Een klimatologische haar in de boter zoals april soms in petto heeft viel er volgens Jill de weerdame niet te verwachten. Droog weer met toch wel een fris windje was haar prognose. Ideaal om nog eens de benen te strekken bij een wandeling. Den Hugo zou voor de laatste keer nog eens meelopen alvorens hij de weg naar de Pauselijke Stad gaat platwalsen. De Ronny, heel zijn lijf doet nog zeer als gevolg van zijn verbouwingen maar zou toch meegaan. Den Angelo en de Marc sloegen een keertje over. Niks moet, zo blijft het plezierig. De Catsjoe ocharme, die zal de wandelingetjes op rij wel ondertussen gemist hebben. Ze zal blij zijn om nog eens mee te kunnen stappen.
Na den Hugo, de Ronny en de Catsjoe ten huize opgepikt te hebben bij een 'jatteke kaffe met een koekske' en ontelbare likjes van de Catsjoe zijn we op het gemakske naar Rijmenam gebold. Daar lag de start te blinken aan het gemeentepleintje. Mensenlief, wat is het een zegen om verlost te zijn van die dagelijkse verkeersdrukte ! Wat een hectisch gedoe toch voor de mensen om 's morgens op hun werk te geraken. Hoe houden ze het in godsnaam nog vol ? Pfffft oh Lord, knappe geste van Jou dat Je deze kelk voortaan aan mij voorbij wil laten gaan. Dankjewel daarvoor want ik heb mijn part aan ochtendfiles destijds al ruimschoots gekregen.
Een schare dames op respectabele leeftijd hadden ook dit pleintje als verzamelpunt uitgekozen voor een fietstoertje in de omgeving. De Ronny had al direct wat klap met een fietsamazone luisterend naar de naam Anneke. Een halfuurke na de start reed het vrolijk pelotonneke met Anneke op kop ons voorbij op de dijk van de Dijle. Anneke werd uitbundig aangemoedigd door de Ronny. Ik kan het waarom niet direct achterhalen maar ik denk dat haar hoog gehalte aan moederlijke uitstraling een diepe indruk op hem moet gemaakt hebben. Misschien speelt de zware labeur aan zijnen bouw hem wel wat parten ?
De stuk of zes/zeven kilometertjes langs de Dijle waren een perfecte remedie voor het eerdere opgelopen trauma in de verkeersdrukte. Rustig, heel rustig zelfs was het lopen daar op die dijk. Het zonneke deed volop pogingen om door de wolkenflarden heen te breken. Af en toe lukte dit wel en dit gaf bij wijlen aanleiding tot het meermaals uit- en aanspelen van de dikke trui. Prachtig en aangenaam wandelen was het daar op dat grindpad boven op de dijk. De Dijle krult zich in ontelbare bochten door het landschap. Weinig bebouwing, open vlakten, frisgroene weiden, bloesems in hun kinderbeddeke, mooie rustbankjes onderweg ... wat een verademing. Boven op die dijk kan je die prachtige vertoning helemaal tot je laten doordringen. Gratis nog wel !
Tijd om te aperitieven met een Chardonnayke aan een picknicktafeltje op de dijk. De bokes werden ook aangesproken en voor de Catsjoe het vertrouwde gerookte varkensoor. Een volgende keer denk ik het kookvuurtje nog eens aan te spreken en gaan we mosselen klaarmaken. Een idee dat zowel bij mij als bij de Ronny gezamenlijk ontsproot. Moet kunnen, 't is eens iets anders. Tijdens het schaft nam den Hugo het woord om zijn op touw staande tocht naar Rome wat toe toe lichten. Vreemd maar het Compostelagenootschap van Vlaanderen neemt geen enkel initiatief voor Romepelgrims. Naar de uitleg van Hugo te oordelen krijg ik de indruk dat ze er zelfs wat afstandelijk over doen. Nochthans heeft deze pelgrimsroute ondertussen ook al de status van cultureel erfgoed verworven. Zelfs de Sint Jacobsschelp hoort in deze begankenis niet thuis en wordt vervangen door een embleem met 2 gekruiste sleutels. Waarschijnlijk die van 't Sintepieterke. Wow, 't ziet er allemaal verleidelijk uit. Aan logementen onderweg ook geen gebrek. Nogal wat prijzig volgens mijne portemonnee maar ook tref je hier en daar wel wat herbergen aan die het donativoprincipe hanteren. Het spreekt me wel aan. 2000 kilometerkes en tripkes over passen van 2500 meter. Wow ! Rome zelf met het Vaticaan spreekt me in mindere mate aan.
Dames worden er aangemaand om zich zedig te kleden, schouders en knietjes te bedekken terwijl de geschilderde vrouwen op de doeken in het paleis zich daar geen fluit van moeten aantrekken. Nee, ik heb Rome en haar Vaticaan al bezocht. Eén keer circus volstaat.
Een herder met zijn schaapskudde maakte het idyllische plaatje daar aan de Dijle compleet. Wel 5 honden had die kerel bij om zijn kudde schaapjes te weiden. "Hoeveel schapen hebt gij hier rondlopen ?", vroeg de Ronny. "Eens zoveel als de helft", was de herder zijn verhelderend antwoord, "En daar is er niet één van gelogen !" voegde hij er lachend met een guitige blik in zijn ogen aan toe. De Catsjoe kon het trouwens goed vinden met die herdershonden.
Aan de Hansbrug op de dijk sloegen we het bos in en volgden de antitankgracht. Op de aangebrachte borden kon je het hele verhaal te weten komen over dit bouwwerk. Erg interessant, dat wel. Iets verder aan een bunker, we zaten immers op de slagveldroute, zat er een dame met haar kleinzoontje in het zonneke. Haar wederhelft was druk doende bezig met het ruige terrein af te speuren met een metaaldetector. Eén huls uit de oorlog had hij al gevonden. Misschien was hij wel op zoek naar een pinhelm van de één of andere gesneuvelde ulaan. Alleszins succes gewenst met je hobby maat en we stapten verder het bos in.
Het gedrag van sommige toezichters op privaatterreinen, of wat hun toegemeten functie ook is, is toch wel typerend voor hun bekrompenheid. Eventjes niet goed opgelet en we zaten op een zijspoor in het bos dat klaarblijkelijk naar een privéterrein leidde. In de verte zwaaide er een kerel vervaarlijk met zijn armen om er ons op te wijzen dat we ons uit de voeten moesten maken. Jawel, er stond wel een piepklein verbodsstickertje met een doorstreepte wandelaar op een klein paaltje aangeplakt maar iedereen kan zo'n stickertje plaatsen. Je zou er bij onoplettendheid zo aan voorbijlopen. Die vent werd er behoorlijk kwaad om maar hij stond toch iets te ver om enige actie te ondernemen laat staan om ons op een beleefde manier te overtuigen rechtsomkeer te maken. Moest hij over een geweer beschikt hebben, hij zou op ons gevlamd hebben de gek. Behoorlijk gefrustreerd om onze burgerlijke ongehoorzaamheid begon hij dan maar foto's van ons te trekken. Niks van aangetrokken en maar doorgewandeld. We waren toch zo het terrein af. Weliswaar tussen de bramen en de struiken maar dat was geen enkel probleem. Die stickertjes hebben trouwens geen enkele rechtsgeldigheid. Om een terrein legaal ontoegankelijk te maken moet er volgens de bosdecreten een toegankelijkheidsplan opgesteld worden in samenspraak met Groen en Bos. Dit plan moet zichtbaar opgesteld staan aan de toegangswegen tot het bos. Verder moeten privaateigendommen en de daarnaartoe leidende niet toegankelijke wegen afgesloten worden en voorzien zijn van het door Bos en Groen verdeelde wetttelijke verkeersbord V14. Het is dus geenszins voldoende om als particulier een bordje 'Toegang verboden' of 'Privaat eigendom' op de eerste de beste boswegel aan te brengen om ongewenst bezoek te voorkomen. Echt typerend toch zulk boertig gedrag van zo'n grondbezitterke dat zijn grond bedreigd ziet door enkele onwetende vredelievende wandelaars. Hij mag, voor mijn part, zijn stickers daar plakken waar de zon nooit schijnt.
Hoog tijd voor een pintje werd het ondertussen wel. We waren al in Wespelaar aanbeland. Nergens een kroegje open op dinsdag in dit peisvolle dorpje. De Ronny ging even informeren in het arboretum waar er ergens iets kon genuttigd worden. De vriendelijke onthaaldames van het arboretum wezen ons de weg naar café de Warande. Ietske voorbij de statie. Een Leffe voor mij, Bolleke Koninck voor de Ronny en een Westmalle voor den Hugo. Op weg naar Rome zal hij weinig trappisten tegenkomen vrees ik. Dat hij er dan nog maar even van profiteert. Nog een leuke babbel gehad met 2 dames terrastoeristen en den Hugo had nog een dessertje voor ons in petto. Een aardbeientoetje !
Nog 8 kilometer viel er te stappen tot in Rijmenam. Dit stukje werd geanimeerd door grappige verhalen uit ieders jeugd. Den Hugo deed zijn wedervaren als misdienaar en brouwershulpje uit de doeken, de Ronny zijn fratsen en aanvaringen met zijn leraars in de technische school en ik, ik luisterde aandachtig met het excuus van over een onbezoedelde jeugdlei te beschikken. Hoofdzakelijk liep dit laatste stukje langs riante boswegeltjes, dreven en bospartijen. Fris lentegroen zover het oog reikte.
Het werd dus nog een erg mooi sluitstukje voor deze wandeling. En voilà, op het kilometertellertje staan er weeral een goeie 20 bij. Na nog een paar koffietjes in het Bleekhofje in Rijmenam was het tijd om huiswaarts te keren. Den Hugo was content dat er eindelijk een Primus kon gedegusteerd worden. Een prima pils van de Brouwerij Haacht, een brouwerij die nog volledig in Belgische handen ligt. In Haacht zelf zijn we niet geweest. Daar zijn we in een grote cirkel omheen gestapt. Wat een geweldige dag weeral ! Zo mogen er nog heel veel komen.
Volgens betrouwbare bronnen zou de Vallei van de Oude Kale één van de best bewaarde natuurgebieden zijn van het Meetjesland. Met een blauwdruk uit die bron ben ik aan de slag gegaan en rondomrond de officiële wandeling heb ik er nog een stukje Nevellandroute en Slodderspookroute mee aangebreid. Te vertrekken in Landegem naar boven op naar Merendree, daarna onder Lovendegem door en zo de vallei volgend tot in Vinderhoute. Van daaruit terug naar Landegem. Overwegend onverharde wegen en weeral goed voor een kleine 25 paaltjes. Zo'n creatie moest ongetwijfeld een sjiek parcours opleveren.
Deze oefening makend kwam er onderstaand planneke uit de bus. En, zo zou blijken, een schitterend trajectje goed voor een paar uurtjes stapplezier met de maten.
De Ronny en Catsjoe zitten, alhoewel het einde stilletjesaan in zicht komt, nog altijd met hun bouwperikelen en sloegen dit toerke noodgedwongen over. De Marc en den Angelo konden meestappen alhoewel het er eventjes met z'n pootjes uithangde voor den Angelo. Het één of ander virus teisterde z'n darmflora maar we hadden kurkestoppen bij voor het geval ... Den Hugo kon op de valreep ook mee. Hij zou bij wijze van oefening de toer uitstappen met zijn volledige bepakking voor Rome. Hij zat al aan een goeie 16kg. Binnen 14 dagen, op 29 april is het zover en is hij ermee schuppes. We gaan hem uitwaaien rond 9 uur op het Frans Boelplein in Temse. Ultreïa e sus eïa ... steeds maar verder en Buen Camino !
Hugo koppelt zijn tocht aan het goede doel. Met z'n tocht wil hij het ATOR-fonds mee een duwtje in de rug geven. Dit fonds werd opgericht met het doel middelen te verwerven en deze ter beschikking te stellen van organisaties die kankerpatiënten begeleiden tijdens hun revalidatie na een ingreep of een behandeling.
Als je zijn tocht ten voordele van A Touch Of Rose wil steunen door middel van een gift, kan dit door storting van het door jou gewenste bedrag aan: ‘A Touch of Rose’ op het rekeningnummer BE56 0016 4511 9188 (BIC GEBABEBB). Graag met vermelding : ‘Gift A Touch of Rose’ en jouw naam. (subvermelding pelgrim Hugo).
Meer info vindt je op zijn blogpagina : A Touch of Rose
Voor het vervoer werd er nog maar eens gegokt op de spoorweg om op een treffelijk uur in Landegem aan te komen. Landegem, tevens startpunt van de trip ligt 2 treinstaties verder dan Gent St. Pieters. Ik ben opgestapt in Sint Niklaas na eerst den Hugo opgepikt te hebben in Temse. Marc zat al op de trein die in Sint Niklaas stopte, den Angelo zouden we eerst in Gent tegen het lijf lopen. Rond 10 uur konden we eraan beginnen. Goed gegokt en het beloofde een mooie uitstap te worden. Dat werd het ook. Richting vallei nu maar ...
De Oude Kale was vroeger jaren één van de grootste beken in het Meetjesland en tevens de levensader van het gebied. We spreken van de Middeleeuwen. Eeuwenlang vormde het een verbinding tussen de Poekebeek en de Durme. In de ijstijd zelfs de Leie. De waterhuishouding van de beek werd danig verstoord door de aanleg van de ringvaart, de Brugse vaart en het Schipdonkkanaal waardoor er grote stukken teloor gingen. Tussen Merendree en Vinderhoute werd de beek ongeschonden gelaten en kon ze nog vrij meanderen in een vallei van 600 meter breed. De vallei is een lappendeken van weideland afgezoomd met knotwilgen, veldbosjes en ontelbare sloten en plassen. Er zouden meer dan 350 plantensoorten groeien en de weelde aan te spotten fauna is enorm. Meer dan 15 soorten libellen, 20 vlindersoorten en 85 broedvogels werden hier al opgemerkt. Het gebied werd in beheer genomen door Natuurpunt en talrijke wandelpaden werden er in harmonie met de flora aangelegd. Het is er prachtig. Na amper 200 meter stappen zaten we er al te midden in.
Verdorie, de Marc is een echte aanwinst voor ons wandelgroepeke. Onderweg leerde hij ons de namen van verschillende wilde planten en bloemen aan. Echt een verrijking want ik klasseerde deze 'gewassen' steevast onder de grote noemer van onkruid. Paarse en witte dovenetel, gele bestaat er ook volgens hem, hondsdraf, smalle weegbree, kleefkruid, zevenblad hebben nu een naam en een plaats gekregen in mijn onwetende linkerhersenkwab. Met de eigenschappen van de stinkende gouwe aan te halen werd mijn ontzag voor de Marc zijn plantenkennis nog groter. Deze plant is een prima remedie om wratten te behandelen zo declameerde hij. Niet uit ongeloof maar eerder uit nieuwsgierigheid ben ik het even gaan natrekken.
Volgens de middeleeuwse geschriften kon de plant bij galklachten toegepast worden vanwege de gele kleur van het melksap en de vorm van de bladeren. Stinkende gouwe werd als geneeskruid ook gebruikt bij onder meer oogziekten. Het gele sap werd tevens tegen wratten ingezet. Om een wrat te laten verdwijnen moest het sap van een verse stengel er meerdere malen per dag op worden gesmeerd. Een van de bladeren getrokken mengsel werd ooit gezien als een probaat middel tegen lichaamsbeharing. Een Veet avant la lettre begot ! Alchemisten gebruikten stinkende gouwe bij het zoeken naar de steen der wijzen en heksen maakten er dankbaar gebruik van in hun zalfjes. Niet verwonderlijk want giftig en stammend uit de papaverfamilie zou een vergiftiging met deze plant alle symptomen vertonen die een roes door morfinevergiftiging kenmerkt.
Dit even tussendoor geseind want we waren aan het wandelen. Maar toch, ik vind het boeiend en vermeldenswaardig om een botanicus onder de wandelvrienden te tellen. De lessen natuurkennis op de schoolbanken van weleer verbleken erbij. We stappen nog wat verder de vallei door. Wat is de ontluikende lente toch prachtig ! Tussen de weilanden door, vogeltjes die je in stemming brengen, lachen en zwansen, stevig doorstappen bij wijle, een stop tussendoor voor een glazeke cava ... de tijd vliegt zo voorbij en voor je het beseft, dringt er een rammelend gevoel ter hoogte van de maagstreek zich op. Lunchtime !
Een gezellige boerderij genaamd 'De Oude Kale' ingepoot te midden van de vallei biedt lavenis en onderdak aan dorstige en hongerige zielen. De vriendelijke boerin-uitbaatster maakte er geen bezwaar van dat we onze boterhammetjes in haar etablissement zouden binnenspelen en alhoewel de zaak nog gesloten was, was ze zo vriendelijk om deze voor een uurtje vroeger te openen. Op de bierkaart stond er een eigenaardig brouwsel te pronken. Een biertje gebrouwd voor stadsmensen volgens de boerin. Ik vermoed dat ze haar uitspraak afwoog aan ons Antwerpse accent. Op de etiket stond er een blauwe duif te prijken. 'Wild Jo', waarschijnlijk de naam van die blauwe geschelpte en op z'n Engels uitgesproken, is een gerstenat gebrouwd door de Antwerpse stadsbrouwerij 'De Koninck'. Nog nooit vanzeleven gehoord. Den Angelo opperde even dat het spul misschien wel op basis van duivenstront was gebrouwen maar de lekkere smaak van die pint deed anders vermoeden. 't Gleed lekker en vlot binnen bij de bokes. Op één been kun je niet staan, laat staan stappen, dus werden het 2 Wild Jo's !
Bij die stop aan de boerderij waren we al Merendree gepasseerd en zaten we nu in Lovendegem. Met het oog op onze nakende wandeltrip op de vulkanenroute en om een indruk te krijgen van het stappen met een zware rugzak wisselde den Angelo even de rugzak met den Hugo. 't Viel nog best mee maar hij stelde vast dat er nog wat moest gesleuteld worden aan het afstellen van de draagriemen en de heupgordel. Ook was hij nog niet helemaal in het klare met zichzelf wat betreft de mee te zeulen inhoud van die rugzak op een hiking tocht. Kost wat kost wil hij een 3,1 kg zware slaapzak van het Amerikaanse leger meesleuren. Een nostalgisch motief zou hieraan ten grondslag liggen. Het waarheidsgehalte in 'Less is More' op zo'n tocht dringt maar gewoonlijk eerst door na een eerste dag stappen met meer dan 20 kg op je bult. Ook bij mij was dit het geval :-) !!!
We zaten al goed halverwege. Het volgende stuk zou het kasteel van Vinderhoute in beeld brengen. Jammer maar de toegang tot het kasteel was in de week afgesloten. Al een geruime tijd daarentegen lag de Van Vlaenderensmolen in het gezichtsveld. Een in 1905 gebouwde stenen korenwindmolen op een molenberg. We bleven er maar in een grote boog rondstappen. In het laatste deel van het tripke liepen we er dan toch voorbij. Een treffend opschrift sierde de wiekenas ' DE HEMEL GEEFT WIE VANGT DIE HEEFT ' ..; een doordenkertje :-). Verwacht dus niet te veel van de hemel is alleszins mijn conclusie en zoek het daarom hier tijdens je leven. Ik zoek het misschien te ver en was het opschrift enkel bedoeld als boodschap dat er enkel maar de wind als hemelgeschenk te vangen valt in de wieken ? 't Komt misschien wel op hezelfde neer ?
De eindmeet was in zicht. Nog een laatste tussenstop aan een voetgangersbrug over de Oude Kale met een glazeke cava werd de voorbode. Gezellige stop op een zitbankje maar toegegeven, ook wel een beetje om de vermoeidheid in de benen te verjagen. Nog een klein uurtje stappen werd het tot aan de statie van Landegem. De trein zagen we juist vertrekken. Geen paniek. Zelfs dood en begraven zijnde zullen er nog treinen bollen. Dat werd bijgevolg een uurtje wachten op de volgende. Nog even naar het dorp gewandeld en terug naar de statie. Het stapexploot aan de Oude Kale kon afgerond worden. En, we hebben er maar weer eens volop van kunnen genieten. Who blesses this day ?
Rust roest. Al 2 weken aan een stuk geen meter meer gestapt. Of jawel, toch ! Met het Paasweekeinde nog een wandelingetje gedaan met de kinderen tot in het Hof ter Saksen hier in Haasdonk en daar was het dan tot gisteren bij gebleven. Trouwens dat Hof ter Saksen is echt de moeite waard om het eens te bezichtigen. Met enige schaamte moet ik bekennen dat ik er nog nooit de moeite voor had gedaan om er een grondig bezoekje aan af te leggen. Prachtig arboretum vind je daar met zowel exoten als inheemse boom- en plantensoorten waar ik nog nooit van had gehoord. Een theehuis, een natuurtuin, een orangerie, een prachtige vijver, netjes aangelegde wandelpaadjes, bijenkorven, een speelbos .... echt de moeite om er eens binnen te wippen. Nu zal het er zeker nog mooier worden met al dat ontluikende groen en de vele bloemen.
Verleden week was er het weer niet naar en hadden de stapmaten andere zaken om het hoofd. Maar stilgezeten heb ik alleszins niet. Soms primeren er andere dingen. Mijn tochtje voor volgende maand langs de vulkanenroute in het Franse Massif Central moest op punt gesteld worden. Dat kreeg even de volle aandacht. De route uitstippelen, opzoeken waar je kan overnachten, de hoogtemeters in functie van het aantal kilometer per etappe afwegen, nog wat documentatie opzoeken enzoverder. Dat heeft toch ook een dag of 3 in beslag genomen. Ook uitdokteren waar we den Hugo onderweg kunnen tegenkomen. Die vertrekt op 29 april à pied naar Rome. Volgens de berekeningen zou hij ergens in de geburen van Reims zittten wanneer ik naar de Puy vertrek. Altijd plezierig om wat steun en symphatie te betuigen met zijn lange en zware voettocht. Dan was mijn hofke nog aan een dringende update toe, die vroeg ook om wat aandacht. Tussen de regenvlagen door heeft het die aandacht gekregen.
En gans de vorige week moest er gekookt worden voor de seascoutskes die op zeilkamp waren. Dat was op het Galgenweel op het Sint Anneke te doen. Vooral deze laatste activiteit had een slopend karakter. Voor 30 kinderen voorzien in een ochtend- en middagmaal. Aan het 4-uurtje was er niet veel werk maar een warm avondmaal met verse soep, verse groentjes en een stukske vlees bereiden vraagt al een grotere inspanning. Als toemaatje rond een uur of 9 's avonds nog wat warme chocomelk maken. Dit laatste dan als slaapmutske en voor mij in de plaats een fris pintje ... ik kan je verzekeren dat je pijp uit is wanneer dat jong geweld in zijn slaapzakske kruipt. Het valt niet te onderschatten maar 't geeft je ontzettend veel voldoening. En daar doe je het tenslotte voor. Een bedankje van de ouders voor de goede zorgen moet je tegenwoordig niet meer verwachten. Hun kroost daarentegen zijn op dat vlak stukken attenter ☺☺☺.
Starten met een bescheiden Aktivia wandeling in het Oost Vlaamse Zele leek me een goeie koude start voor een nieuwe wandelboost te krijgen. Zele, een dorp in Oost Vlaanderen was tevens mijn eerste stop op weg naar Compostela enkele jaren geleden. Misschien dat het uitgestippelde traject wel herinneringen zou oproepen. Het voorspelde weer zag er magnifiek uit. Volop lente zou het worden !
Zele ligt tussen de waterlopen Schelde en Durme en de steden Lokeren en Dendermonde. De gemeente Zele heeft geen deelgemeenten maar bestaat hoofdzakelijk uit kleinere woonkernen, gehuchten en wijken zoals Bookhamer, Dijk, Dries, Elst, Langevelde enzovoort. Verder vind je er ook de buitenwijken zoals Avermaat, Durmen, Heikant en Huivelde-Hansevelde. Zele was in de vorige eeuwen een textielcentrum voor vlas en voor jute. Indertijd was het een gemeente zoals zovele andere in Oost-Vlaanderen met vele cafés, brouwerijen, een distilleerderij, ongeveer 12 molens, en veel landbouwgrond. Veel is daarvan nu teloor gegaan.
Op het einde van de 19e eeuw behoorde Zele, samen met buurgemeente Hamme, tot de 2 meest verpauperde dorpen van Vlaanderen. Een oorzaak diende gezocht te worden in de wantoestanden bij de plaatselijke nijverheid. Deze werden toegedekt door de burgerlijke en religieuze overheden. In 1901 schreef de socialist August de Winne het bekende boek 'A travers la Flandre' (Door Arm Vlaanderen). In dat boek stelde hij de uitbuiting door de kerk en haar slippendragers aan de kaak. Slippendragers die het zelfverkozen lokale bestuur waarnamen en bestonden uit notabelen en gewetenloze industriëlen. Verschillende aangrijpende foto's uit het boek werden in Zele genomen.
De Zonnewijzer, de vrije lagere basisschool voor buitengewoon onderwijs had haar lokalen ter beschikking gesteld voor het wandelvolk. Een grote opkomst was te verwachten met dat supermooie weer. Ik denk dat er wel 4000 wandelaars zijn gestart.
Van het verpauperde Zele van 100 jaar geleden is nu nog maar weinig te merken. Enkel het nauwe dorpscentrum en de wirwar aan straatjes en steegjes wekt nog het vermoeden dat hier vroeger armtierige huisjes hebben gestaan.
Na het storten van het inschrijfgeld, kwestie van verzekerd te zijn onderweg, nog vlug een braadworstje versierd aan het kraam op de speelplaats en hop weg, de pijlen volgend voor een mooi wandelingetje rond Zele.
Meestal onverharde paden hadden de inrichters voorzien en dat stapt wel prettig. Aan de natuur kon je merken dat de lente aan haar huiswerk was begonnen. Magnolias in volle bloei, frisse groene blaadjes in de aangeplante jonge boompjes langs de beemden. De knotwilgen mooi gesnoeid zoals de kinderkoppekes aan het begin van de grote vakantie. Bloesempracht alom. In tuinen en dreven. In de weiden deden de koeien al goed hun best aan het flink opgeschoten gras. Het werd een mooi en rustig wandelingetje. Niet te lang zodat we onderweg op de rustpost in het gehucht Avermaat nog even konden genieten van een smakelijke Leffe bij de bokes met spek en eitjes. Onderweg zijn we enkele ruiters tegengekomen. Op die smalle boerewegeltjes doet het maar raar aan als er zo een paard je in draf tegemoet komt. Dat moet die beesten goed gedaan hebben na een winter op stal gestaan te hebben. Goed, de swung zit er terug een beetje in en deze week zoek ik een tochtje te plannen in de Vallei van de Oude Kale. Een trip langs mooie kastelen. Ik ben benieuwd.