverall. Die pij zou er nogal uitgezien hebben. 

Het is een gezellige uitstap geworden samen met de Ronny en de Catsjou. De Catsjou was eerst een beetje onwennig. De Ronny had daar een plausibele verklaring voor : Met zo lang te verblijven op Kos moet dat beestje geoordeeld hebben dat het iets mispeuterd had en daardoor uit de familieroedel werd verstoten. Begrijpe wie begrijpe kan zo'n hondenbrein. Maar het was zo verholpen. Al vlug had ze haar vermeend leed vergeten en liep ze speels mee op het toerke Brabant. Een voorgekauwd tripke van rond de 25km. Geen culinaire akkevietjes met kookpotjes deze keer maar een schoofzakske met een belegd boke zorgde voor een passend alternatief om de inwendige mens tevreden te houden. Dat schoofzakske werd nog extra aangevuld met een kadoke dat Lynn voor me had meegebracht uit Amerika. Gedroogd Buffalo meat en Elk meat, dat laatste naar 't schijnt van een wapiti, als aperitief zorgde voor een 'western' accentje. Lekker cowboy-eten. Toffe dame trouwens die Lynn, vanmorgen zat er een lief kaartje van haar in de brievenbus.  't Was 10 dagen onderweg geweest.
Het eerste stukske van de wandeling met startpunt aan de abdij was het mooiste. Uitstekend geschikt om er met familie of vrienden een wandelkroegentocht op te projecteren. Het aantal pittoreske kroegen aan watermolens en beekjes te bereiken langs de door bos en wei slingerende paadjes is niet min. Later op de dag zijn we er nog een even op teruggekeerd om er op een sfeervol terrasje de vermaarde Grimbergen te gaan degusteren. Van leven zoals God in Vlaanderen heeft waarschijnlijk nog niemand gehoord. Je moet voor te genieten helemaal niet in Frankrijk te zijn. Het overige stuk wandeling was eveneens de moeite maar dit was zo uitgestippeld dat de bebouwde kommen werden geweerd. Lint, Sas, Nieuwenrode, Meise ... allemaal stuk voor stuk sfeervolle dorpjes in het Brabantse landschap maar we zijn er naast gepasseerd. De wandelwegen waren zeer goed te volgen maar hier en daar lagen deze paadjes toch overwoekerd met hoogopgeschoten beemdgras. Opletten voor teken is dan de boodschap. Met het prachtige weer als bondgenoot werd het dus een supersjieke trip. Mooie landschappen, bospartijen, helder stromende beekjes, met stuifzand bedekte paadjes, korenvelden zo ver je kon zien, echt een prachtig decor. Een stukje liep zelfs langs het zeekanaal Brussel - de Schelde. We hebben nog geprobeerd om de Catsjou er een duik in te laten nemen vanwege het warme weer maar ze durft niet zwemmen. En dat voor ne labrador zeg ! Onderweg heb ik nog een oehoe en een geel kwikstaartje op de pelicule kunnen vastleggen. De Ronny had ze beiden opgemerkt. Een gave die ik mis en waarvoor ik geld zou geven. 
Als afsluiter nog even vanuit Grimbergen het eerste deeltje van de wandeling overgedaan om zo'n gezellig terrasje te bezoeken. De Grimbergen smaakte uitstekend. Bij het bestellen van het gerstenat aan de toog maakte de Ronny kennis met 2 levensgenietende tachtigers. Eén van hen was meesterbrouwer geweest in de brouwerij van de Palm. 


Palm, het gerstenat waar Brabant zo trots op is en waarbij tijdens de productie het Brabantse trekpaard, het embleem van de brouwerij, zorgt voor het door Belgen minder gegeerde Heineken. 
Sorry lieve Noorderburen, 't is schertsend bedoeld hoor ;-) !
Meesterbrouwer, een bewonderenswaardige status als je het mij vraagt. Toch adviseerde die ouwe knakker ons om eens van een Cornet te proeven. Meesterlijke raad mag je niet negeren. 

Rond 8 uur was het wandelingetje rond. Met een gemiddelde van 3km/uur voor 25 kilometertjes was dat zeker geen record. Hoefde ook niet, we hadden alle tijd om te genieten, te verwonderen en de stapervaringen te delen. Nog een straf koffieke als afsluiter thuis bij de Ronny en de dag mocht zich weeral tooien met een kroontje. 




donderdag 11 juni 2015

De landlopersroute : Langs de Rijksweldadigheidskolonien van weleer : Wortel en Merksplas

De landlopersroute .... een beetje contrast met de wandelingen in luxe-oorden zoals Knokke, Brasschaat en waarom dan ook niet ineens de groene rand rond Brussel, zorgt voor een fair evenwicht in de wandelthema's. Landlopers, wel binnenkort ben ik er ook éne. Als pelgrim leef je ook op de weg. Een beetje contrast en wat overeenkomsten vind ik een mooie combinatie.

Waar naartoe deze keer ? Wel, mijn keuze viel op een stukske vaderland helemaal bovenaan in de Noorderkempen. Een gedwongen heimat voor onze landlopers en vagebonden gedurende 2 eeuwen en die deze kempengrond omgebouwd hebben tot landbouwgebied. Een pareltje in ons Kempenland. Wortel en Merksplas was vandaag the place to be. 

In 1822, België bestond toen nog niet eens en heette nog de Zuidelijke Nederlanden, wel toen heeft een Nederlandse legergeneraal daar boerderijtjes neergezet voor behoeftige gezinnen. 125 boerderijtjes werden er neergepoot maar het werd geen succes omdat de stadsmensen die deze gingen bewonen het harde boerenleven niet aan konden. In 1881 werden er dan in Wortel en Merksplas de landloperskolonies opgericht. Telkens met een hoofdgebouw en een boerdererij.

Het is hallucinant wanneer je de bedenking maakt dat je amper 20 jaar terug, wanneer je werd opgepakt zonder identiteitskaart en je geen geld had om een brood te kopen je in zo een kolonie kon belanden. In België godbetert ! 
Bijna 150 jaar lang hebben landlopers het ganse gebied ontgind en in cultuur gebracht. Het landschap werd door hun handen als het ware geboetseerd. Misschien valt het wel een beetje te vergelijken met de Chain Gangs in Amerika. Je weet wel die mannen die aaneengeketend als een levende paternoster met pikhouweel en schop aan de wegen bouwden in Amerika.


In 2013 overleed in Merksplas Piet Coppens de laatste landloper. In de kolonie in Wortel verbleven er toen nog 5. De rest is allemaal verdwenen. Gestorven grotendeels want sinds 1993 kwamen er geen meer bij. Bij de afschaffing van de wet op landloperij mochten de ingezeten landlopers echter levenslang in de kolonie blijven. Nu kan je er genieten van de kilometerslange dreven, in schaakbordvorm aangelegd door de landlopers. 
Voor een appel en een ei natuurlijk en wanneer ze een beetje centen bij elkaar hadden werden ze weer vrijgelaten. Binnen de kortste keren waren de centen verbrast aan drank en lichtekooien en belandden ze terug in de kolonie. Een vicieuze cirkel die enkel doorbroken werd wanneer ze het loodje legden. De begraafplaatsen zijn er nog stille getuigen van. Een armtierig kruisje met enkel een nummer op. En toch, hier en daar probeert een schamel bloemstukje deze dodenakkers met een beetje menselijkheid op te smukken.



De wet op de landloperij werd dus in 1993 afgeschaft. Nu is Wortel en Merksplas kolonie een 600 ha groot beschermd landschap en de schoonheid die er te bewonderen valt hebben we te danken aan de meest verstotenen uit onze maatschappij. Zwervers, clochards, havelozen en bedelaars vonden daar een gedwongen toevlucht. Dit is alleszins een erebezoekje waard.
Nu zijn de kolonies in Wortel en Merksplas omgebouwd tot strafinrichtingen zoals in Merksplas het centrum voor uitgeprocedeerde illegalen bijvoorbeeld


En nu gaan we wat wandelen. Een voorgekauwd toertje op Route You werd een beetje aangepast om in een lus te kunnen lopen. Het werd bijna een lus van 30 km maar het was werkelijk de moeite. Ik heb door die aanpassing maar hooguit een 4-tal kilometertjes asfalt of klinkertjes gehad. Die ganse noordhoek daarboven in de Kempen is volop met wandelknooppunten bezaaid. Ik denk dat je makkelijk 150 km aan wandelwegen kunt bijeenpuzzelen met die knooppunten. Onderweg staan vele borden met interessante uitleg over het reilen en zeilen in de kolonies. Legenden zoals deze over de zwevende kruisjes en straffe verhalen over een pestkerkhof worden er ook helder uit de doeken gedaan. 

Mijne stapmaat en de Catsjou zijn maar pas vanaf volgende week terug operationeel. Daarom dat ik er nog maar eens op mijn eentje ben uitgetrokken deze keer. Vertrokken aan de kerk in Wortel en van daaruit een stukje in rechte lijn tot bijna in Merksplas. Zowat halverwege de grote baan ben ik dan de bossen ingeduikeld. Maar wat een prachtig gebied zeg. Lorken, iepen, sparrenbossen, plassen, meren, vennen en kilometerslange dreven. De volmaakte rust om je heen. Het was niet al te warm en over de zandgrond waaide een briesje met een aangenaam lauwwarm parfum afkomstig uit de dennebossen. Wat me opviel was dat er in het ganse gebied een overvloed aan rustbankjes en picknicktafels aanwezig waren. Afgekeken van de Hollanders daar juist over de grens, denk ik. Die gasten staan stukken verder op het vlak van recreatievoorzieningen voor de gewone burger dan den Belz.

In Merksplas heb ik dan rond de meest interessante punten getoerd. De strafkolonie, de gevangeniskapel, het landloperskerkhof een paar boerderijtjes. Gewoon prachtig en een goede gok in de keuze. De gevangeniskapel werd omgebouwd tot een feestzaal. Er waren mensen bezig met het interieur aan te kleden voor een feest ter ere van een 30 jarig ... ? Misschien wel de ene of andere bajesklant die er zijn 30ste jaar bak wilde vieren ? Iets voorbij het bootjesven, een woest heidegebied met een betoverend ven,  ben ik bijna nog tegen een ree opgebotst. Die beestjes zijn echter zo schuw dat je de tijd niet krijgt om er een fotootje van te trekken. Een wilde boskat deed me iets verder een bult verschieten. Vanuit een overhellende tak viel dat beest vlak voor mijn voeten op de grond. Briesen en blazen mijn richting uit vooraleer het vierklauws de heesters in vluchtte. Dat was efkes verschieten. Als zo een beest het in zijn koker krijgt je aan te vallen denk ik dat je er niet ongeschonden uitkomt.

30 kilometer stappen ging vanzelf vandaag. Helemaal niet moe, ik heb er geen verklaring voor. Ik zou er nog gemakkelijk 20 bij kunnen gedaan hebben. Tuurlijk, 't is allemaal plat en gene rugzak bij van rond de 20 kg. Het is nog voorgevallen dat ge zo ineens op uwen 2de adem komt. Andere keren wil het dan weeral helemaal niet vlotten en lig je konstant af te tellen naar de eindmeet. Ik kan me herinneren dat ik op mijn eerste etappes een serieuze dip kreeg na een goeie 15km en dan was het afzien tot km 20. Daarna ging het dan weer vlotter. Dat waren dan ook de eerste 10 dagen. Ik begin nu ook er terug op te letten om stretchoefeningen in te lassen. Zo om de 5 km even de benen en kuiten stretchen scheelt veel in de vermoeidheid achteraf. Dan moet ik nu nog terug beginnen te oefenen met de diepe ademhaling. Dit voor heuvelachtig terrein en steile klims de baas te blijven. Elke kilometer gedurende 50 meter de lucht tot in het toppeke van je tenen binnenhalen om zo het melkzuur in je spieren te evacueren. Voilà, alles onder controle en nu kunnen we rustig naar de start in september uitkijken.

Een supersjieke dag dus weeral vandaag. Ik heb het naar mijn zin gehad. Deze keer heb ik mezelf op een Ommeganck als afsluiter getrakteerd. Schol, ik had het verdiend. Zolang dat je maar goed staat met jezelf en je jezelf verwent, dan zorg je voor een goede meester wordt er beweerd. Toch waar ? Niet ? 
De weg naar huis verliep iets chaotischer. Een monsterfile op de ring rond Antwerpen. Eén lange rij aan geconcentreerde stress en opgehoopte frustratie. De doodgewoonste zaak nu als je op de automobiel als vervoermiddel bent aangewezen maar laat mij dan maar liever een uurtje wandelen in een prachtig bos hoor ! Je mag er daar gerust 2 uurtjes van maken.