zaterdag 16 november 2024

Pallieter's Grote Nete

Deze keer worden de schrijfselen iets later aan het scherm toevertrouwd. Een beetje gezellige drukte is de reden.  Deze wandeling aan de Nete was een last minute activiteitje vanwege een onverwachts leeggelopen agenda. Samen met Smetje werd het plan opgenomen om de wandeling van Pallieter's Grote Nete te verkennen. Deze trip is een prachtige route die door de schilderachtige landschappen van de Grote Netevallei slingert. Een fantastische locatie om op dit tijdstip van het jaar even de herfst, de kleuren, de geuren tot je te laten doordringen. De omringende natuur zorgt wel voor een sfeervol decor. 

Rond 11 uur stapten we af in Booischot. Een doodse bedoening was het daar temeer omdat het station ver uit de bewoonde kom lag. Door het feit dat café 'Het Stationneke', de enige daar aan de statie residerende kroeg, nog in slaapmodus verkeerde moesten we noodgedwongen het traditiegetrouwe kommeke koffie aan ons laten voorbij gaan. Dan maar voortpikkelen richting noordwaarts. Een oversteek aan de Herseltse loop, een beek namelijk en het enige obstakel, diende getrotseerd te worden om zo via de Oude Aarschotsebaan in Booischot centrum te belanden. Een makkie. 

Vanaf nu werd het mooier ! Aangekomen op het domein van het kasteel Ter Laken zaten we ondertussen al volop in het bos. Een bezoekje aan de openbare moestuin rechtover het kasteel en ooit haar moestuin met serres en boomgaarden trok de aandacht van onze Marc. Sinds de Stichting Kempens Landschap en het lokale bestuur van Heist-op-den-Berg de eigenaar zijn van het Hof Ter Laken, pakken ze het domein systematisch aan. Deze 10.000 m² grote samentuin in het midden van het kasteel domein ontstond in 2021. De tuinders, allen lokale omwonenden gingen toen in de lente aan de slag met het aanplanten van hun moestuin. Door hun toedoen herleeft nu ook de historische boomgaard in het gebied.  Deze moestuin leverde meteen een wonderbaarlijk mooie oogst op, van meerdere kilo’s aardappelen per samentuinder, boontjes en selder tot allerlei soorten kolen. In de boomgaard vond het groenvingerige gezelschap het belangrijk om voor oude rassen te kiezen. Ze hebben er onder andere perziken, kersen, appelen en peren aangeplant. Het boeide onze Marc in die mate dat hij een tuinder er over aansprak. Vooral het aanleggen van bedden in de bodem deed bij onze maat vragen rijzen.  Veel stenen zaten er nog in de ondergrond en het feit dat heel het spel in de Netevallei lag betekende ook dat er in hoge mate met water diende rekening gehouden te worden. Al bij al een erg mooi initiatief dat door de gemeenschap gedragen wordt.     

Het domein op en rond het kasteel was niet toegankelijk vanwege renovatiewerken. We dienden rondomrond het kasteel te wandelen en dat bracht ons naar de oevers van de Nete. De Marc had het traject verkeerdelijk ingeschat en vreesde een beetje dat het jaagpad naast de Nete verhard zou geweest zijn. Mis ! Mooie zandpaden over het ganse Netepad.  Iets verderop aan de baan, de IJzerenweg genaamd, bevond zich de Pallieterhoeve. Ook weeral gesloten en daar ging weeral het kommeke koffie. Deze historische hoeve werd vooral bekend van de Vlaamse film 'Pallieter' uit 1975. Stapmaat Liliane herinnerde er me met een smsje aan dat Pallieter hier in de Nete zwom. Nu eerlijk gezegd, erg uitnodigend tot een plonske zag die Nete er niet uit. Het water zag er viesbruin uit. Dat was niet het geval toen Pallieter er nog in rondploeterde met Witte z'n paard en later nog met z'n Marieke waar hij na z'n Netebad z'n klak in de lucht zwierde en de wijde wereld in trok. Die modderige aanblik werd of wordt veroorzaakt door de uitdieping en indijking van de Nete ergens in de jaren tachtig.  De afgegraven ijzererts- en kleilaag blijft tot vandaag nog steeds die bruine kleur afgeven. Maar geen erg !  We keken even de andere kant op en daar ontplooide zich langs de kronkelende waterweg een uniek landschap van dottergraslanden, pinksterbloemweiden, kleine oude eikenbossen en moerasplanten. In de zomer vallen er hier zeker en vast vele dieren te spotten.

Niettegenstaande het kommeke troost achterwege bleef toverde onze maat zijn traditionele rijstvlaaikes tevoorschijn. Lekker en we stapten gezwind voort  langs de boorden van de Pallieter zijne Nete en zo langs de zuidgrens van de gemeente Hulsthout in de richting van Westmeerbeek en het Hof ter Borght. Hier en daar namen we een afslag haaks op de Nete en alhoewel we hierdoor in prachtige natuur terecht kwamen zoals in de Herebossen verhinderde dit niet dat we getrakteerd werden op kniehoog nat gras en een zompige ondergrond. Ik begon te vrezen dat m'n bottienen niet waterdicht waren. Ik herinnerde me dat natte kousen en broekspijpen hier de oorzaak aan zijn. Deze kousen en broekspijpen zeiknat doorweekt zijnde en de Newton zijn bevindingen omtrent de zwaartekracht indachtig laten je besluiten dat het water alzo tot aan je kleinste tenen doordringt. Maar ochot toch als het dat maar is. Er zijn ergere dingen. Ik zag uit naar het degusteren van een tripeltje.  In Westmeerbeke op de Grote Baan is er een piekfijn kroegske 'Het Draverke' genaamd. Altijd tof om zo eens met de lokale kalandizie kennis te maken en zeker in de Kempen. Ik en de Marc namen een bescheiden plaatsje in aan een tafeltje, bestudeerden de lokale kaart en waren het er over eens om ons een Martha Tripel aan te schaffen. Die werd vakkundig neergepoot met een schoteltje nootjes door de dame des huizes aan ons tafeltje. Sinte Barbara, patrones van pompiers en andere gevaarlijke beroepen - haar portret sierde de bierviltjes van die tripel. Niet zo maar gekozen volgens mij. Smaakvol en robuust. Ik stuurde een fotootje van die tripel en het bierviltje naar onzen Hugo, die was immers vrijwilliger in het brandweerkops van Kruibeke ! Na een kwartiertje in zo een Kempisch dorpscafé ken je de halve kroegbevolking bij naam en toenaam. Jef een man op leeftijd, ingeduffeld in een dikke wollen jas en sjaal zat schuinrechts van ons tegen het raam. Hij werd aangesproken door Mil die halfineengedoken op een stoel aan de tafel naast ons zat. Met één arm gedrapeerd over de rugleuning en de voeten ver naar voren geschoven onder de tafel gaf hij me de indruk dat hij de wereld zojuist van en gewisse ondergang had gered en dat hij hiervoor niet op enige dankbaarheid zou moeten rekenen.  "Alles goe Jef ?" was zijn vraag tussen de teugen aan zijn fleske Jupiler in.  Nee, dat kon beter zei Jef en hij schudde bijna zijn klak van zijn kop. Perikelen met de gezondheid waren de oorzaak van zijn toestand. Iets later duikelde Fons binnen, een beer van een vent en ook op leeftijd, zette zijn klak af en nam plaats aan de tafel van Jef. Jef kon opnieuw zijn relaas doen, zij het nu op een iets rustigere manier. Ondertussen had er een koppel op pensioenleeftijd het gezelschap van Mil vervoegd. Mil bracht het gesprek op de Multimedia en de gevolgen voor het voortbestaan van de mensheid. Waarschijnlijk bedoelde hij de Social Media maar het koppel had geen tekeningetje nodig en kon vlot op de conversatie met Mil anticiperen. Wat de relatie is tussen de spaarcenten van dat koppel met Social media was me niet geheel duidelijk, het werd ter sprake gebracht maar ik luisterde echter maar met een half oor. De wederhelft van de cafébazin kwam even loeren. Die was achterin bezig met wat loodgieterij volgens mij. Het koppel betoonde haar dienstbaarheid, gaf goede raad omtrent de loodgieterij en verder kon ik in de ontstane conversatie tussen Mil, het koppel en de wederhelft, m'n kennis over een groot deel van de Kempische bevolking met  haar volumineuze familiestructuren bijschaven.  Bij het opstappen in het Draverke toonde Mil nog zijn goed hart. Laat iedereen iets drinken was zijn boodschap aan de cafébazin. Ik en de Marc hoorden daar niet bij. Tot ziens dan maar !

Zoals altijd zit het venijn in de staart. Na het Draverke dachten we de laatste kilometertjes over begane grond te kunnen afhaspelen. Nog enkele kilometers dienden er langs de Peerdsloop gewandeld te worden. Deze beek volgden we tot in Hulshout. Het maakte onze broekspijpen nog natter dan ze al waren. In Hulshout aangekomen waren deze ondertussen doorweekt. Af en toe zakten we tot aan onze enkels in de modder. Maar zoals eerder al vermeld : ... Er zijn ergere dingen. Even opdrogen in Café  'Bij Jeanne' zou meegenomen zijn maar Jeanne had haar blaffeturrekes al neergelaten waardoor we maar doorpikkelden tot aan Booischot statie. Het zat er op ! Mooie dag, fijne stapmaat - veel gezeverd en gelachen met als centraal thema 'Kroost en Gezin' en plannen voor een podwalk tesamen in het Zwin als afsluiter van m'n SGR Kustroute. Zo, trein op en naar huis !

Die podwalk in het Zwin van Arnout zou donderdag 15/11 moeten doorgegaan hebben. Helaas, het voorspelde weer was niet van die aard dat een wandeling in het Zwin tot haar volle recht zou komen. Dat stellen we dus uit naar later. Begin deze week kon ik dan toch dit gemis wat goedmaken. Met enkele toffe ex-collega's verkende ik hartje Brussel aan de hand van een mooie wandeling. De Kunstberg, De Wetstraat, de Grote Markt en haar stadhuis. Het Justitiepaleis van de schieven architek, het Quartier Royale, Horta, het Egmontpaleis,  Manneke en Jeanneke Pis, Rue du Boucher, het Koninklijk Paleis enzovoort. 
 Ik ben daar in die contreien al zo dikwijls geweest en nu pas drong de schoonheid en onze architecturale rijkdom tot me door. Nooit bij stilgestaan ! Daar ga ik beslist nog eens tijd voor uittrekken om er op mijn gemakske door te slenteren. 
Als je dan met je dierbaarste ex-collega's de dag kan afronden in een restaurantje zoals 't Zinneke op die sfeervolle Grote Markt en afsluiten met een digestifke in een stijlvolle kroeg zoals de 'Fallstaf' dan mag je van een geslaagde dag gewagen. Reken jezelf  dan maar tot een gelukkig mens.   En dat doe ik ook ! 😊😊😊



woensdag 6 november 2024

Streek GR Kust Etappe 04 / Wenduine - Knokke

Voor vandaag 4 november stond er een solotoerke op het programma. Volgens Jacotte onze weervrouw  zouden de vooruitzichten zich daartoe lenen. De mist evenwel niet te na gesproken. Op weg dan maar ! Aansluitend op de 3de etappe van de streek GR Kust zou ik van Wenduine naar Knokke pikkelen. Een mooie afstand, 25 kilometer droog gewogen maar ik was er nogal laat aan begonnen. Het was een kwestie om van het senioren ticket te kunnen gebruik maken en dan mag je maar pas om 9u de trein opstappen. Ik snap hieromtrent de NMBS haar argument van 'spitsuur' niet. Op vele trajecten zijn de treinen op dat 'spitsuur' leeg en heel veel senioren zullen er echt niet staan te springen om al om 5u 's morgens op een trein te wippen. Maar klagen is nu nog niet aan de orde want het zou me niet verwonderen dat ook dit voordeel in de toekomst geschrapt wordt. 

Om 11u stond ik in Oostende, nam vervolgens de kusttram naar Knokke en om 11u30 stond ik in Wenduine aan de halte van het Konijnenpad. De halte waar we verleden week vaststelden dat er een spontane staking bij de Lijn viel te noteren. 
Ik zat eigenlijk nog een stuk voor Wenduine en moest nog een eindje door het natuurgebied De Zandpanne stesselen vooraleer ik op de bebouwde kom van Wenduine botste. Net voor Wenduine kon ik op een uitzichtplatform mijn schaft houden. Daar had ik een mooi uitzicht over de duinen, het strand en de zee. De makreelfilet tussen m'n sandwichkes kreeg hierbij de kans om een posthume groet uit te brengen aan zijn geboortewater, de Noordzee zijnde.

Het viel me daar in Wenduine op dat er met de benaming 'Manitoba' nogal kwistig werd omgesprongen.  Manitobaplein en - straat, Manitobahelling, Manitoba halte, Manitoba Station enz enz. Ik ging er van uit dat Manitoba het één of andere indianenopperhoofd uit Amerika was dat ooit Wenduine had vereerd met een bezoek. Dat was kennelijk fout. De naam "Manitoba" in Wenduine herinnert aan de Canadese provincie Manitoba en de rol van de Canadese troepen tijdens de bevrijding van België in de Tweede Wereldoorlog. De Canadese soldaten, waaronder de Manitoba Dragoons, speelden een cruciale rol in de bevrijding van de regio. Ter ere van hun bijdrage en om hun herinnering levend te houden, zijn verschillende locaties in Wenduine naar hen vernoemd. Ziehier de verklaring.
Op de Manitoba helling, een duinenrichel die zo een 2-tal km parallel met de kust loopt moest er nog een bezoekje af aan het duinenpaviljoentje 'de Spioenkop'. Ook hier weer een geweldige plaats om bij klaar weer te genieten van het weidse uitzicht. Ik volgde verder de kustlijn afwisselend stappend op het strand en het verhard wandelpad tot aan de strandtoegang de 'Oesterput' van Blankenberge. Daar aangekomen volgde ik de Blankenbergse Vaart tot aan de jachthaven. Die werd  in een grote boog omzeild. Weliswaar à pied want zeilen kwamen er niet aan te pas.

Na het passeren van de wijken Harendijke, Front- en Westkwartier kreeg ik terug aansluiting op het strand. Een mooi stukje strand viel hier te ontdekken.
En daar wandelde ik dan langs een verlaten strand, gehuld in een mysterieuze mist. De lucht een beetje fris en vochtig terwijl de mist alle geluiden dempte. De wereld om je heen wordt dan stil en voelt sereen aan. Dit zijn de momenten om even vast te houden.
De zee was kalm met zachte golven die telkens weer de vloedlijn hertekenden. Een witte reiger, nauwelijks zichtbaar met die mist, fourageerde er tussen de kabbelende schuimkopjes. Het was voor mij een zeldzaam zicht want zout zeewater is in de verste verte die knaap zijn habitat niet. Maar goed, hier en daar pikte hij wel iets lekkers uit het zilte sop. De horizon werd onzichtbaar want ze vervaagde door de dikke mist waardoor het leek alsof de zee en de lucht in elkaar overliepen. Het zand aan de vloedlijn was vochtig en stevig, een laag aangespoeld schelpengruis kraakte onder het stappen. Dat was het enige geluid dat tot me doordrong naast het verre gekrijs van een zeemeeuw. Verder was het stil.
Alle zintuigen worden geprikkeld, de geur van zout en zeewier dwingt je om diep adem te halen. De ganse omgeving voelt bijna magisch aan en het is alsof je in een andere wereld bent gestapt. De mist rondom je lijf schept een gevoel van isolement maar ook één van rust. Jawel, al wandelend zit je op de eerste rij in een theaterzaal te staren naar een intrigerend schouwspel. Als jouw gedachten dan de vrije loop krijgen wordt het genieten van de pure schoonheid die de natuur je biedt. De grote filosofen-wandelaars zoals Nietzsche, Hegel en Kant, er zijn er nog,  zaten omtrent de scheppende kracht van wandelen op één lijn. En ik geef ze groot gelijk want kijk :  Van wandelen wordt je wijs !

Terug op de wandeldijk trof ik iets verderop het standbeeld aan ter nagedachtenis van Sergeant Henri De Bruyne, een Blankenbergenaar en zijn overste luitenant Jozef Lippens. Helemaal omringd door bloemen.  Beiden waren zij militairen in het koloniale leger van Koning Leopold II. Zij werden tijdens de bestrijding van de slavenhandel in Congo Vrijstaat gevangen genomen door de Arabieren en stierven in 1892 een heldendood. Sergeant De Bruyne negeerde zijn kans op vrijheid omdat hij beloofd had aan de zieke luitenant Lippens om bij hem te blijven. In de leerboeken  Vaderlandsche Geschiedenis valt er nog steeds te lezen : "Koning Leopold II was de beste en edelste verdediger van de zwarte volkeren in het verre Afrika. Die slavenhandel aldaar... dat vond Leopold II laf en onmenselijk. Europa werd de vriend van het Zwarte Afrika. De blanken trachtten in de kolonies zoveel mogelijk goed te doen maar de Arabieren bleven gewoon doorgaan met de slavenhandel. Ook in 'onze Kongo' maakten ze vreselijke tochten. Een zekere sultan Sefu roofde, plunderde en brandde hele dorpen plat, en sleurde lange rijen zwarte slaven mee naar de Arabische rijken".

Het zou jammer zijn dat er nu op school in de lessen enige duiding achterwege zou blijven. Ik denk dat het lot van de zwarte bevolking daar aan de evenaar, onder het mom  van er de Westerse beschaving te brengen, er toen niet spectaculair is op verbeterd. Ondertussen weten we wel beter.
Ik wandelde verder en in de verte  doemde verscholen in de mist de pier van Blankenberge op. Een eenzame ziel zocht er op het strand met een metaaldetector naar buit. 

Een volgend natuurgebied waar ik doorploeterde waren de 3 Fonteintjes. Een eigenaardig heidegebied  met zoetwaterplassen dat parallel aan de kust zich uitstrekt tot in Zeebrugge. Het zoet water welt op uit ondergrondse bronnen. 

De SGR slingerde door Zeebrugg:e Dorp. Via het station Zeebrugge Dorp en de achterkant van de vismijn volgde er een bezoekje aan de Sint Donaaskerk en het Keyespleintje. Leuk om dit gezien te hebben.  Aan die Sint Donaaskerk was er een militair kerkhof van het Gemenebest. Zowel Duitse als geallieerde soldaten liggen er begraven.  
Aangekomen aan de zeesluis had ik pech. De brug landinwaarts stond open en dat betekende dat ik helemaal terug kon lopen naar de andere brug dichter bij de zee. Het stukje SGR dat nu volgde was niet zo denderend en ondertussen was de mist nog verder aangedikt. Je zit er temidden van het havengebied met een aan en afrijden van zwaar verkeer. Gelukkig kwamen de natuurgebieden van de Kleiputten en Sashul eraan. Het begon serieus al te donkeren toen ik aan de baai van Heist aankwam. Het pad liep er in die baai eventjes in en uit. Moest ik in Knokke vertrokken zijn ik zou er niet door gewandeld zijn. Aan de uitgang werd er met een bord gewaarschuwd dat je bij opkomend tij kon ingesloten worden op de zandbanken. En het was juist vloed zeg ! Door de mist kon ik de waterlijn niet zien !

In het Directeur Generaal Willemspark begon het al serieus te schemeren. De oranje straatlampen in het park verspreidden door de mist heen een akelige schijn op de wandelpaden. Nog iets donkerder was het in het Joseph Stubbenparkje en éénmaal aangekomen in het Park nr 58 overwoog ik om mijn petzllampje op te steken. Compleet in het donker restte er me niets anders meer dan naar de tramhalte te stappen. Het was nog maar 6 uur. De eerstvolgende trein van Knokke naar Gent was rond 9u. Eerdere treinen waren afgeschaft dus ik nam maar opnieuw de kusttram naar Oostende. Een uurje later was ik in Oostende. Daar miste ik op enkele minuten na de trein naar Antwerpen. 't Kroegske was niet open op maandag maar Café Sint Pieter achter de Petrus en Pauluskerk was dat wel. Een Omerreke alstublieft madam ? Het zorgde voor hilariteit aan den toog. Ik begreep het even niet ... men dacht dat ik een Americain bestelde. Zo had men het daar aan het zeitje verstaan. Ja zeg, ik kon er ook mee lachen maar de uitspraken van Wendy van Wanten indachtig vroeg ik naar een Omertsjen. Dat werd wel begrepen. Ja het zat er op. Halftien werd het toen ik thuis aanbelde ! Weeral een prachtige dag opgesoupeerd zie ! 

Knokke bij daglicht zal de slotwandeling worden van deze streek GR. Die wandeling gaat naar het Zwin en ik heb daar een stukje aangebreid met gebruik te maken van de Podwalk van Arnout Houben. Arnout begeleid je met de Podwalk App door de bezienswaardigheden van het Zwin. Dat wil ik wel eens uitproberen ! Tot een volgende maar weer. 


vrijdag 1 november 2024

Het St. Annabos en Het Rot

Waar zullen we het schrijven ? De Ronny haakte nog eens aan bij de wekelijkse wandelingetjes ! De laatste keer dat hij nog eens mee ging wandelen dateert van januari godbetert. En hij was vandaag niet alleen. Ook den Yzzy, zijn nieuw hondeke maakte zijn entree. Aangezien onze maat nog niet al te gerust is omtrent de perikelen met zijn hielspoor hielden we het simpel. Met de waterbus zouden we vanuit Hemiksem naar St. Anna op de Linkeroever dobberen en vervolgens een bescheiden toerke van 12 km daar door de natuur maken. Met de velo reed ik naar de veerpont in Bazel. Nam het veer om 10u10, dat lag al aangemeerd en zou zo vertrekken. In Hemiksem stond de Ronny en de Michel me al op te wachten. De Michel tekende deze keer ook nog eens present. Om halfelf vertrok de waterbus in Hemiksem en om 11u stonden we op 't Sint Anneke. Den Yzzy had ondertussen tijdens de vaart al het rubberen waterproofdopje van de knop voor het neerlaten van de gangway kapotgeknabbeld. Het werd niet opgemerkt en een herstelling zou zo gebeurd zijn. 

Het weer was veelbelovend met al volop slierten blauw in het zwerk en ergens verschool het zonnetje zich achter een wolkenveeg. Een zachte temperatuur en het geheel aan indrukken zoals de aanblik van het Sint Annastrand, den Yzzy die vrolijk en speels ronddartelde, de leuke compagnie .... dit alles bracht ons het ritueel van aperitieven terug in 't geheugen. Het Minervacafé op de wandeldijk was open en bood hiervoor gelegenheid. Ik ontmoette er na 40 jaar op het terras de Leo. Ik kon er moeilijk naastkijken want Leo was en is nog altijd een boom van een vent en toentertijd een Zwaan bij de bereden politie. Ik woonde toen daar op het Sint Anneke in één van die kartonnen blokken. Ondertussen 76 jaar oud trachtte hij me in herinnering te brengen. Na een tijdje flikkerden de lichten op bij de ex-buurman en konden we even bijpraten. 

M'n toerke zou naar de Blokkkersdijk uit gaan maar dat bleek bij navraag bij de Leo onmogelijk. Heel die Linkeroever is herschapen in een gigantische werf om de werken aan de Oosterweelverbinding aan te pakken. Maar ik had me er op voorbereid dat er ons obstakels te wachten stonden. Uit voorzorg had ik een B-plan dat ons via het Galgenweel naar de voetgangerstunnel kon brengen. Het te volgen parcours werd dus wat bijgestuurd.
Eens dat Minervacafé buiten trokken we ons in gang op weg naar het St. Annabos. Den Yzzy kreeg vrij spel en het lukte al vrij goed om zonder leiband los te lopen. Ze reageerde al vlot op het fluitje wanneer ze teruggeroepen werd, maar tja het beestje is nog maar 9 maanden en dus is er nog wat werk aan volgens de Ronny. In alle geval beleeft onze maat er veel plezier aan. 
Ook de Michel was al direct goede maatjes met dat beestje. Heel zijn broek droeg er de sporen van 😊 !
In het St. Annabos vonden we een picknicktafeltje. De tijd voor het schaft was eigenlijk al voorbij. Onze Michel trok een flesje wijn open. Schol en op de kameraadschap. Het was vrij rustig in het bos. Zo af en toe een wandelaar die door Yzzy ietwat te uitbundig zou begroet worden moest de Ronny het beestje niet in toom gehouden hebben. Iemand aankomend met wandelstokken was iets nieuw en de curiositeit was te overweldigend om braaf te blijven zitten. Hetzelfde gold voor een aankomend jogger. Diens broek kreeg een zelfde behandeling als die van de Michel.   Ik spotte daar aan die picknickbank zelfs een koppel fietsers die begeleid werden door een drone. Dat machientje vloog tussen de bomen door mooi achter hen aan. 't Is weer eens iets nieuws !

Er worden daar in het bos grote werkzaamheden uitgevoerd. Het bos, nu nog 52.3 ha groot, blijft grotendeels staan tijdens de werken aan de Oosterweelverbinding. Tijdelijk verdwijnt er wel ongeveer 14.4 hectare van het Sint-Annabos zodat de nieuwe Scheldetunnel kan gebouwd worden. Ook wordt er ter hoogte van de Scheldeoever 20.3 hectare in gereedheid gebracht voor de bouw van een nieuwe en hogere Scheldedijk. De ondergrond van de huidige Scheldedijk is immers te onstabiel om het gewicht te kunnen dragen van een hogere dijk. D
eze dijk komt meer landinwaarts en de daardoor vrijgekomen ruimte aan de kant van de Schelde zal gebruikt worden voor de aanleg van een nieuw 18 hectare groot slikken- en schorrengebied en een 6 hectare groot overstromingsbos. Tijdens de wandeling maakten we ons toch de bedenking hoe het mogelijk is geweest om het budget met een slordige 3 miljard € te laag te ramen. Das verdorie 50% meer en dan vraag ik me af waar de projectontwikkelaars hun diploma's hebben behaald. Maar goed, het zal er mooi worden want na de aanleg van de Scheldetunnel worden er nieuwe bomen en groen aangeplant.

Met het elimineren van de Charles De Costerlaan die vroeger jaren het verkeer uit het Waasland naar de konijnenpijp of Waaslandtunnel bracht zal er één groot divers natuurgebied ontstaan dat het Sint-Annabos met de Blokkersdijk, de Middenvijver en Het Vliet samenbrengt. Ik hoop deze verwezenlijkingen nog te mogen 'aanschouwen'. Die Charles De Costerlaan lag er nu zwaar gehavend bij. Helemaal opgebroken. Die moesten we oversteken en zo belandden we in een stukje St. Annabos dat tot over onze landsgrenzen heen in gespecialiseerde 'vakliteratuur' gepromoot wordt als de ontmoetingsplek bij uitstek voor onze homofiele medemens. Deze woorden schreef ik exact 7 jaar geleden in : Blogpost 2 Nov 2017 - Een solotrippeke op het Sint Anneke.

Vervolgens kwam het Rot aan de beurt. Ook hier werfketens en hekkens troef maar we vonden desondanks een doorgang via de middenvijver en de festivalweide. Daar in een hoekje van die festivalweide bevindt zich het prefabdorp voor de mensen die de oorlog in Oekraïne zijn ontvlucht.  

Met de Blancefloerlaan over te steken en het Galgenweel in te duikelen konden we onze wandeling zo goed als afgerond beschouwen. Ook daar werd er een groot deel van het gebied ingepalmd door werfketens en afsluithekkens. En in de uithoek van het weel  daar trof ik een waterskipiste aan. Die zou er al van in 2018 staan, pffft zo lang al en nooit heb ik dat geweten. Een clubhuis annex kantine was publiekelijk toegankelijk vanaf 3 uur. Het was nog iets te vroeg maar de jeugdige uitbater liet ons er al in. Het was de laatste dag dat er gesport kon worden en zo konden we naar die waterskiërs kijken terwijl die ettelijke rondjes draaiden bengelend aan een kabelbaantrapeze.  Dat had ik nog nooit gezien. Een motorboot kwam er niet meer aan te pas.  Een vriendelijk meisje diende de tripeltjes op. Op het terras daar aan die waterrand was het nog eventjes genieten van het voortreffelijke weer. Een zalige dag was het. We trokken verder langs het weel en gingen finaal afronden met een tochtje door de voetgangerstunnel. Die is ondertussen al erkend als beschermd erfgoed, of toch tenminste de roltrap. Het zat er op en op het St. Jansvliet kon het terras van café 't Chauffeurke als wachtlokaal fungeren bij het wachten op de waterbus richting Hemiksem. 4 contente zielen, een uitgelezen wandeluitstap, veel bijgepraat, lol beleefd aan den Yzzy ... het was goed geweest. 
De zorgen gemaakt omtrent de Ronny zijn hielspoor bleken dan toch wat af te zwakken. Pijn was weg maar het gevoel dat het al helemaal terug in orde was bleek nog niet het geval. Nog wat geduld bij deze. Dat gaat dus stillekesaan de goede kant uit. Hij kan dus terug met gemak elke week mee ! 😖😉😈. 
Nog een allerlaatste consumatie daar in het Chauffeurke kon er af waarna we konden afzakken naar de pont van de waterbus aan het Steen. Nog een halfuurtje debriefen onder elkaar tijdens de vaart naar Hemiksem en de dag zat er op. In Hemiksem terug de fiets op en naar huis voor een kleine 10 km. Het was verdorie al pikkendonker. 

zaterdag 26 oktober 2024

Streek GR Kust - Etappe 3b / Oostende - Wenduine

Afgaande op de weerberichten zou je gezworen hebben dat er momenteel een Indian Summer in 't verschiet zou gelegen hebben. Verleden week nog stelde onze toffe weermuze Jacotte met een brede smile een hoop stralende dagen in 't vooruitzicht met als hoogtepunt  een zomerse dag op donderdag. Zonde zou het dan wel geweest zijn om die zomaar te verprutsen gezeten in de één of andere zetel of op een barkruk hangende aan de één of andere toog. Ideaal weer dus om er op uit te trekken. Zwakke wind, hooguit 3 beaufort uit het zuidoosten en haaks op ons parcours, een azuurblauw hemelzwerk en Laura die het kwik naar de 20 °C zou toveren. Magnifiek weer dus om te wandelen. Deze keer werd het geen solotrip want den Hugo, Leen, Liliane en Greet zouden mee in de wandelpret delen.

In een eerdere blogpost meldde ik het bestaan van het pittoreske cafeetje het ' Kroegske' en haar legendarische uitbater Iwein in Oostende. Dit intrigeerde Liliane dermate dat ze toch erg graag eens een bezoekje aan zijn etablissement had gebracht. Dat zou ik wel ff regelen en zo kon ik 2 vliegen in 1 klap slaan : Primo, een gezellig weerzien met de dames, een bromvlieg kwam aan haar eind in dit geval en secundo kon ik voortbreien aan mijn streek GR Kust, dat was in alle bescheidenheid maar een ééndagsvliegske. 

Rond 9 uur zouden we elkaar treffen in Oostende. Alhoewel er telkens een poging wordt ondernomen om ergens op tijd te geraken heeft het geen zin meer om op voorhand sluitende afspraken te maken kwa uur wanneer er beroep op de NMBS moet gedaan worden. In Gent St. Pieters zouden we volgens de aankondigingen ruimschoots de tijd gehad hebben om op de trein te stappen van m'n stapvriendinnen.  Zij spoorden vanuit Leuven naar Oostende, weliswaar een hele onderneming ! Helaas, een goederentrein eiste in Sint Niklaas zijn voorrang op en daar moest onze trein tot in Gent achteraanmodderen zodat ik en den Hugo een kwartier later dan voorzien daar in Gent aankwamen. Saluut trein naar Oostende.  Met een half uur vertraging kwamen we aan in Oostende. De dames (hoe formeel zeg en dat schrijft zo raar), hadden in afwachting van onze aankomst voor een kroegje gekozen en ze zouden ons daar opwachten. Ze kwamen ons echter tegemoet want café Sammy's waartoe ze toevlucht hadden gezocht nodigde niet uit tot een 2de consumptie. Een kraan in het toilet waar geen water uitkwam, lippenstift op de koffiekommekes en er waren nog redenen maar die ontgaan me nu even. Het werd een leuk weerzien met de dames. Ik stelde den Hugo voor. Het werd een onderlinge kennismaking en ik vermoed dat een wederzijdse match kwa sympathiekerigheid wel klopte. Vooruit nu maar naar Blankenberge want dat was de bestemming. 

We teenden naar de visstrap waar het overzetbootje de 'Raveel' ons naar de oosteroever van het visserijdok zou brengen. Een vleugje lollige scepsis kon ik bemerken wanneer het mislukte avontuurtje met de waterbus van enkele weken geleden in herinnering werd gebracht. Eens aangemeerd liepen we verder langs de strekdam en de Spinoladijk. Het was laag water en her en der vielen er strandjutters te spotten. Een uitgestrekt strand met strandgapers en zeemeeuwen op de golfbrekers, de blauwe zee ... je kreeg er gratis een vakantiegevoel voorgeschoteld. Het werd maar een kort stukje wandeldijk want iets voor surfclub Twins kozen we voor het duinpad. Nu werden het afwisselend stukjes duinpad en strand. Het zou nog een uur ebben volgens onzen Hugo zodat we gemakkelijk de vloedlijn konden volgen. Dat maakt het stappen op een zandstrand stukken gemakkelijker. Gekomen aan de Vosseslag en daar te kiezen voor het bospad was een prachtige zet. Je zou je niet aan zee wanen want ook hier heeft de herfst haar verfdoos tevoorschijn getoverd. Met zachte warme herfsttinten worden hier in het duinbos de prachtigste doeken geschilderd waarmee ik durf beweren dat ze de hedendaagse kunst ruim in de schaduw zet. Geef je ogen de kost in de natuur en verwonder jezelf eraan want het brengt je tot rust ... een boodschap die jammer genoeg niet meer gehoord wordt in een wereld waar tijds- en prestatiedruk de bovenhand halen. Die overweging maakte ik al meermaals en daar op een bankje in dat bos borrelde ze weer op en kwam te voorschijn. Liliane was ook onder de indruk van al het uitgestalde natuurschoon en maakte mooie foto's van de omgeving. Het picknickuurtje was ondertussen aangebroken, de bokes werden aangesproken en vervolgens stapten we verder naar Bredene. Ik koos voor een bezoekje aan het visserskapelletje boven dit van het Bredense naaktstrand. Veel adepten van de Freie Körper Kultur zou je er nu in het najaar niet meer aangetroffen hebben. Het bezoekje aan dit kapelletje viel wel in de smaak van onze wandelvriendinnen. Enige twijfel rees wel bij de beeweg wat betreft het aantal staties. Zijn het er 14, 16 of 18 ? Ook den Hugo, ooit respectabel misdienaar, bleef het antwoord schuldig. En zelfs mijn Gewijde Geschiedenis liet me in de steek. Voor den Hugo werd het bezoek aan dit kapelletje nog maar eens de gelegenheid om zijn arsenaal aan noveenkaarsen te spekken. 

Op 19 jan 2019 schreef ik : Schafttijd diende zich aan en hiervoor kozen we het visserkapelletje OLV ter Duinen van Bredene uit. Waar nu de Kapelstraat is, bevond zich 250 jaar geleden slechts een eenzame zandweg die de enige verkeersmogelijkheid bood achter de onveilige en weinig toegankelijke duinen. Tussen 1710 en 1715 werd een O.L.Vrouwebeeld in een kapelletje op een staak geplaatst. Met het geld van de offerblok werd een kleine schuilplaats gebouwd om het beeld te beschutten. In 1717 werd een houten kapel gebouwd die echter door weer en wind en een aantal inbraken aftakelde en uiteindelijk in 1736 vervangen werd door de huidige stenen kapel. De kapel was een geliefde bedevaartsplaats van de Vlaamse vissers. Er hangen naast vele ex-voto's, foto's van sloepen, dikwijls gedocumenteerd met de namen en foto's van de bemanning en de datum van de scheepsramp. Nu overheersen er bloemen en kaarsjes. In de gemetselde grot naast de kapel worden jaarlijks talloze kaarsen gebrand. Er is ook een altaar voor het houden van openluchtmissen en op de laatste zondag van mei vindt er daar in Bredene een bedevaart plaats met eucharistieviering aan de kapel. 

Geïnspireerd door het boek 'De ogen van de muskusos' van Paul de Marez waarin hij zijn Heilige Olav's pelgrimstocht beschrijft vanuit Vlaanderen naar Trondheim werd er door ons een kaars aangestoken voor onze nakende pelgrimstochten. In 't bijzonder voor den Hugo en de Ronny die de Heilige Olav's route binnenkort zullen stappen tussen Oslo en Trondheim in Noorwegen. In de bougiekesautomaat daar ter plaatse vonden we er verdorie eentje van Sint Isidoor. In het grotje hebben we zijn bougieke naast die van het Heilig Trezeke geplaatst. Dan heeft hij wat gezelschap. Wel, in dat boek spiegelt de schrijver de hagiografie van Sint Isidoor aan deze van de Heilige Olav. Olaf II Haraldsson (ca. 995 - Stiklestad, 29 juli 1030) was koning van Noorwegen. Aanvankelijk nam hij deel aan de beruchte vikingentochten en sloeg hij menig vermeende opposant de hersenpan en zo het walhalla in. De contrasten die bij die afspiegeling tevoorschijn komen bevestigen dan weer de feiten dat de uitwassen van het katholieke geloof in de donkere eeuwen niet moesten onderdoen voor deze die we nu in extremistische moslimmiddens terugvinden. Helaas. 

 
Op 20 dec 2022 schreef ik dan weer : Het spreekt je wel even aan wanneer je de daar opgehangen foto's bekijkt van de vissers en zeelui die het leven lieten op zee. Veel jonge mannen waren slachtoffer-drenkelingen en dat maakt de aanblik nog vele malen triestiger. Vermist of vergaan met man en muis. De zee geeft, de zee neemt is een opschrift dat het kapelletje siert. Het is maar een magere troost voor de nabestaanden. Maar goed, ze worden niet vergeten en men blijft ze eer brengen. Het boterhammeke smaakte. In lijn met de lokatie waren deze belegd met zwarte heilbot. Om het diner daar af te sluiten kocht den Hugo gewoontegetrouw er nog enkele noveenkaarsen. 

Tot daar m'n indrukken uit eerdere bezoeken aan dit mooie kapelletje. Tot besluit wil ik even onderstrepen dat dit kapelletje een blik biedt binnenin de ziel van onze zeelui.

En verder ging de tocht. Nu naar De Haan. Een prachtig kustdorp, misschien wel het mooiste van onze kust. Die Belle - Epoque huizen, het park La Potinière, oh oui on parlait le Français à Le Coq, herinneren ons aan vergane glorie en grand-chic. Gelukkig hield men het patrimonium in ere en kun je nu nog steeds de stijlvolle gebouwen bewonderen. Geheel in lijn met de habitudes van le beau monde installeerden we ons op het terras van de sjieke  Brasserie Beaufort voor een break annex tripeltje. Het vakantiegevoel kreeg hier nog maar eens een boost. Het relaxe gedoe op dat terras moet de oorzaak geweest zijn van deze gewaarwording. Den Hugo trakteerde maar spijtig genoeg bemerkte ik dat hij nog niet terug in den haak moest geweest zijn vanwege z'n recentelijk corona-avontuur. Hij bestelde een 'Theeke' terwijl er nochthans Orval in grote letters op de bierkaart prijkte. Dat zou hij nooit aan zich laten voorbijgaan. Tenzij ...

We stapten verder door naar het Park La Potinière. Hier liep er veel volk rond. Via de villawijk De Concessie struinden we naar de Duinbossen en vervolgens na het oversteken van de Zwarte Kiezel, een paadje dat naar de zee leidde, belandden we in de Zandpanne. Opnieuw een prachtig gebied, we zaten al in Wenduine en na een kleine klim naar het duinenpaviljoentje de Spioenkop besloten we om terug naar Oostende te keren. Blankenberge was niet meer haalbaar. Het bezoekje aan 't Kroegsken en nog een hap in het één of ander restaurant mochten immers niet ontbreken. Na 16km zochten we bijgevolg een halte van de kusttram op . Blankenberge zal dan wellicht het doel van een volgend uitstapje worden. Die tramhalte werd vlug gevonden maar weer botsten we op de kuren van ons openbaar vervoer. Elk kwartier zou er  een tram bollen maar je zou evengoed alle duivels uit de hel kunnen gevloekt hebben want ze reden niet vanwege een staking. Ja Jan, leg daar maar eens pap op en steek dan maar eens iets ineen ! Nu ja, de mensen zullen wel reden hebben tot staken maar de vraag blijft naar wie te wijzen om het ongenoegen te kennen te geven ? Na een halfuurtje kwam die tram er dan toch aangebold. Je ziet, een oplossing biedt er zich altijd aan. Een alternatief zou geweest zijn om naar Blankenberge verder te pikkelen en daar een trein te nemen. Niet nodig geweest, geen paniek. 

Tijdens de rit naar Oostende waren we nog getuige van de performance van een raskomediant eerste klas.  Een kindje verloor het evenwicht bij het vertrekken van de tram en viel tegen het been van haar opa, tenminste dat dacht ik toch dat het haar opa was. Niks erg,  geen bloed of rondslingerende darmen, zichtbaar alleszins niet ! Die man bracht hangende aan de nokbeugel van de tram een performance ten berde van onoverkoombaar lijden. Z'n been leek er wel met een kanonschot onderuit gehaald te zijn en hij pikkelde meelijwekkend verder op zijn andere poot. De vrouw die hem vergezelde was zichtbaar gegeneerd door zijn gedoe maar ocharme toch dat schaapke, oorzaak zijnde van zijn smart,  stond er maar beteuterd bij. Moest ik dichterbij gestaan hebben ik had misschien wel voorgesteld om de MUG voor hem te laten aanrukken. Greet, Leen en Liliane zaten dichter bij dat onfortuinlijk slachtoffer,  zij konden alles beter zien en waren dezelfde mening toegedaan.

In Oostende aangekomen nam den Hugo afscheid. Fijn dat onzen Hugo er bij was, ik meen te mogen stellen dat dit ook de mening was van de rest van het gezelschap. Zoals voorzien werd er in Oostende nog een hap gescoord. Bistro Chopin op de Visserskaai bleek democratische prijzen te hanteren dus daar wipten we binnen. Bovendien serveerden ze steppegras met de echte steppegrassaus, waarvan de uitbaatster de enige licentiehouder is voor Oostende. Leen vond het erg lekker maar nogal royaal opgeschept. Beter zo dan te weinig. Oostendse garnaalkroketten werd het deel voor Liliane. Gelijk had ze met onze nationale 'cuisine' eer aan te doen. Ik en Greet hielden het bij een vispanneke. Greet meende oud-collega's te herkennen daar in de patio van de Chopin en ging even polsen of haar indruk waarheid inhield.  Ik twijfelde maar verdorie toch ... ik liep er gewoon voorbij. Het bleek Karin en Ghislain te zijn. Fijn hen toch nog op de valreep herkend te hebben, dankzij Greet weliswaar. Ik moest van hen de groeten overbrengen aan stapmaat Marc, alias Smetje ! De wereld is klein. Ghislain, 72 ondertussen beriep er zich op, en met reden, nog een mooie vrouw te kunnen behagen. En hij had gelijk. Ook hij had een wandeling met Karin gemaakt vanuit Middelkerke naar Oostende.  Beide ex-collegae droegen destijds hun steentje bij in de studie van het telefonienetwerk van de RTT, later Belgacom. Het deed me plezier hen nog op tijd te mogen herkennen !


't Kroegske was de voorlaatste stap alvorens de trein naar huis te nemen. 
 Liliane haar wens ging daar in 't Kroegske in vervulling en alhoewel het haar zwaar op de maag lag ... ik heb den Hugo niet terug kunnen trakteren was haar beklag. Verder waren alle dames diep onder de indruk van het extravagante van deze keet. 
Maar nu ga ik uitbollen. De trein nog op en  schluss ! Wat een fijne dag werd dit zeg ! Liliane stuurde nog een videoke ... met een prachtige exposé : 'En we walsten ons weer door de dag'. Mooi en beklijvend ! Dankjewel medestappers voor deze mooie dag weeral.