donderdag 11 mei 2017

Een stationstapper : Beernem - Brugge

Ik maak het me deze keer eens gemakkelijk ! Een grabbel uit de stationstappers op de site van De Grote Routepaden en klaar is kees. Geen solotoertje deze keer want ik heb goed gezelschap.
De wandelafstand van Brugge naar Ronse over de GR129 bedraagt 118 km en loopt dwars door Vlaanderen. Vandaag dus afspraak met den Angelo en de Marc om daar een stukje van 20km met de voeten onder handen te nemen. Op mijn handen lopen zie ik me dit vooralsnog niet doen. 



Dat stukje lopen we tussen Beernem en Brugge. Na afloop nog even de stad binnenwippen om een vakantiesfeertje op te snuiven en dat zal zeker bijdragen aan de mooie trip. De horden Japanezen met hun kodakske zullen er weeral niet te tellen zijn. Breuhhe die Skone ☺☺☺.


Regelmatig wordt naar Brugge verwezen als het "Venetië van het Noorden", refererend aan de vele kanaaltjes en bruggen. De meeste van deze kanaaltjes worden ook "reien" genoemd, naar de rivier de Reie die nu gekanaliseerd door de stad stroomt. 
Volgens een andere theorie is deze benaming het gevolg van de destijdse rivaliteit met de middeleeuwse handelsstad Venetië. Ze waren economische rivalen. Brugge wordt ook vaak de "Breydelstad" genoemd, naar de Brugse volksheld uit de 14e eeuw, Jan Breydel en gekend van uit de Guldensporenslag en de Brugse Metten anno 1302. 'Schild of Vriend', wie herinnert zich nog de lessen Vaderlandsche Geschiedenis van uit de schoolbanken ? 
De Bruggelingen hebben als bijnaam de "Brugse Zotten" gekregen. Deze bijnaam danken ze aan de volgende legende : Nadat ze Maximiliaan I van Oostenrijk, in hun strijd om autonomie, voor een tijd gevangen hadden gehouden, verbood deze het houden van een jaarmarkt en andere festiviteiten. In een poging om hem te sussen, hield Brugge voor hem een groot feest en vroeg daarna de toestemming opnieuw een jaarmarkt te houden, belastingen te innen én ... een nieuw "zothuis" te bouwen. Hij antwoordde: "Sluit alle poorten van Brugge en je hebt een zothuis!".

Het weer zou meezitten en de eerste zwaluw had ik begin deze week al in het dorp gespot dus dat zou een mooie wandeldag kunnen worden. En dat werd het ook. 

In Beveren de trein op rond halftien. De Marc zat er al op en in St. Niklaas sprong de Michel Angelo er nog op. Kwart na tien het verplichte "sjattsje kaffe mè eu koewkske" inclusief borreltje advokaat en toef slagroom bij den Bazil in Gent recht over het St. Pieterstation en na deze degustatie viel er nog wat verder te sporen tot in Beernem. Rond halftwaalf stapten we af. Een klein stukje asfalt tot aan de beneden Leie en we zaten al volop in de natuur. Een heel mooi stukje GR daar naast de Leie. Beetje verontrustend waren de immense lappen grond waarmee hier en daar de oever was afgekalfd. 
De brem stond volop in bloei. Niet alleen de brem maar ook de meidoorn. De Marc zijn vader trekt thee van de bloesem om zijn bloeddruk op peil te houden. Zijn botanische kennis kwam weer even naar boven. De slijmwortel om wonden te genezen. De sleedoorn waar de jonge besjes reeds in de bloemknopjes zaten, daar maakte hij dan weer hoestsiroop van, of was het nu likeur ... en weegbree, hibernicus, herdertasjes, het kleef- en fluitjeskruid ze kregen allemaal weer de nodige aandacht. 

Iets verder liep de weg het veld in. Hier werd de zoete honinggeur van de meidoorn verdrongen door de specifieke geur waarmee je de link naar een mestkar kunt leggen. De boeren bewerkten de gemaaide velden volop met hun beerton. Iets minder aromatisch dan een bloemetjesgeur weliswaar maar volledig in lijn met de sfeer op den boerenbuiten. De braakliggende velden maagdelijk schoon en klaar om bezaaid te worden. Agrarische pracht. 
Een picknicktafel troffen we zo direct niet aan en bijgevolg werden de bokes en het glazeke wijn naar binnen gespeeld paljas par terre in de wei. Geen probleem. Den Angelo zorgde voor de hapjes. 
Je zal het altijd meemaken. Het schof was voorbij en enkele honderden meters verder stond er een complete picknicktafel. De volgende keer nemen we een drone mee om de omgeving even te verkennen vanuit de lucht alvorens we gaan picknicken. 

Marc had een cake gebakken. Na nog enkele paaltjes gewandeld te hebben werd die aangesproken. We waren in Asbroek ondertussen. We kregen er compagnie van een krasse 95-jarige kerel. Het hem aangeboden stukje cake werd in dank aangenomen. Hij was beroepsmilitair geweest in Soest bij het 4de linieregiment net zoals den Angelo. Meer dan 10.000 rekruten had hij aan een rijbewijs geholpen. Een ongeluk met een tank stond hem nog zo voor de ogen. Bij het remmen was een rupsband gesprongen waardoor de tank onbestuurbaar de Mohnesee in reed. 1 bemanningslid verdronk onmiddelijk. De tweede kon nog juist ontsnappen maar verdronk eveneens toen hij zijn maat uit de tank wou bevrijden. Hij was er nog van aangedaan die mens ocharme. Hij heeft die tank uit het water moeten halen. 32 ton meneer ! Een andere maat van hem liep de afstand Brugge - Soest te voet, een goeie 400 km op een week tijd. Daar valt nog een voorbeeld aan te nemen !
Richting Brugge nu, we waren er al bijkanst en ondertussen was het behoorlijk zwoel geworden. In korte mouwkes viel dat best mee. Een kort stukje langs het kanaal Gent - Brugge vooraleer Brugge aan de beurt kwam. Aan de overkant van dit kanaal stonden honderden woonwagens mooi opgelijnd langs de oever. Ik vermoed dat verschillende zigeunergemeenschappen er samentroepen om 't één of  't ander te vieren. Misschien wel het kiezen van een nieuwe koning ? In de jachthaven dan weer lagen de plezierbootjes netjes aangemeerd wachtend op het nakende vaarseizoen. 
In Brugge zelf was het nog niet de overgrote drukte zoals tijdens de zomermaanden. Enkele toeristenbootjes vaarden er op de reien en een paar koetsiers reden er met de toeristen rond. Geen overhoop. Wat is het toch een prachtige stad. Met een beetje fantasie waan je je zo terug in de middeleeuwen.
Brouwerij de Halve Maan waar de Brugse Zot en de Straffe Hendrik wordt gebrouwen stond eveneens op de To Do list. Op het terras daar was het al behoorlijk druk. Een beetje te druk en te lawaaierig om de Ronny eens op te bellen. Na enkele glaasjes zijn we dan maar verhuisd naar een cafeetje met een gezellig binnentuintje. We gingen terug richting statie uit. Hier lukte het om contact te krijgen met onze pelgrim. Hij stelt het goed maar tot zijn grote spijt is die Camino Frances route uit zijn voegen gebarsten. Er zijn veel te veel pelgrims daar op stap. Problemen met de overnachting tot gevolg. Binnenkort steekt zeker de ergernis op wanneer taxihoppers en busladingen toeristen, zogezegd peregrinos maar ik noem ze touregrinos, al de slaapplaatsen inpikken van dezen die de pelgrimseer hoog houden en effectief te voet lopen. Maar het hoort erbij en het geeft jouw camino zoveel meer waarde.
Elk nadeel heeft ook mooie kantjes. Enkele Straffe Hendriken liepen er vlot binnen daar in dat binnentuintje. Dat is verdorie genen brol. Een helse stortbui, zeg maar wolkbreuk, gebood ons om beschutting te zoeken onder een grote terrasluifel. Goed voor de plantjes zou de weerman zeggen. Na deze zondvloed was het tijd om op te krassen, de dag liep ten einde. Op een boogscheut van het station zaten we zo op de trein naar huis. Nog een plezante babbel op de trein en de tijd vliegt zo voorbij. Den Angelo riskeerde het van door te sporen naar Brussel in plaats van in St. Pieters af te stappen. Van daaruit naar Mechelen en met wat geluk nog een trein naar Willebroek. Pech, hij is vanuit Mechelen nog 10km te poot naar huis kunnen tenen. Een goeie oefening smste ik hem want binnenkort stapt hij met de Marc de grote lussen van het Mullertal-pad in Luxemburg. 
Knappe wandeling, niet te lang maar mooi. We zien weeral uit naar de volgende trip.



Created with flickr slideshow.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Plaats een reactie als je wil.