Het pokkeweer zou je haast dwingen om een hele dag in je bed door te brengen. Toch probeer ik in beweging te blijven en neem een voorbeeld aan enkele Nederlandse kennissen, tevens ook fietsfanaten die zich eveneens niet door het natte gedoe laten ringeloren. Deze mensen leerde ik kennen op m'n eerste pelgrimstocht. Els is onlangs vanuit Athene terug in Nederland aangekomen en doet nu nog wat extra bezoekjes per fiets in Friesland alvorens naar huis te keren. Haar 'onderweg' - fotootjes getrokken vanaf Oostenrijk kon je uitwringen. David en Corrie, een fietskoppel, vertrok vanuit Rotterdam naar Zwitserland om daar met een toertje de fietspedalen rond te trappen. Ze rekenden af met pech in de regio rond Straatsburg. Dat ligt in het Saarland. Overstromingen en fietsen met het water tot aan de wielassen is geen pretje. Bovendien vernielde de slagregen hun tent, slaapzakken drijfnat met tot gevolg het einde van het fietsavontuur. Maar ze lieten zich niet tegenhouden. Per trein naar huis en met de auto zijn ze hun spullen gaan ophalen. Nieuw tentje aangeschaft en opnieuw de fiets op. Ze houden het mijn inziens wel eerder bescheiden en doen een rondje Nederland. Moest het weer hen ertoe dwingen is de afstand naar huis niet meer zo een probleem. Hopelijk wordt het voor hen deze maal een zorgenloos avontuur. Maar goed, dit gezegd zijnde, ik ga liever te voet. Het is gewoon een kwestie van voorkeur om zo wat in beweging te blijven. Wat het gejammer op de weerberichten betreft, je krijgt eerder stof tot klagen wanneer je je zetel niet meer wilt uitkomen. Dus gaan met de banaan !!!
Verleden zondag organiseerde de Wandelklub Temse de jaarlijkse Wandel-Mee-Dag voor het eerst vanuit Haasdonk. Place to be was de stek van De Nachtvlinders, een gezellig zaaltje aan de Poerdam. De nieuwe tocht lokte, ondanks de concurentie met een tocht in Bornem, 553 wandelaars. De wandelaars waren bijzonder tevreden en vonden het een prachtig parcours. Ze waren blij dat het eens een andere omgeving was dan de voorbije jaren. Ik koos voor de 25 paaltjes en om 7u 's morgens vulde ik m'n verzekeringsbriefje al in bij de organisatie. Ik heb hier ondertussen de contreien al kriskras doorkruist en hoopte met deze wandeling enkele onontdekte wegeltjes op de kop te tikken maar helaas was er voor mij niets nieuw onder de zon. Toch werd het een mooie wandeling. Een eerste lus ging naar het hof ter Saksen uit via trage wegen. De tweede lus ging langsheen het Fort van Haasdonk met een rustpost op Temse-Velle. Af en toe modderige stukken, kasseibaantjes en heel wat natuur. Mooi zomerweer werd er niet verwacht maar toch kon ik genieten van goed stapweer. Niet te warm, niet te koud en af en toe een fris regenvlaagje, dat waren de meteorologische ingrediënten.
Nu donderdag tekende m'n stapmaat Michel mee voor een lijnwandelingetje in de Antwerpse Kempen. Euh, bijgevoegd fotootje hiernaast is kolder hoor !!! 😈😊. Het actieterrein lag tussen Geel en Balen en was goed voor een 20-tal kilometertjes. Om iets na 9u stapten we uit in Balen en gingen al onmiddelijk op zoek naar een koffietje. Dat is een goede start. Aan het koffiehuisje 'De Apotheker' op de markt konden we onze zoektocht staken. Die Apotheker zag er een gezellig zaakje uit. Tegen de muren stonden nog de antieke apothekerspotten met de doodskoppen geëtaleerd. Het vertrek zou kunnen doorgegaan hebben voor de woonst van een gifmengster. Zo vroeg op de dag zat er al behoorlijk veel volk. En daar kwam onze bestelling er al aan : Een koffie, een tobleronchokolaatje, een koekje ... vlotte service, vriendelijke bediening maar ik miste een beetje het borreltje advokaat en de toef slagroom dat er bij geserveerd wordt. In taverne 'Den Baziel' aan het Gentse St. Pieterstation, onze vaste stek als daar in de geburen wordt gewandeld, is dat een gewoonte om dit aan te bieden bij een koffietje. Foei Jan, je stelt je nu wel aan als een verwend heerschapje 😉.
Na een goeie 2km verhard pad door de Balense agglomeratie zaten we volop in de Kempense natuur. Het bosgebied 'De Heidehuizen' is een gevarieerd landschap. Dit 26 ha grote bos ligt op de grens van Balen met Mol. Onder meer beuken-, sparren- en grovedennenbestanden tref je er aan en in het midden van het domein ligt een grote zandvlakte met aan de rand daarvan nog heidebegroeiing. Hier en daar waren de paadjes vrij modderig maar met een ommetje te maken konden we ze enigszins vermijden. Via de Volmolenweg stapten we door tot aan de Capucienenberg. Deze berg behoort tot het domein 'De Volmolen'. Dit is opnieuw een prachtige omgeving maar ditmaal met golvende paadjes die zich tussen de talloze heuveltjes door wringen. Het zorgde voor een sprookjesachtige indruk. Eigenlijk zijn die heuveltjes de resten van stuifduinen. Het is dan ook een gebied met middeleeuwse roots. Dit landschap ontstond doordat het jarenlang bewerkt en ontgonnen werd door de inwoners van het dorp Bel. De toenmalige structuur is nog steeds zichtbaar waarbij de Capucienenberg de belangrijkste getuige is. Verder vind je vooral bosgebieden en landbouwvelden aan, afgewisseld door natte zones met vennetjes.
Maar het werd stilaan tijd om uit te kijken naar een picknickplaatsje. Dat vonden we aan de 'Duivelskuil'. Deze keer hielden we het sober. Geen aperitiefje, geen flesje wijn, alleen bokes en een slok koude thee. Die Duivelskuil is de meest behekste waterput van de Kempen. De plaatsnaam zegt alles : Hier huist de duivel. Hoe de duivel in de kuil terecht kwam ? Volgens de legende vloog hij met zijn gespan door de lucht. Plots begon het hevig te onweren. De duivel werd door de bliksem getroffen en kelderde helemaal naar beneden, recht het Volmolengoor in.
Sindsdien wacht de duivel geniepig tot er iemand in zijn buurt komt. Met zijn haak sleurt hij zijn slachtoffers de duivelskuil in. Kom niet te dicht bij de oevers en waag het zeker niet te schaatsen op deze gevaarlijke plas! Niet alleen de duivel vinden we in de duivelskuil. Op de bodem liggen verzonken klokken. Soms hoor je ze nog luiden vanuit de diepte. Dat klokken magisch zijn, weten ze in Mol maar al te goed. Toen de Fransen tijdens de revolutie de klokken uit de Sint-Pieter- en Pauwelkerk hadden verwijderd, hoorden de Mollenaren ze toch nog luiden.
De sobere picknick dwong ons om uit te kijken naar een kroegje om die daar door te spoelen met een tripeltje. Café de Big Barrel kwam daarvoor in aanmerking. Op het gevoel af en naar de naam te oordelen zou je deze kroeg situeren in een westernfilm. Je zou je echter vergissen. De zaak wordt al 50 jaar uitgebaat door dezelfde cafébazin. Ondertussen is ze 81 en staat ze nog steeds aan de tapkraan. Haar klandizie valt in dezelfde leeftijdscategorie. We zetten ons buiten op het terras en kregen al vlug aanspraak van een stamgaste die er genoegzaam haar sigaretje smoorde. Ik schatte deze dame van eenzelfde ouderdom als de bazin. Het vroeg wel enig moeite om haar te verstaan aangezien ze geen tanden meer had en haar stem kennelijk te lijden had gehad van het kettingroken. Het kwam er op neer dat ze graag in het gezelschap van de andere caféklanten toefde. Naar uiterlijk en kledij te oordelen waren dit allemaal doorleefde stamgasten van het eerste uur. Er werd veel gelachen in De Big Barrel volgens haar. Er is al genoeg miserie in de wereld, dat kon ik zo tussen de halen tabaksrook in, uit haar schorre stem ontcijferen. Ik kon deze dame onmogelijk ongelijk geven. Simpele mensen met ongetwijfeld het hart op de tong. Het spreekt me wel aan.
Een volgende stop hielden we aan Het recreatiedomein 'De Lissenvijver'. We stapten de mooie kantine binnen, hielden een praatje met de sympathieke uitbaatster en plaatsten ons op het terras met een drankje. QualityTime ! Schoolkinderen hielden er hun uitstap. Plezant om dat jonge geweld gade te slaan. Enkele schoolmeesters wilden zich maar al te graag aan onze tafel nestelen. Dat maakten ze ons alleszins duidelijk. Maar met de armen ten hemel spreidend maakten ze ons zuchtend diets dat ze met de kinderen aan de slag moesten gaan. Helaas, de plicht die roept !
De wandeling liep ten einde. We volgden de Grote Nete die zich kronkelend door het vennengebied wurmde. Prachtige natuur weeral met brede wandelpaden. Geel, de Barmhartige Stede, kwam in zicht. Geel is wereldwijd bekend om haar familiezorg voor verstandelijk beperkte zorgbehoevenden. In mijn blogpost van mei 2016 heb ik over die psychiatrische aanpak een woordje uitleg gegeven. Kijk, hier is de link er naartoe : Geel de Barmhartige Stede .
Om de wandeling af te ronden zouden we nog een laatste keer toosten in café 'Het Kelderke' vlakbij de statie van Geel. De kaart vermeldde een 320 tal biersoorten, keuze genoeg ! Het werd een 'Malheur 10°' ! Zware kost maar o zo lekker. Die gleed binnen op satijnen sloefkes. Daar op het terras heerste er een vrolijke sfeer. Grote gezelschappen van vrienden ondereen, misschien wel collega's hadden het best naar hun zin. Waarschijnlijk werd er om de één of andere reden een feestje opgezet. Een man in een Schotse kilt, ongetwijfeld een kennis uit de groep, wilde zich bij het gezelschap aansluiten. Maar dat ging niet zonder meer vanwege het misbaar van enkele dames. De nieuwsgierigheid naar wat er zich onder het rokje bevond was dermate groot dat deze strijdlustige amazones de man in een wurggreep namen om hun research te kunnen doen. De teleurstelling was groot toen bleek dat die brave Schot een kaki camouflagebermuda droeg. Het zorgde voor veel animo daar op dat terrasje. Maar zie, 18u, onze trein zou zo aankomen en daarmee was de wandeluitstap op het eind gekomen. Prachtige dag, veel geluk gehad met het weer, zalig. Deze dag kan ik ook weer in een kadertje ophangen.
Om de band met het nageslacht wat in ere te houden vroeg ik aan Stafke m'n kleinzoon om mee de smokkeltochten in Stekene te gaan verkennen. Wandelclub 'De Smokkelaars' organiseerde op zondag jongstleden haar 40ste Smokkeltochten - Memorial Leo Martens. 12 km is een mooie afstand voor een kereltje van 7, die mannen lopen dat al huppelend uit en met de vingers in de neus. Voor oma's en moeders zijn dat afstanden die grenzen aan kindermishandeling. Ze verklaren me dan ook min of meer geschift. Een reisje met de lijnbus behoorde eveneens mee tot het avontuur en rond 10u wipten we hier in het dorp op de bus. Met een overstap in St. Niklaas zouden we in Stekene kunnen geraken. Het klein halfuurtje wachten tijdens de overstap kwam mooi gelegen voor onze Staf. Juist nog tijd genoeg om me een pizza in de Panos van het station te ontfutselen. Althans zo oordeelde de Staf. Volgens een oude tante van me, helaas is dat mens al overleden, mag je een kind nooit eten weigeren als het er om vraagt. Een andere wijsheid betrof volgens haar een wollen muts in de winter. Bij vrieskou kunnen je hersenen immers bevriezen, vandaar de noodzaak van een wollen muts. Maar volgens haar wijze kennis zou het kind wanneer je het eten weigert zelfs ter plaatse kunnen doodvallen. Zo'n vaart zou het nu ook weer niet gelopen hebben. De vraag werd niet gesteld vanwege een te groot hongergevoel maar eerder omdat dat manneke de wetenschap beheerst dat een opa doorgaans niet 'nee' zegt op dat vlak.
Iets na 11u checkten we in bij wandelclub de Smokkelaars. De broederschool van Stekene stelde daarvoor haar gebouwen en terreinen ter beschikking. 3€ voor de verzekering als niet lid zijnde van een wandelclub en voor Stafke, onder de 12 jaar diende er niet betaald te worden. Briefjes met onze namen erop voor de verzekering staken we in de urne en we waren weg. Ik zou met deze uitstap de gelegenheid hebben om Stafke vertrouwd te maken met een wandel GPS. Dat lukte al vrij vlot en al na enkele honderden meters kon hij zeggen aan wat we ons konden verwachten op het tracé. Ik herkende trouwens grote delen van de wandelroute aan de geel rode SGR stickers. Nog niet zo lang geleden wandelde ik hier op de Reynaert- en Waasland Streek GR. Een hoogtepunt voor dat ventje was het paadje door het Steengelaag. Dat ligt op wandelafstand van het centrum van Stekene en is een voormalige kleiwinningsput. Het gebied wordt gekenmerkt door een aaneenschakeling van diverse biotopen. Graslandjes, moerasbos, kleine en grote waterplassen en een populierenaanplanting maken er het decor uit.
Doorheen het gebied loopt een 2 km lang wandelpad. Het was een klein beetje slijkerig maar dat deerde tot groot jolijt van m'n jonge stapmaat hem niet in het minste. Hij was onder de indruk van de dichtbegroeide bossages en de mooie maar sterk verwilderde flora. Tarzan zou hier zeker z'n buitenverblijf gekozen hebben en in de poelen daar in de diepte zaten er ongetwijfeld krokodillen en bijtschildpadden. Ach nee, ik kan hem niets meer wijsmaken en dat laat hij me ondertussen maar al te vlug weten.
We hielden er de tred in en Stafke wilde in zijn enthousiasme voortdurend andere deelnemers voorbij steken om dan eens ze voorbijgestoken waren halt te houden aan een slijkpoeltje ter onderzoek. Ik moest het ventje wat intomen want hij maande me voortdurend aan om sneller te stappen. Dat er andere wandelaars ons voorbijstaken was hem precies een doorn in het oog.
Nog een ander hoogtepunt was het Zomerhuis in Stekene. Ik trakteerde mezelf daar op het brede terras op een onvervalste Hoegaarden Grand Cru. Een Fristi voor mijne maat was voor hem een aanvaardbaar equivalent. Er was daar veel volk aanwezig. Het betere weer zal daar wel voor iets tussen gezeten hebben. Warm was het zelfs. De fonteinen die opspoten voor het terras en voor verkoeling moesten zorgen wekten dermate zijn belangstelling op dat het niet lang duurde voordat de bottienen uitvlogen en de broekspijpen opgerold werden. Lol natuurlijk. Ondanks de opgerolde broekspijpen hield Staf er een kletsnatte broek aan over. We stapten verder naar een eerste rustpost, die broek droogt wel op. Van rusten was er aan die rustpost weinig sprake. Op het terrein stond er een mini speeltuintje en lagen er enkele voetballen. Dat werkte te aanstekelijk om er enkel maar op toe te kijken. Vooruit dan maar, een beetje sjotten en daarna weg.
Een groot gedeelte van de wandeling verliep over de oude spoorwegbedding tussen Sint Gillis en Zelzate. Het is een prachtig stukje wandel- en fietsweg. Over deze wandelweg keerden we weer naar het beginpunt in de Broederschool. Het zat er op. Met een goeie trappist voor mezelf en een kingsize crème glaceke van een poepsjieke ijskarretje voor onze Staf konden we de wandeling afronden. Dat gaan we nog doen als er een tripke op zondag in de geburen plaatsvindt. Foei, ik zou het nog vergeten ! Wandelclub 'De Smokkelaars' verdient een dikke pluim. Alle rustposten waren tip top verzorgd, vriendelijke clubleden en duidelijk bepijlde trajectjes. Deze club is klaarblijkelijk prima georganiseerd.
We zeggen en schrijven 16 mei 2024. Daags tevoren, 15 mei, ben ik even gaan kennismaken met onze nieuwe stapmaat Izzy, een Irish Terrierke. Het beestje stelt het goed en is ten huize Ronny en Lieve met zijn gat in de boter gevallen. Dat beestje gaat een gouden toekomst tegemoet. De kroezen wijn stroomden rijkelijk daar bij de Ronnie aangezien ik me met het openbaar vervoer verplaatste. Een probleem stelde zich wel 's avonds toen er nauwelijks of geen aansluitingen meer waren vanuit Hemiksem om thuis te geraken. Ik koos voor de trein naar Puurs. Daar in Puurs aangekomen bolde de trein naar St. Niklaas juist door ! Een uurke wachten werd het bijgevolg. In St. Niklaas waren er op het late uur dan ook geen bussen meer wat resulteerde in een wandelingetje van 8km te voet naar huis. Om 01u15 was ik thuis. Meer dan 4 uur onderweg zeg !. Voor amper 12km afstand in vogelvlucht. Ik had beter ineens voor een terugtocht te voet geopteerd ! Maar goed, om 6u30 moest ik er terug uit om de schoofzak te maken. Donderdag stapdag zie je ? Dat pikte wel even want al die wijn was nog niet uit m'n kop verdampt. Afspraak was er om 8u15 met den Hugo om samen een wandelingetje te placeren in de Vlaamse Ardennen. Ik pikte onze maat op in Temse, kommeke koffie en 't koekske stond daar naar gewoonte klaar, en vervolgens reden we naar het station van St. Niklaas. Om 9u namen we daar de trein naar Ronse van waaruit er een lus gepland stond over de Kluisberg, de Kwaremont en de Hotondberg heen. 23km op en af dwars door ons Vlaams 'bergmassief' 😊. Toch is het een kleine 2 uur sporen naar Ronse maar er was met den Hugo genoeg gesprekstof voorradig om de kennis omtrent mekaars wel en wee up te daten . Naar het weer was het een beetje gissen. Een blik op het uitspansel echter verschafte ons geen garantie op een droge dag. En naar de staat van de velden te oordelen was het aangewezen om voor lieslaarzen te kiezen in plaats van turnsloefkes.
We stapten in westelijke richting Ronse uit en al na een uurtje viel er wat gedruppel. Het was een voorsmaakje van wat er nog te verwachten viel. In de aanloop naar de Knokteberg passeerden we het Parc Naturel du Pays des Collines. Mooie uitzichten dat wel ware het niet dat de sombere grijze lucht een lelijke domper zette op het landschapsschoon. Ondertussen hadden we al wijselijk besloten om het parapluke boven te halen. Het gedruppel had immers plaats gemaakt voor een pittig regenbuitje. En het zou nog veranderen ! Den Hugo begon al melding te maken van natte voeten en tegen dat we bovenaan de Knokteberg aan het Kluisbos stonden moesten we gaan schuilen in een openstaande garage. Water viel er met bakken uit de lucht, de buienappjes op onze gsm sloegen tilt. Daar in onze schuilplaats konden we evengoed onze schoofzak aanspreken. Zo gezegd zo gedaan. Deze keer bleef het sober, dat mag ook wel eens. Het bleef maar oude wijven regenen en we vonden het wijselijk om het toereke wat in te korten. Via het Feelbos en Kalkovenbos binnendoor zouden we terug aansluiting vnden op de lus ter hoogte van het Fonteinbos. En het bleef maar regenen ! Aan het Hotondbos zaten we op 150m hoogte en nu ging het gestaag bergaf. Het water stroomde in geultjes het wandelpad af ! Wat een sjieke lente is het toch nietwaar ?
Al vlug zaten we terug binnen de stadsmuren van Ronse. Met mooi weer moet Ronse een gezellig stadje zijn. Ondertussen was de regen gestopt en den Hugo stelde voor om een ommetje te maken langs de St. Hermesbasiliek en de St. Hermescrypte daterend uit de XIde eeuw. Die stonden daar op de Kleine Markt. Interesse ? Hier is de link ernaartoe : St. Hermesbasiliek en Crypte. Niet zozeer uit religieuze overwegingen zijn voorstel maar eerder uit een dorstig gevoel en een fijne neus voor hippe kroegen. De crypte bleek gesloten maar het Grand Memlinc Café was open. We bevonden ons in een sjieke kroeg met een merkwaardig interieur dat een uitgebreide collectie aan fototoestellen herbergt. Echt de moeite om daar een Ename achterover te kieperen. Merkwaardig genoeg was het zonnetje beginnen te schijnen en daar maakten de mensen dankbaar gebruik van om een terrasje mee te pikken daar op die Kleine Markt. Helaas, het zat er op. De wandeling werd afgeklopt op 13 paaltjes. Nog een paar honderd meter tot aan de statie... de trein naar Gent stond al klaar. En nu maar hopen dat er ons nog enkele dagen mooier weer wordt gegund. Het is wel geweest. Meer dan wel !
Ik loop achter ! Alle intenties ten spijt om wat regelmaat te brengen in de wandelingen moet ik toegeven dat het met tegenzin is om een wandeling op te starten. Het vermaledijde strontweer heeft hier voor de volle pot debet aan. Ondanks die klimatologische haar in de boter heb ik er toch enkele kunnen opstarten. Onder andere een toerke vanuit Lokeren naar Daknam en terug. Erg bescheiden, hooguit 12 paaltjes. Te starten achteraan de statie, zo naar het Park Ter Beuken tot aan de Durmebrug. Eens deze overgestoken werd het derderangswandelpad langs de durmeboord aangesproken dat leidt tot aan de waterplas waar de Turfakkersbeek in uitmondt. Het moet zijn dat ik geen ezel ben want eens aan die waterplas gekomen kwam er een déjà-vu gevoel opzetten. Inderdaad, hier was ik al eens geweest. Ik belandde een 2de keer op het privéterrein van de Triton kajakclub. Weinig uitstraling die club op het eerste zicht, beetje rommelig zelfs maar waarschijnlijk is de oorzaak gelegen in het feit dat dit ook weer een club is die niet met rijkelijke subsidies wordt overladen. Maar hier was ik dus al eens in de val gelopen en zoals voorheen was ook de weg naar het openbare domein met een poort gesloten. Toen moest ik erover klauteren en nu weer ... de ezel en dezelfde steen ! Deze keer kostte me de klim over dat verroeste hek me een serieuze haak in m'n broek. Het raamwerk waaruit dat hek bestond was zo rot als snot. Ik bemerkte die jaap maar eerst toen ik al thuis was. Verder ging het tochtje naar Daknam. Een vredig dorpje dat zich ook laat horen in het epos Van den vos Reynaerde. Aangezien Daknam aan het Reinaertpad ligt, een pad dat van Hulst naar Gent voert, werden er twee Reynaertbanken geplaatst, verwijzend naar dit epos. Het betrekt de Koning Nobelbank aan de Middendam en de bank Coppe R.I.P. op het Dorpsplein. De op de banken vermeldde opschriften verwijzen naar respectievelijk de koning leeuw en het door de vos Reynaert doodgebeten kieken. Via het tracé van de oude spoorweg ging het dan terug richting Lokeren uit. In deze oude spoorwegbedding werd nu een magnifieke fiets en wandelweg aangelegd. Eens in Lokeren kon er nog een bezoekje af aan het Raemdonckpark en het Verloren Bos Kasteelpark. Waarom niet? 't Was uitzonderlijk genoeg eens wat beter weer. Het werd een kort toerke weliswaar maar het werd in volle tevredenheid uitgelopen.
5 mei 2024, deze zondag organiseerde Cunina haar jaarlijkse Walk4Charity. Wandelen voor het goede doel met andere woorden. Op voorstel van Greet, een ex-collega zou ik meestappen in deze sponsortocht. Cunina stuurt kansarme kinderen in het Zuiden naar school via persoonlijke peterschappen. Daarnaast realiseren ze ook educatieve projecten in zeven landen: Nepal, Haïti, Brazilië, Peru, Oeganda, Zuid-Afrika en de Filipijnen.
De opbrengst van deze editie zal gebruikt worden voor projecten in hoogste nood. Als Cuninapeetouder betaalt men maandelijks 35 euro voor de schoolkosten van een petekind. Via de Cuninawebsite kan er ingeschreven worden indien er interesse is om peetouder te worden of er als vrijwilliger aan de slag te gaan. De visie van Cunina is deze van de rotsvaste overtuiging dat onderwijs de sleutel naar een betere toekomst is. Een kolfje zaar de hand zou het zijn van onzen Hugo. Maar die mens heeft zijnen hemel al verdiend vanwege zijn veelzijdige inzet in talloze caritatieve projecten. Wie onderwijs kan volgen, kan een beroep leren. Dat betekent evenveel als een weg uit de vicieuze cirkel van armoede. Voor Cunina is niet alleen de toegang tot onderwijs belangrijk, maar ook de kwaliteit ervan. Onderwijs is noodzakelijk voor individuele en maatschappelijke ontplooiing en leidt tot duurzame ontwikkeling. Als Vlaamse onafhankelijke ontwikkelingsorganisatie ijveren ze in hun 7 partnerlanden voor een betere toegang tot- en een betere kwaliteit van- basis- en secundair onderwijs, onafhankelijk van politieke, religieuze of maatschappelijke overtuiging.
Stapdag op een zondag ! Vroeg eruit weeral want op zondag is er bij het openbaar vervoer maar een schaars aanbod. Een trein om 6u42 in Sint Niklaas en rond 9u stapte ik uit op het perron in Testelt. Daar zou Greet me oppikken. Aan het Domein 'De Vesten' was het vertrek. Deze afspanning zag er me een heel sjiek spel uit en helemaal niet vergelijkbaar met de startplaatsen van andere georganiseerde wandelingen. Doorgaans gaan die van start in een voetbalkantine, een schoolrefter of zaaltje van de gemeente. Niks mis mee maar het verschil viel me op. Met 5 zouden we van start gaan daar in Laakdal. Leen en Inge uit de vrienden-/kennissenkring van Greet, Timmy een collega van Inge, ikke en Greet. Een gezelschap van gepassioneerde wandelaars. Timmy, zo vernam ik later, draaide zijn hand niet om om toerkes van 100km uit z'n mouw te schudden. Leen en Inge gingen ook regelmatig op wandel en schuwden het buitenland niet om er te gaan wandelen. Kortgeleden keerden ze nog terug uit de Cevennen, een natuurgebied ten zuiden van het Centraal Massief. Greet dan weer zoekt de ruige landschappen op van de Angelsaksische streken. Uit een 5-tal afstanden koos Greet voor de 27 paaltjes. Dit is een mooie afstand om op het gemakske uit te lopen. Een toereke van 50km was ook voorradig maar niet haalbaar gezien het te vroege vertrek daarvoor en bovendien zou m'n lijf daar veel te veel tegen gepreuteld hebben.
Nog even de inschrijving regelen, polsbandjes in ontvangst nemen en bij een kommeke koffie was het nog heel even wachten op Leen, Inge en Timmy. Die kwamen er al vlug aan en we gingen van start. We zijn het ondermaatse weer ondertussen al zo gewoon geworden dat ik er deze dag niets anders verhoopte. En alhoewel Timmy voor een zomerse outfit had gekozen met korte mouwen zag het hemelzwerk er niet naar uit dat we tropische toestanden konden verwachten. De eerste stappen gingen in de richting van het jaagpad aan het Albertkanaal. Het ritme zat er al vlug in. Triest was de vaststelling om ook hier op het kanaal zwerfvuil aan te treffen. Plastieken rommel en allerlei vuiligheid ontsierde de kanaalboorden. Dat hebben we nog gezien !
Na een kleine 1,5km begon de pret ! We doken het bos in. 70% zou immers over onverharde wegen gaan zo vermeldde de organisatie. Alhoewel het nauwelijks impact had op de wandelpret werd er vastgesteld dat het voor 70% slijk- en modderpaadjes betrof. Daarin is het ploeteren geblazen. Ik bekloeg de wandelaars die met lage schoenen stapten. Die hebben hun voeten niet droog gehouden. Hoe vettiger hoe prettiger wordt er al eens beweerd. Schuiven en oppassen dus om niet tegen de vlakte te gaan. Toch overkwam het me 1 keer. Gelukkig viel ik in de vegetatie en kon m'n kostuum gespaard blijven van een slijklaagje. Geen erg , het zal de laatste keer niet zijn.
Wandelend door het bos kon de loop van de Kleine Laak gevolgd worden. We zaten in het Pidpabos. Daar waar het glibberig padje stopte bogen we af naar de Borgtloop, een beek. Die volgden we op een 100m afstand evenwijdig aan die beek. Na dit pad een 2km gevolgd te hebben kwam het Trichelhof, een stoeterij en paardenmelkerij, in zicht. Hier worden er ren- en sportpaarden gefokt. Iets verderop aan de St Bavokapel vonden we de 1ste rustpost. Prima service ! Sandwiches met beleg, frisdrank, koekjes, speculaas, energierepen .... Af !
We konden verder, we zaten op 12km afgelegde afstand. Ondertussen was er al een sprankeltje zon en een veegje blauw tussen de wolken door opgedoken en kon er bijgevolg een laagje kleren afgepelst worden. Door het Tichelbroek stapten we richting de Grote Nete uit. Die stroomde vrij vlug door zijn bochtig parcours en Leen wist me te vertellen dat er vroeger vlottenraces voor de jeugd werden gehouden. Onschuldig volksvermaak dat nu helaas vervangen werd door gameboys en nintendos. Leen kende net als Greet de omgeving en haar bewoners op haar duimpje. Met naam en bijnaam passeerden ze de revue. Gezellige gesprekstof trouwens en het Kempische dialect stoffeerde aangenaam de conversatie. 😊 De Hond Heet de Hele Halve Hesp opgeHeten 😊. Van Leen kwam ik ondermeer te weten dat ze vrijwilliger is bij bos en natuur. Het Agentschap voor Natuur en Bos koestert, beschermt en ontwikkelt ruim 90.000 hectare aan natuurgebieden, bossen en parken in Vlaanderen. Volgens Leen komen ze daar helpende handen tekort. Een mooie site met waardevolle informatie vind je hier : Agentschap voor natuur en bos
Er volgde 3km intense modderpret op het wandelpad langs de Nete-oever. Een stapper met zijn teerbeminde die ons voorbijstak stelde voor om hier en daar waar de modder de weg versperde een boom voor ons om te zagen en deze over de modder te leggen. Ik maakte stillekes maar zonder enige boze bedoeling de opmerking ... zijn zaag heeft hij al bij ... maar Leen had m'n vrouwonvriendelijke scherts gehoord 😏😏😏. Lol ! In Oosterloo, halverwege dit te volgen Netepad was er opnieuw een stop voorzien aan een rustpunt. Koekske, koffieke er werd zelfs een pastaschotel aangeboden. Opnieuw verdiende dit rustpunt m'n volle waardering voor de aangeboden service.
Na het verlaten van de rustpost aan dit Netepad ging het zuidwaarts door het stroomgebied van de Hoefkensloop. Met een boog wandelden we onder Eindhout door om na amper 3,5km opnieuw aan een rustpost van het Schuitbroek te belanden. Opnieuw tip top ! Langs de oostelijke dorpsgrens van Eindhout wandelden we het bossencompleks Eindhoutberg binnen. Ooievaars hadden er hun broedplaats gevonden. Leen vertelde dat enkele jaren geleden een ooievaarspaar daar in de geburen hun nest had gebouwd op een schoorsteen van een leegstaand huis. Jammer genoeg moesten de vogels uitzien naar een ander plekje aangezien het huis verkocht en dus terug bewoond zou worden. Een collecte werd gehouden om de beestjes tegemoet te komen. Met het opgebrachte geld kon er voorzien worden in palen met een nestkorf. Niettegenstaande de beste bedoelingen om met dit initiatief de ooievaars schadeloos te stellen wensten ze er geen gebruik van te maken. Ondank is werelds loon zou men kunnen zeggen. Nu hebben ze hun nesten gebouwd in de kruinen van hoge takkenloze dode boomstammen.
Het zat er op. 28 paaltjes werden het en zoals gewoonlijk zat het venijn in de staart. Nu overdrijf ik wel maar de eindkilometertjes waren erg slijkerig en ook een beetje bergop. Rond 18 uur wandelden we het domein 'De Vesten' binnen. Ik geloof nooit dat de vloer van dit prachtige etablissement er ooit eerder zo beslijkt heeft uitgezien. Slijkklodders over de gehele gepolijste tegelvloer. Gelukkig heeft men borstel en dweil al uitgevonden.
Bij een goeie trappist kon er nog even nagepraat worden. Allez, 2 trappistjes eigenlijk want op 1 been ... je kent ongetwijfeld het riedeltje.
Laat me even samenvatten : Dit was een geweldig fijne stapdag. De kennismaking met Timmy, Inge en Leen waren een verrijking zonder meer. Een aangenaam gezelschap om er mee te mogen optrekken. Verder was dit een geweldig mooi parcours door ongerepte natuurgebieden. Mooie mix van graslandschap, bos, kanaal, beek en rivier. Het dwingt me zonder enige twijfel om er nog eens terug keren. En den trappist, die smaakte ! Nog een bedenking : Chapeau voor al die vrijwilligers ! Zonder hen zou de wereld er een heel stuk somberder uit zien. Greet bracht me na afloop terug naar de statie van Testelt en ik nam afscheid met een dikke knuffel. Tot een volgende Greet, ik stap beslist weer mee ! Ik was ruim op tijd aan de statie en had het voornemen om nog iets te verteren in het Ernest Claes café. Maar het was ondertussen wel geweest. Het stationshalletje was open en met een boekske kon ik de tijd even zinvol doorbrengen totdat de trein er aan kwam. Die was er om 21u en iets voor middernacht kon ik thuis m'n slijkbottienen uittrekken. Wat een mooie dag weeral. Ene om weer in te kaderen.
De wandelclub WK Noordergouw organiseerde deze donderdag de kapitteltocht in de Brasschaatse regio. De Marc die daar in de geburen zijn domicilie heeft stapte mee. Rond 10u pikte hij me op aan de statie in Kapellen en reden we naar de Ruiterhal waar het startpunt van de tocht was. Echtgenote en dochter reden verder met de auto huiswaarts. Inschrijven, poolshoogte nemen, taske koffie en weg. Het viel me op dat er maar weinig volk was komen opdagen. Waarschijnlijk was een verlengd weekend met de 1 meiviering hier wel oorzaak aan. Nochthans was het het ideale wandelweer. 23°C en een lauwwarm briesje. Jas en trui uit en in de korte mouwen. Dat was ondertussen een eeuwigheid geleden ! Gaan met de banaan, op stap ! We gaan de natuur rond Brasschaat in kaart brengen.
Het Kasteeldomein van Brasschaat werd de proloog van onze wandeling . Wat een prachtige omgeving is me dit en wat uitstraling betreft ... quelle grandeur. Het kasteel, een imposant gebouw, troont daar temidden van immense grasvelden - zeg maar gemillimeterde peloesen -, bos- en waterpartijen. Alles netjes onderhouden. Het geheel aan flora is doorvlochten met metersbrede wandelgangen. Er werd hier een vakkundige balans gecreëerd tussen ruimte, architectuur en natuurschoon. De geschiedenis van het kasteeldomein van Brasschaat is ontstaan in de 18de eeuw, toen de Helhoeve, de voorloper van het kasteel, omgebouwd werd tot een hof van plaisantie.
Als Armand Reusens, in 1872, burgemeester van Brasschaat wordt, laat hij een nieuw prachtig kasteel bouwen naar Frans model en wordt de Helhoeve afgebroken. Hij verwierf het domein van zijn vader. Onder Reusens vergrootte het domein aanzienlijk en wordt het kasteel uitgebreid met twee zijvleugels en verkreeg het zijn huidig uitzicht. Na zijn overlijden komt het domein in handen van zijn neef Albert-Octave ’t Serclaes de Wommersom. In 1906 gaat het eigendomsrecht over naar de NV Anvers-Extensio. De voorzitter van de vennootschap, Eduard Thys, woont tot 1914 in het kasteel.
In 1923 verkoopt de NV het kasteel aan Anne-Rose Gremmingen, weduwe van de Antwerpse zakenman Georges Born, die in Argentinië een fortuin had vergaard. In 1949 werd het kasteel en domein van bijna 170 ha aangekocht door de Gemeente Brasschaat. De gronden langs de Bredabaan werden verkaveld om de aankooplast te verlichten.
Sinds 1978 wordt het domein voor een deel beheerd door Bos en Groen. Het kasteel werd omgevormd tot hotel-restaurant inclusief feest- en tentoonstellinszalen.
Dat het thema ‘Bos en Park’ vetjes in de verf zou gezet worden werd me duidelijk tijdens de kennismaking met de ‘Bossen De Inslag’. Hier troffen we een mooi wandelbos aan met rechte paden die goed toegankelijk zijn voor rolstoelgebruikers en buggiekes. De Marc maakt hier regelmatig lange wandelingen met zijn bejaarde moeder. Ongetwijfeld zal mevrouw hier erg veel van genieten. Chapeau Smetje, dat siert jou als mens !
De laatste jaren zijn de eentonige naaldhoutbossen daar omgevormd naar een gevarieerd gemengd bos. Exoten maakten plaats voor inheemse bomen en struiken als lijsterbes, spork, hulst, hazelaar en taxus. Omgevallen en dode bomen blijven behouden en veranderen zo in een minibiotoop vol leven.
Hier broeden de zwarte specht, sperwer, buizerd en bosuil. Het Antitankkanaal loopt dwars door het domein. Rond het Antitankkanaal leven menig oever- en watervogels en met wat geluk kan je de prachtige ijsvogel en blauwe reiger ontdekken. Die laatste tref ik de laatste tijden wel heel regelmatig aan. De grachten in het grasland vormen dan weer een schitterend leefgebied voor waterplanten, libellen, kikkers, padden en salamanders. Het is een ware lust om hier als wandelaar op ontdekkingstocht te gaan.
Na de inslag trokken we verder naar het Mikpark. Dit 35ha grote
park is gelegen tussen de villawijken van Maria-ter-Heide, de bossen van De Inslag en Sanatorium de Mick. Het park vormt een deel van het domein Mikhof, rond 1785 aangelegd midden in de 'Brasschaetse heye'. Tijdens de Franse overheersing aan het einde van de 18e eeuw vluchtte de eigenaar naar de Verenigde Staten, om enkele jaren later terug te keren met in zijn bagage zaden en loten van verschillende exotische boomsoorten. Later werd het park heringericht in romantische Engelse stijl, met een grote vijver en een sprookjesachtige poorttoren. Op een bankje aan de immense vijver konden we schoven. De Marc maakte me opmerkzaam op een nestelende reigerkolonie hoog in de bomen aan de overkant van de vijver. Het zou me niet opgevallen zijn
We trokken verder naar de kinderboerderij voor een traktatie. Dat hoort er nu éénmaal bij. En het bleef niet bij 1 tripeltje. Iets verderop botsten we op het rustpunt dat de wandelclub daar had voorzien. Volgens de Marc was dat rustpunt ondergebracht in het paviljoentje waar de locals een kaartje kunnen trekken. De clubleden-vrijwilligers zaten rustig op hun stoeltjes buiten wat te keuvelen. Duidelijk bezig met de tijd te doden. "Waar zijn hier die masseuses ?" vroeg ik eens daar aangekomen. Deze niet alledaagse vraag zorgde voor wat hilariteit binnen het gezelschap waarna me de weg naar binnen werd gewezen voor een massagebeurt. Het ijs was gebroken en er ontstond een fijne babbel. Met 6 of 7 clubleden die er de vrijwilligersdienst uitmaakten en de rustpost bemanden waren er geen handen tekort. De opkomst aan wandelaars was gering. Voor de wandelclub en haar vrijwilligers was dit teleurstellend. Ook bracht dit een zeker financieel verlies voor de club teweeg. Immers de te hoog ingeschatte drankvoorraad en de huur van de lokalen moest betaald worden. Een volgende keer meer geluk. Na dat gezellig klapke en een tripel Westmalle trappist wensten we die vrijwilligers daar nog een fijne dag.
De wandeling liep naar haar einde toe. We troffen nog een dame aan die zich tegoed deed aan bloemen. Regelmatig bukte ze zich, plukte een bloem van de kamilleplant en speelde die naar binnen. Goed voor de rheumatis zo beweerde ze. De Marc, ervaringsdeskundige op het vlak van lokale flora maakte, gelet op de vele honden die hier rondsnuffelden, hierbij z’n bedenkingen. In Brasschaat centrum aangekomen zat de wandeling erop. Ik zou een lijnbus naar huis opzoeken en de Marc stesselde verder te voet naar huis. Amper een 5-tal paaltjes zo verzekerde hij me.
Ik ga nu eens lelijk valsspelen zie ! Hetgeen volgt heb ik niet zelf geschreven. Ik vroeg namelijk aan mijne mechanieke maat de AI robot om een tekstje te maken over een mooie wandeling in de bossen en parken van Brasschaat. Ziehier wat die ijzeren fantast uit zijn digitale kraam sloeg :
Terwijl ik door de kronkelende paden liep, werd ik omringd door het levendige groen van nieuwe bladeren, dansend in de zachte bries. De lucht was gevuld met het gezoem van bijen, ijverig op zoek naar nectar in de bloeiende bloemen die het landschap een mozaïek van kleur gaven. De zon wierp haar warme gloed over het park, waardoor de dauwdruppels op het gras schitterden als kleine diamanten.
Het gezang van vogels vormde een melodieuze symfonie, die hoog boven me uitsteeg en samensmolt met het ritselen van de bladeren. De geur van vochtige aarde en verse bloesem prikkelde m’n zintuigen, en ik voelde een gevoel van rust over me heen komen terwijl ik verder liep, diep ademhalend in de zuivere, lente-lucht.
Elke stap bracht een nieuw tafereel van natuurlijke schoonheid, van zwanen die gracieus over het wateroppervlak gleden tot eekhoorns die speels van boom tot boom sprongen. Het park leek een eigen leven te leiden, een stille getuige van de cyclus van het leven die zich elk seizoen weer ontvouwt.
Deze wandeling in 'De Inslag' was niet zomaar een wandeling; het was een moment van verbinding met de natuur, een herinnering aan de eenvoudige schoonheid die ons elke dag omringt, wachtend om opgemerkt te worden.
Ja lap ! Niet slecht vind ik ! Dat robotteke valt niet te onderschatten. Maar goed, ik was op weg naar huis.
De bus deed er wel een uur over tussen Brasschaat en Antwerpen Rooseveltplaats. Nog een treintje naar Sint Niklaas en een bus naar huis en m’n tochtje zat er op. Geweldig mooie dag en kwa mooi weer een voltreffer. Tot een volgende maar weeral. Tussen haakjes : Het Peerdsbos in Brasschaat moet ook nog een kans krijgen 😉