vrijdag 7 juni 2019

* Langs de Via Brabantica : Lier - Mechelen

Verleden week werd het een lange trip, iets dat zeker niet elke week kan herhaald worden. Bijgevolg werd het er deze keer een korte. Tegelijkertijd appelerend aan onze Camino's zou een dagje wandelen op de Via Brabantica een zinvolle keuze betreffen. Deze weg loopt van Bergen op Zoom of Breda in NL tot in St. Quentin, Frankrijk. Waarom deze route 2 startpunten heeft is me niet geheel duidelijk. Misschien geven deze startpunten aansluiting op andere noordelijker gelegen pelgrimswegen. Nu, zinnens om het ganse traject op 1 dag af te haspelen waren we niet van zin. Een kort stukje stappen tussen Lier en Mechelen, goed voor 20 paaltjes, zou het ook wel doen. Het stukje Via van Brussel Noord tot in Halle werd vroeger al gelopen en aangezien deze in Bergen op Zoom begint zal ik naadloos kunnen aansluiten wanneer ik het Floris V zoek te stappen. 

Rond 10 uur stonden ik, de Ronny en den Angelo in Lierke Plezierke. Op dat zelfde ogenblik stak onzen Hugo de grens Nederland - Duitsland over in Hasseberg. Ik schat dat hij al een goeie 400km in de benen heeft. Vandaag vrijdag 7/6 zal hij in Papenburg aankomen. Wat een vaart zeg ! De Ronny is nu woensdag pleite. Hij vliegt naar Oslo om van daar aan zijn Olav's route te beginnen. Zijn geëxperimenteer met droogvoeding heeft hem in een voedselpakket laten voorzien van 1,2kg, het equivalent van 12kg beefsteaken, kippenfilets, tomaten, kruiden, pasta's en nog andere ingrediënten. Met de tocht die hij gaat ondernemen heb ik weeral alle reden om jaloers te zijn. Niet ziekelijk jaloers wel te verstaan. Hij gaat geen honger lijden verzekert hij ons. Dorst misschien des te meer maar als troost krijgt hij bakken natuurschoon ter compensatie. 


We hadden nog geen honderd meter gestapt en we kwamen al een schelpenembleem tegen. Een sticker met een gele schelp op een blauwe achtergrond. De St. Jacobsschelp, het is de fetisj van elke pelgrim. Hoog geplakt op een paaltje wees deze sticker in de richting van het Zuiden. We zouden er nog tegenkomen alsook de koperen schelpen die in de voetpaden worden verwerkt. De herinneringen krijgen weeral vrij spel. Stappen nu maar ! Lier, de stad van de schapenkoppen, is een erg gezellig stadje. Sfeervolle winkelstraatjes en marktpleinen, verzorgde parkjes, sjieke gebouwen zijnde architecturale pareltjes, een Nete die er rustig kabbelt en natuurlijk hun Zimmertoren die een eervolle vermelding verdient. Dit alles maakt een bezoek aan Lier het meer dan waard. Ik vergeet nog de Lierse Vlaaikes 😋😋😋. 

Naar traditie werd de wandeling ingezet met een taske koffie. Een terrasje op een Grote Markt geeft wat klasse aan die traditie. Dat tasje geeft een mens de nodige boost om op weg te gaan. Lier buitenwandelend volgden we de Nete. Het is een erg mooi stukje natuur waarvan de beschrijving destijds door onze Meester-Schrijver Felix Timmermans zo liederlijk aan het papier werd toevertrouwd. 

Het zeil schoof weg en daar had hij voor zich het verre Netheland vol aangename diepten. Het lag daar, lichtgroen, wijd en klaar van het malsche licht dat uit de diepe luchten vloeide. De hemel was van dat zuiver Lievevrouwkensblauw, en nevens de aarde schoven hooge gele, vette wolken, van boven wit verlicht, lijk sneeuw. De Nethe was nog dieper blauw, en kalm lijk fijn olie. De molens draaiden langzaam rond, en de verre huizekens blikten wit en rood. De overtollige boter-, pis en peerdebloemen in de weiden waren als levende plassen boter en melk. Een ganzendriehoek in de lucht, en uit het blauwe bosch het lachen van een ekster. "Oh", zei Pallieter, "er komen nog ballonnekes in te keurt." En wat deed hij, "den Bruur"? Hij haalde een koffiekom, maakte er met groene zeep en regenwater een zoppeken in, zocht de zuiverste pijp en zette zich weerom aan de haag. Met de pijp blaasde hij in het water, hard en lang, tot er babbelend een toren van opeengestapelde zeepbellen was uit opgerezen ..... (uit Palieter van Felix Timmermans). 

Literatuur met een Hoofdletter. Dit even ter memorie maar tevens een wondermooie weergave van wat we daar op het jaagpad te zien kregen. Alleen, de zeilboten op de Nete waarvan Palieter in het cursieve stukje het zeil zag zullen we nooit meer aantreffen. 

Aan de samenvloeiing van Nete en Netekanaal lag er vlak bij het jaagpad een speelterreintje genaamd 'Het Mierennest'. Een doe-terreintje met een educatief accent rond recyclage en de natuur. Enkele leerkrachten waren er op ronde met hun klasjes. Een grote sheltertent op dit terrein was ideaal om daar onder de bokes binnen te spelen. Ook nu werd er volgens traditie het dagelijks brood gesausd met een glazeke rode wijn. Wijn werd immers niet uitgevonden om er de planché mee te schuren en bovendien was Dezeke Jezus daar ook niet vies van. We konden verder. 

Nog een heel stukske diende de Nete gevolgd te worden. Een punt van steeds weerkerende ergernis bij het wandelen op een jaagpad zijn toch die speed pedelecs en rennergroepjes. Vrijwel konstant moet je rekening houden met deze weggebruikers. Niet zelden sjezen ze daar op dat jaagpad tegen een sneltreinvaart. Vertragen bij het voorbijsteken of tegemoetrijden van voetgangers lijkt sowieso not done. Een fietsbel, wat is dat ? Saluu ! Vertragen zou immers hun gemiddelde snelheid neerhalen. Een snelheid die op hun kilometertellertje wordt geregistreerd en waarmee het bewijs kan geleverd worden aan twijfelaars die hun tot de verbeelding sprekende prestaties in vraag zouden stellen. Doorgaans ligt dat tellerke dan nog goed in het zicht op de toog van het café. 
Dat jaagpad werd tot iets voor Walem gevolgd om dan binnendoor langs mooie bospaadjes naar Mechelen te laveren. Een verrassend stukje wandelweg werd hierbij verkend waarbij vermeld moet worden dat er door de lokale besturen veel aandacht werd geschonken aan rustpunten onderweg. Bravo ! Veel bankjes en picknickplaatsen trof je daar aan. 
Tegen een uur of 5 zaten we al in Mechelen. De Via Brabantica liep daar langs de Varkensmarkt waar de zetel is van het Vlaams Pelgrimsgenootschap. Daar was niet veel leven te bespeuren. Op de Grote Markt en aan de St. Rombouts daarentegen was er één en al leven. Ook hier voel je aan dat dit een bruisende stad is waar het plezant vertoeven is. Veel steden mogen trouwens een voorbeeld nemen aan het Mechels verkeersbeleid. Het ganse stadcentrum is autoluw en dat doet de mensen op straat komen. Het stadsbeeld ademt zonder dat overtal aan auto's veel meer rust uit. Het is er gezellig. De Ronny wist nog een gezellig terraske aan 'de Vaat' zoals de Mechelaars het noemen. De vaart dus. Een maneblusser werd hier de ideale afsluiter. Niet voor onze vriend Angelo, want, alhoewel reeds voorbij en in 't geheel niet zijn geloofsovertuiging hield hij zich nog even aan de ramadan. Het zat er weeral op. Een prachtige dag, mooi weer, klein regenbuitje op het einde en zelfs het vermelden niet waard, toffe compagnie niet te vergeten, er mogen er nog zulke dagen op me afkomen. Rest me wel de vraag waarheen naar toe te trekken nu er 2 hoofdrolspelers op tocht zijn ?






Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.