De opkomst voor een wandeltoerke met de stapkornuiten was eerder aan de magere kant te noemen. Te begrijpen enigszins want de eindejaarsperiode zorgt nu éénmaal voor allerhande akkevietjes die in extremis nog hun beslag moeten krijgen. Enkel de Ronny meldde zich present. We waagden een zoveelste gok om het vertrouwen te geven aan de legendarische stiptheid van onze NMBS. Voor de Ronny werd dat wankel vertrouwen erg op de proef gesteld aangezien hij 2 keer een overstap moest trotseren. Niettegenstaande er enkele vertragingen werden opgetekend konden we onverhoopt op het voorziene uur ontschepen in Dendermonde. Eén van die vertragingen tussen Puurs en Sint Niklaas had volgens de Ronny een hilarische oorzaak. Ik citeer de kaartjesknipper : "Gelieve onze excuses te aanvaarden voor het oponthoud, de oorzaak is : .... ". Nu gaan we het spel krijgen moet de Ronny gedacht hebben en uit de intercom klonk : "Uw treinbegeider, mezelf, ik dus, heeft zich per ongeluk opgesloten in het WC, hiervoor nogmaals mijn excuses". Dat was duidelijk een aanvaardbaar excuus maar het gevolg was dat het ganse reizigerspeloton op die trein met een lachkramp opgezadeld werd. Die man had smaak voor humor en bovendien kon hij het sluimerende ongenoegen bij de reizigers ombuigen naar een grappig intermezzo.
Verdorie, we wisten dat het geen zomerse dag zou worden maar aan de kleur van het uitspansel te oordelen zouden we het zeker niet droog houden. Een loodzware donkergrijze wolkenvracht tekende zich boven onze kop af en dit in de meest dreigende vormen. Indrukwekkende wolkenformaties pakten samen maar het bleef op een miezerbuitje na doorgaans droog. Na het verkennen van enkele straten in de stadsrand kwamen we al vlug uit in de vallei van de Vondelbeek. Hoewel deze beek van nature tot het Denderbekken behoort, mondt ze nu kunstmatig uit in de Schelde. Een watergemaal zorgt ervoor dat, wanneer de Vondelbeek door haar natuurlijk verval niet in de Schelde kan lozen, het water kan worden overgepompt. Hoe dan ook het paadje dat naast die beek liep en dat we volgden liep niet over rozen. Meersen zijn nu éénmaal bekend om hun drassig karakter. Het verwonderde ons dus niet dat we er een slijkerige boel zouden aantreffen. We troffen er zelfs een kluppelpad aan dat normaal gesproken een droge doorgang moest garanderen. Het stond hier blank. Maar met goeie bottienen moet dit geen belemmering zijn. Deze Dendermeersen met hun modderige landwegeltjes zullen ons blijvend heugen. Wat een slijkboel !
De Wiestermeers kwam eraan. Even slijkerig natuurlijk maar we vonden er een droog plekje op een schapenweide. Aperotime ! Onze maat had gluhwein bij. Een warme borrel hakt er altijd in. De schapen waren erg geïnteresseerd in onze aanwezigheid daar op hun terrein. Ze kwamen zelfs schoorvoetend dichterbij om een bonjourke te doen. Helaas was ons aperitief niet zo geschikt om te delen met deze beesten. Een kipsaté en een pikante olijvenmix, ik geloof nooit dat het hen zou smaken. Ze dropen stilletjes terug af. Ik telde 45 schapen daar op die weide en ik wil toch even vermelden dat ik daarbij niet in slaap viel. Het schaapjestellen blijkt een smoes te zijn wanneer het je niet lukt om de slaap te vatten.
Via de Korfkes en de Lange Weeden , noem het uitgestrekte grasvelden, kwamen we aan in Wieze. In de herberg 'Het Oud Gemeentehuis' konden we even de dorst lessen. Een groots opgezet restaurant - brasserie is dit maar sjiek en gezellig en bovendien was het open. Een geluk dat onderweg ernaartoe het slijk van onze bottienen was afgesleten. Het zijn gênante momenten als je in zo een zaak met slijkpoten binnenschuifelt. Alle tafels waren gereserveerd maar we mochten ons neerzetten aan de hoge tafel waar we goed zicht hadden op de tafelgasten. Ik genoot er van de zalige geur van stoofvlees met frieten. De keet zal vol en de voorgeschotelde kost smaakte hun kalandizie zichtbaar. Ik kreeg er zowaar honger van. Zo dat drankje smaakte en ondertussen waren we terug wat opgewarmd en konden we voort stappen. Via de gehuchten De Kluis, Den Aert en Herdersem marcheerden we zo verder naar de oude Sasbrug over de oude Dender. De Wiezebrug over de Dender bracht ons dan weer naar Gijzegem. In Gijzegem viel er niet veel te beleven en we trokken door het stroomgebied van de Kleine Meersbeek naar Mespelaere. Daar vonden we een leuk en net kroegje met een erg sympathieke uitbaatster. Met kennis van zaken schonk ze een 5-jarige Orval uit voor de Ronny. Dit bezoekje aan de 'En Passant' leverde ons een aangename babbel op met de uitbaatster. We waren het unaniem eens, de uitbating van dit kroegje geschiedde door een klassemadam.
Maar we moesten verder en zie, het begon reeds te donkeren. Tja op 21 december, de winterwende, krijg je niet veel daglicht. Aan de sluis van Denderbelle zouden we terug de oversteek moeten gemaakt hebben om via het stroomgebied van de Oude Dender over een enorme grasvlakte naar het eindpunt te spurten. We besloten om het jaagpad te blijven volgen aangezien we ons over die vlakte opnieuw aan slijk en modder konden verwachten. In de duisternis zie je ook niet waar je voeten terechtkomen. Het zou wel eens kunnen ontaarden in een serie uitschuivers en valpartijtjes. We volgden het jaagpad tot aan de spoorwegbrug en zo stesselden we verder naar de statie van Dendermonde. We passeerden het nieuwe gevang van Dendermonde met de hemels klinkende naam 'De Poort van Dendermonde'. Het fonkelnieuwe gebouw lag wel aan de andere kant van de spoorweg. In oktober 2022 werden de werken voltooid voor deze nieuwe gevangenis. Het complex zou plaats bieden aan 444 mannelijke bajesklanten en het voorziet in een duurzame, moderne en humane detentie. In 2023 opende het wagenwijd haar deuren voor de inhuldiging om dat daarna nooit meer te herhalen tenzij met mondjesmaat. De 'Poort van Dendermonde' ... het is maar best dat je daar nooit onderdoor moet lopen. Het zat er weral op. 20 paaltjes waren wijlen en we konden naar huis sporen. Ik had geluk. De trein vertrok op tijd in Dendermonde maar zelfs op tijd bij aankomst zou ik m'n lijnbus naar huis missen. Dat zou een uur extra wachttijd betekenen. Maar die lijnbus was zelf in vertraging, na 5 minuutjes kwam ze eraan. Dat viel dus mee. De terugrit voor de Ronny bleek niet van een leien dakje te verlopen. Bijna 3 uur onderweg.... afgeschafte treinen .... alternatieve reisweg ... om nog maar te zwijgen van de veelvuldige vertragingen. Het is om te bleiten ons openbaar vervoer. Het betert maar niet. Ik beklaag de mensen die naar hun werk moeten met het openbaar vervoer. Naar de hemel wijzen en bidden is misschien een laatste redmiddel voor beterschap.
Den Hugo stelt zich jaarlijks kandidaat om de Warmste Week mee in gang te trekken. De Warmste Week is de solidariteitsactie van de televisie-omroep VRT, die jaarlijks wordt georganiseerd in de week voor kerst, van 18 tot en met 24 december. Dit jaar staat het thema 'opgroeien zonder zorgen' centraal. Een thema gericht op de kinderen die in onze maatschappij geen veilige thuisomgeving kennen. Vanuit Temse zou den Hugo in 2 etappes naar Leuven pikkelen waar er allerlei aktiviteiten in de steigers worden gezet. De eerste etappe Temse - Mechelen kon ik meestappen. Met de fiets reed ik in alle vroegte naar Temse, de woonplaats van onze stapmaat. Naar gewoonte stond het kommeke koffie en het speculazeke reeds klaar. Om 8u30 staken we dan van wal in Temse en staken we de Schelde over. 'Van wal', dit bij wijze van spreken want gelukkig lag er een brug zodat we niet al zwemmend de overtocht moesten maken. Die brug, gebouwd door Gustav Eifel , ligt er al sinds 30 november 1870 en met haar 365m lengte was ze tot voor kort de langste brug van België en de laatste vaste, bovengrondse oeververbinding naar de zee toe. De nieuwe brug, gebouwd door de firma Cordeel uit Temse, die naast deze stalen mecano ligt is 9m langer. Links en rechts van de vaargeul geeft een meetlat op de pijlers de hoogte aan van de brug ten opzichte van de waterspiegel. Aan de kant van Temse bevinden zich twee monumentale beelden : "De Schelde" en "De Golven", gebeeldhouwd door Karel Aubroeck. Dit even terzijde.
Van Temse naar Mechelen dus ! Nog even den Hugo z'n gele pins met het embleem van de Warmste Week in't zicht hangen en de hort op. Via de N16 zou je het met 25km kunnen rondkrijgen. Nogal ééntonig en saai en daar op voorzien had ik een alternatief trackje getekend van 31km met een doortocht in De Schorre, gekend van het Tomorrowland. Den Hugo met zijn aangeboren ingebouwde kompas en landkaarten verkoos via het sas in Wintam te wandelen. Veel verschil maakte dat niet uit. Verder zouden we zo tussen Rupel en Zeekanaal naar Boom op stomen. Zo werden er dat dan 33 km droog gewogen tot in Mechelen 😀. Dit was, een goede keus eigenlijk want mijn traceetje zou ontaarden in ettelijke kilometers moddergeploeter. De overvloedige regen van de laatste dagen had daar in dat poldergebied vele paadjes in slijkbaantjes herschapen. Eens aangekomen op de overkant van de Schelde zaten we in het Buitenland. We wandelden er bovenop een immens gedempt stort. Niets van gemerkt maar den Hugo verzekerde me dat je niet weten wil wat er daar allemaal onder de grond steekt. Vervolgens kwamen langs de Scheldeboord het Groot Schoor, de Hingenebroekpolder, de Schellandpolder en tot slot de Oubroekpolder aan bod vooraleer het sas werd bereikt. In Boom zou de Michel mee aansluiten dus wandelden we non stop tot we onze maat daar aan de brug in Boom tegenkwamen. Het was halftwaalf en tijd voor een boterhammeke. Een bankje was vlug gevonden. Na het schof wipten we de Musette, een grote houten chalet, binnen om een drankje en om wat op te warmen.
Terug naar de Rupel nu. Ik vrees dat onze stapmaat Michel nooit hoge ogen heeft gegooid voor het vak aardrijkskunde in de school. Zijn hydrografische kennis omtrent de Vlaamsche Waterlopen laat te wensen over. Zeekanaal Schelde / Brussel - Beneden Dijle - Nete - Zenne en Rupel ... het tolde allemaal rond in zijn koppeke. Enige verduidelijking gebracht door den Hugo bracht hem soelaas in deze materie. We liepen er nog een ex-collega tegen het lijf ! Den Yves Dries begot, ondertussen ook al demissionnair en op vervroegde opruststelling. Burn out ! Erg niet ? Tegenwoordig wordt in een arbeidsmidden heel je lijf en je kunnen in het keurslijf van efficiency, time management, rendement, cijfers en statistieken geperst. Dat moet zich wreken. Hij woonde in Reet en deed samen met zijn partner een uitstap met de fiets. Wat bijgepraat, wat verwondering over de huidige gang van zaken in het bedrijf van weleer en hop we stapten voort. Arrrivederci Yves, hou je goed en tot een volgende ! We zaten ter hoogte van Terhagen en zouden zo Rumst aangelopen hebben moesten we niet gedwongen hebben moeten terugkeren vanwege het afgesloten jaagpad. Een kleine omweg dan maar, dat kon er zeker nog bij. Iets voorbij Rumst staken we de bruggen over Nete en Dijle over. We volgden de Dijle tot het Zennegat, staken de Zenne over om vervolgens het kanaal Dijle - Leuven te volgen tot op onze bestemming. Het Zennegat bezorgde onze maat Michel nog fijne herinneringen. Voor mij ook ! Die droegen ondertussen al wel het label 'classified' maar het belette ons niet om ze even in herinnering te brengen en er hartelijk om te lachen.
Ter hoogte van Battel zochten we terug het jaagpad langs de Dijle op om door de dorpskern heen terug het kanaal op te zoeken. Hier in de geburen moest er een ex-collega van me wonen. Met enkele vage richtlijnen omtrent de juiste lokatie wist de Michel deze haarfijn te duiden. Niet dat het zo direct de bedoeling van me was om aan te bellen, ik wilde wel maar was een beetje bevreesd om ongelegen te komen ... maar bellekentrek was al geschied waarbij de Michel als dader kon aangeduid worden. Ria, m'n excollega deed de deur open en het moet wel een verrassing voor haar geweest zijn om daar plotseling 3 uitgewaaide parvenues voor haar deur aan te treffen. Ze nodigde uit om even binnen te komen maar dat zou ik te opdringerig van onzentwege gevonden hebben. De Bateliek, een kerk omgebouwd tot een gigantisch sfeervol restaurant - brasserie was de geschikte plaats om even bij te praten. Het deed me verschrikkelijk plezier om haar en haar man Guido terug te zien. Sympathieke klassedame ! Altijd geweest.
Het werd tijd om huiswaarts te keren. Nog een 4-tal kilometertjes dienden er afgelegd te worden tot aan de statie van Mechelen. De Michel zocht een lijnbus op daar aan de statie, ik en den Hugo dienden nog even te wachten op de trein. Mechelen is geen leuk station om er op een trein te wachten, het is een open trekgat. Nog een palmke aan de overkant in Café Java om de tijd te doden en om 8u42 konden we daar richting Temse sporen ! Bij den Hugo thuis volgde er nog een koffietje waarna ik de velo pakte en naar huis fietste. 10u was ik thuis. Die 10 km extra stappen was even terug wennen.
Er reden geen treinen vandaag. Een zoveelste treinstaking werd nog maar eens door de mensen hun strot geduwd. Geen idee waarom er gestaakt werd en het waarom interesseert me zelfs niet meer want er treedt gewenning op ondertussen. Een reden is al lang geen argument meer voor de mensen om te sympathiseren met de zoveelste staking. Tempora mutantum nos et mutamur in illis - Marcus Tullius Cicero orakelde dit al in 63 vChr. De tijden veranderen en wij veranderen met hen zo meende hij toen en dat klopt als een zwerende vinger. Helaas, dit geldt helemaal niet voor de NMBS. Die hun moraal met inbegrip van hun stiptheid zijn blijven steken in het verleden. Onveranderd blijven hun bonden zweren bij het koejonneren van de werkmens in plaats van stakingsmethoden te vinden die op sympathie kunnen rekenen. Neenee, hun tijden veranderen niet noch nauwelijks. Een alternatief toerke dan maar. Met den Hugo werd het plan beraamd om via verschillende natuurgebieden vanuit Melsele naar Antwerpen te pikkelen. De natuurgebieden daar op de linkerscheldeoever vormen een groene gordel die rond de koekestad ligt. Het is er fijn wandelen. Om 9 uur gingen we van start aan de Park en Ride te Melsele. We pikten de aardbeiroute op die ons via de defensieve dijk 'Half Maan' naar de E34 leidde. De schans Half Maan werd gebouwd in 1870, samen met de Defensieve Dijk. De schans ligt ongeveer in het midden. Hier was ik nog nooit geweest. Het is zoals den Hugo aanhaalt : Telkenmale je een wandeling maakt ontdek je plekjes en stulpjes die je nooit eerder ontdekte. Een wandeling stelt je haast nooit teleur. In 1953 raakte de schans zwaar beschadigd door de overstroming. De binnenzijde werd toen afgegraven voor het vullen van zandzakjes. Op de vrijgekomen terreinen mochten slachtoffers van de overstroming tijdelijk een onderkomen oprichten. Deze schans maakte deel uit van de fortengordels in Beveren. Nu is er een vissersclubje gevestigd.
We volgden een hele tijd de E34, beter gekend onder de benaming 'Expressweg'. Druk verkeer uiteraard op deze gewestas. Een kleine 2500 m verder botsten we op het Vlietje, een bar restaurantje. Dat was al open. De erg frisse wind, den Hugo sprak van een 'zure' wind, had onze goesting in een kommeke koffie doen opwellen. Ik had nooit verwacht dat er in deze uithoek van Zwijndrecht een horecazaakje kon aangetroffen worden. Gezellig, het was lekkere koffie die ons vriendelijk gebracht werd. Nog een frangipanneke erbij en we konden opkramen in het Vlietje.
We stapten verder naar het Vlietbos. Dit natuurgebied van 32 hectare groot ontstond nadat bijna honderd jaar geleden de polder Borgerweert werd opgespoten. Het Vlietbos maakt samen met de natuurgebieden Blokkersdijk, St-Annabos, Het Rot, Burchtse Weel en de recreatiegebieden Middenvijver, Galgenweel en Het Zand deel uit van de groenpool Linkeroever. Tussen de woontorens van Antwerpen Linkeroever en de kern van Zwijndrecht liggen er dus nog heel wat natuurgebieden. Goed voor meer dan 500 hectare natuur en bos ! Een mooie toer door dit Vlietbos eindigde aan de Dwarsstraat. Ooit was dit een toegangsweg tot de Sint Annatunnel. Den Hugo was goed op de hoogte van de verschillende veranderingen in het gebied. Helaas, werfafsluitingen dwongen ons uit te wijken naar de Blancefloerlaan om zo iets verder de E17 te overbruggen en vervolgens het natuurgebied Het Rot aan te lopen. Hier moesten we ons wandeltrajectje wat aanpassen. Een groot deel van het Rot was ontoegankelijk vanwege de uitbreidende werfzone 'Scheldetunnel'.
Gigantische wegenbouwwerken aan de Oosterweelverbinding vinden hier in deze natuurgebieden plaats en om de vogels tijdens deze werken een plek te gunnen waar ze in alle rust kunnen verblijven, werd de wandeling rond de vijver in Het Rot afgesloten. De zone wordt nu ingericht als rustgebied voor vogels. Het gebied blijft afgesloten tot de hondenzwemvijvers in de Middenvijver klaar zijn. Veel vogels brengen immers op Linkeroever de winter door. Weer anderen vinden er op de oevers van de plassen en in de bossen een plekje om hun nest te maken. Voor vissen en amfibieën zijn de vijvers een paradijs op aarde. Maar jammer genoeg botsten we op een hele hoop hekkens en afsluitingen.
Al deze afsluitingen beletten ons niet om het volgend natuurgebied aan te snijden : Het St. Annabos. Dit bos vormt samen met het natuurgebied Blokkersdijk een ecologische buffer tussen de woonkernen van Linkeroever en het industriegebied stroomafwaarts. De 96 hectaren bos werden aangeplant op de plaats waar aan het einde van de Tweede Wereldoorlog een Amerikaans legerkamp lag voor soldaten op doortocht naar huis.
In Camp Top Hat stonden in totaal 2500 tenten en enkele honderden gebouwen met water- en elektriciteitsaansluiting. De soldaten ontspanden zich in een van de cinemazalen, bars of ijssalons of gingen een wedstrijdje aan in de ‘Ping Pong Pueblo’. De wegen die nu nog het bos doorkruisen dateren uit die tijd, samen met een oude waterput en enkele andere restanten.
Omdat het over een aangeplant bos gaat, vind je hier veel oude populieren en vlier. Toch barst het bos van de diversiteit: je vindt er zeker 5 soorten roofvogels, 46 soorten insecten, 3 soorten orchideeën en maar liefst 571 soorten paddenstoelen.
We vonden er een picknicktafeltje. Dat kwam erg gelegen. Het middaguur was immers reeds aangebroken. Vanuit dit picknickplaatsje wandelden we via de scheldedijk tot aan de voetgangerstunnel. Een resem aan curiositeiten en activiteiten aan de overkant van de Scheldestroom zorgde voor aanhoudend gespreksvoer. Waar den Hugo al die kennis haalt blijft enigmatisch. Een wandelende encyclopedie zou je haast gaan denken. We wandelden verder naar de Grote Markt om het meest bekende café van Antwerpen 'Den Engel' een blitsbezoekje te brengen. Het bleef niet bij blits, het liep wat uit aangezien het er reuzegezellig was . Een clubje van gepensioneerde Antwerpse pompiers hielden er hun jaarlijkse bijeenkomst. Dat leverde veel ambiance en lol op. Een Sinterklaas en enkele Zwarte Pieten zorgden voor de animatie. Den Hugo kon zich, als oud-pompier, volledig inleven in de aanstekelijke pret. Maar goed, we moesten daar na een tijdje toch opkrassen indien den Hugo zijn in de avond geplande vergadering niet wilde missen. Na het nuttigen van enkele 'bollekes en tripeltjes d'Anvers' wandelden we op het gemakje naar de Groenplaats om er onzen tram 3 te pakken. Antwerpen baadde reeds in een kerstsfeer. Een reuzekerstboom op de Grote Markt was beladen versierd met enorme kerstballen. Lichtjes en kerstversiering alom in de straten. Het oogde gezellig maar retour naar Melsele was nu onverbiddelijk aan de orde. Naar huis werd dus de boodschap. Tot een volgende dan maar weer.