Wat een prachtige dag. Die kan je niet verbrodden door thuis op je luie kont te blijven zitten. 's Morgens heel vroeg nog wat frisjes en een beetje bibberen maar je voelt zo dat later op de dag het zonneke de vonken er gaat laten afspringen. Rap een schoofzakske gemaakt en hopla de baan op. Het karretje ergens neergeplaveid aan de kerk in Branst en van daaruit naar de stroom Scaldis. 't Schelt in't Vloms met andere woorden.
Nog geen 500 meter gestapt en ik kom daar op den dijk een mevrouwtje tegen die volledig buiten adem haar hondeke aan't roepen was. Ze was precies haar stem al verloren. 'Hij heeft precies geen oren madame ,' 't Mens hare moed zonk nog meer in haar schoenen. 'Nee meneer, hij luistert geen lap'. En terug roepen ... flink Simbake, brave jongen, kom, kom ... Ja teute, niks gekort. Simba, want daar zou hij enigszins naar moeten luisteren was precies potdoof en al in dezelfde mate onvindbaar. 't Mens was ten einde raad. Een paar meters verder gestapt en daar kwam Simbake tevoorschijn. Helemaal onder het slijk kwam hij aan mijn benen snuffelen. Ik zag dat hij toch serieuze flaporen had om doof te zijn. 'Houd hem eventjes vast meneer als ge wilt, dan kan ik hem terug aan de les doen'. Mijn eerste goede daad van de dag. Simbake kreeg zijn uitbrander. Straf dacht ik. Als hij weg blijft krijgt het beest te horen 'Flink en brave jongen'. Als hij teruggekomen is krijgt hij onder zijn hondevoeten ... Ik zou het zelf op den duur niet meer weten, laat staan de Simba.
Klein Brabant is toch wel een heel mooi natuurgebied. Er wordt heel veel aan natuurbehoud gedaan om de fauna en flora in het Scheldebekken terug naar een natuurlijke habitat te transformeren. Het Sigmaplan is een ambitieus project dat voor de Schelde nieuwe overstromingsgebieden heeft uitgetekend waarbij er veel aandacht is gegaan naar natuurherstel. Ik vroeg me ineens af hoe die grote plassen naast de scheldedijk waren ontstaan. Nu blijken dat allemaal stille getuigen te zijn van tal van dijkbreuken door de geschiedenis heen. Bij een dijkbreuk veroorzaakte het beukende water een geweldige draaikolk achter de doorgeslagen bres. De weg ge-erodeerde grond vormt daarbij een kuip voor de latere plas water. Het wordt een wiel genoemd. Weeral wat bijgeleerd.
De Julie, zo heettte het veerbootje aan het veer Weert - Driegoten, werd bediend door een jonge schipper. Onmiddelijk stopte hij me een folderke in de hand over de toeristische agenda van de Jan Plezier. Een boot waar je in groepsverband allerlei activiteiten kunt op boeken gaande van pannekoekencruises naar ribbekesboot en BBQ aan dek. Dit allemaal aan democratische prijzen. De Vlaamse Overheid gunt nu blijkbaar ook al vaartconcessies aan de funsector. Die mogen dus nu ook al de veerdiensten voor hun rekening nemen.
Flink doorgestapt naar Moerzeke Hamme waar het 2de veerbootje de 'Stephanie' al de wacht hield. Onderweg vastgesteld dat de dijken flink geteisterd worden door mollen. Op sommige plaatsen op de dijk was er precies een ploeg doorgeraasd. De overzet naar St. Amands was zo gebeurd.
Enkele jaren geleden heb ik ook al eens dit veerbootje genomen waaraan ik een leuke herinnering heb overgehouden. Namelijk een papegaai die de klok kon lezen. Toen had ik aan de kade in St. Amands al plaatsgenomen op het veerbootje en wachtte geduldig op het middaguur waarop de schipper over zou varen. Iets voor 12 uur begon zijn papegaai daar te lawijten zoals een gekeeld varken. Blijkbaar was dit het sein waarop de schipper zijn motor moest starten. Het verbaasde dat na het starten ook de klokken in de kerktoren begonnen te luiden. Straf, die papegaai wist wanneer het 12 uur ging worden. De schipper legde me toen uit dat het geluid van het opwindmechanisme van de torenklokken om ze te laten te luiden onhoorbaar is voor mensen. Zijne papegaai hoorde dat wel en vandaar dat die zo een kabaal begon te maken. Ik kon vandaag me terug de schipper herinneren toen ik van het veerbootje stapte maar de papegaai van weleer die in zijn kajuit zat was er niet meer.
Ik vroeg er naar bij de schipper. De arme man verzonk in diepe melancholie. 'Hij is gestorven' mompelde hij emotioneel en tegelijkertijd wees hij met de ene hand naar den hemel, met de andere naar het water. Buiten een 'ocharme' durfde ik niks te suggereren maar door zijn wijzen naar het water meende ik dat Stan, want zo heette zijn gevederde vriend, met kot en al in het water was gesukkeld en was verzopen. Ik had het mis. 'Gestoken door een bie' was de oorzaak van het schielijk overlijden. Met 'Hij heeft nog naar die bie geknapt' probeerde de brave veerman dit smartelijke overlijden nog enige zin te geven. Hij rust in vrede.
Toch bleef hij constant naar dat water wijzen en daardoor meen ik te beweren dat Stan de papegaai een zeemansgraf heeft gekregen. Met of zonder kot, dat laten we in het midden.
Het stukje vanuit St. Amands naar Baasrode en daarbij het dorpje Briel passerend was niet zo mooi. Verouderde industrie, verwaarloosde pakhuizen ... nee niet mooi. Nochthans moet er vroeger een bloeiende commerce geweest zijn rond scheepsbouw en opslag van scheepswaar. In Baasrode zelf aan het scheepvaartmuseum ligt er een prachtige replica van een scheldebotter. Nee geen kotter maar een botter. Een platbodem met lijzwaarden. Deze werd gebouwd binnen het kader van een jeugdproject gesteund door het Baasroodse gemeentebestuur.
Het motorpontje Maiandros in Baasrode was naar de knoppen. De veerman was met de reparatie bezig. Geen nood, een vervangende motorsloep van 50 jaar oud moest even de dienst overnemen. Die deed het nog uitstekend en op enkele tellen stond ik op de oever van Moerzeke Kastel. Daar in Kastel ietske van de scheldeboord afgeweken waardoor je meer landinwaarts wordt vergast op heel mooie natuurpartijen afgewisseld met wielen en drijfzand. Gelukkig zijn die gevaarlijke plekken omheind. Hoog in de lucht demonstreerden enkele buizerden hun zweefkunsten tegen een ielblauw hemelspan. Je komt ervan tot rust. Prachtig weeral, althans als je je ogen gebruikt. Jammer genoeg hebben veel mensen dit verleerd waardoor ze onbewust en ongewild zoveel mooie dingen voorbijlopen. Het kost nochthans geen geld.
Een hoog bejaarde maar kranige schipper bediende de 'Jill', het laatste veerpontje voor deze dag tussen Moerzeke Hamme en Mariekerke. Om een overzet te vragen dien je op sommige ponten een metalen plaat op een oeverpaaltje om te klappen. Netjes naar beneden geklapt en binnen de kortste keren ook hier weer naar de overkant gebracht om het laatste stukje door Mariekerke naar Branst te lopen. Mariekerke, het centrum van de palingfeesten en de scheldehappenings. Het cafeetje 'Zates' tussen het pontje en Branst is beslist de moeite om daar eens binnen te wippen. Een terras waar een gezellige wanorde troef is. Wat stoelen en banken die daar los in het zand werden neergepoot, een dekzeil hier, een tentje daar, een fiets hier, wat buggietjes.... Een bordje aan de ingang moest de kalandizie er attent op maken dat er geen garçon is en dat je maar zelf om je drankjes moet gaan wanneer je op het terras zit. Zo gelezen zo gedaan. De waardin, een stoere volksvrouw op jaren, tapte me daar met de nodige stielkennis een Brugse Tripel. 'Dorbuiten is er dor iene een lieke on't zinge'. Met een scheve glimlach maakte ze me tijdens haar tapwerk kenbaar dat er op het terras een kleine moord en brand lag te schreeuwen. 'Voilà, deze is vor den deurst' en ze schoof me haar vakkundig getapt brouwsel voor mijne neus. 'Straks komt ge er nog maar éne hale mor dan éne voor de goesting'. Een smile van hier tot daar :-)
Hoe kon ze dat nu weten ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Plaats een reactie als je wil.